Wanneer is een werknemer verwijtbaar werkloos?

Per 1 oktober 2006 is de regeling over de verwijtbare werkloosheid sterk gewijzigd. Het niet voeren van verweer tegen het ontslag of het instemmen van de werknemer met een beëindiging van het dienstverband levert onder de nieuwe wetgeving geen verwijtbare werkloosheid meer op. De werknemer is nog wel verwijtbaar werkloos geworden wanneer:
  • hij zich zodanig heeft gedragen dat hij redelijkerwijs heeft moeten begrijpen, dat dit gedrag de beëindiging van zijn dienstbetrekking tot gevolg zou kunnen hebben. Dit is bijvoorbeeld het geval als de werknemer de werkgever een reden geeft tot ontslag op staande voet;
  • de dienstbetrekking eindigt zonder dat er zwaarwegende redenen zijn waarom de werknemer deze betrekking niet zou kunnen behouden. Dit is het geval indien de werknemer zelf ontslag neemt.
Het niet voeren van verweer door de werknemer tegen of het instemmen van de werknemer met een beëindiging van de dienstbetrekking door of op verzoek van de werkgever leidt niet tot verwijtbare werkloosheid.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 336 vragen en antwoorden over Ontslagzaken.