Wanneer eindigt een “voortgezette arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd” niet van rechtswege?

Wanneer tussen dezelfde partijen met onderbrekingen van korter dan drie maanden meer dan drie arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden aangegaan, of wanneer de totale duur van deze opvolgende arbeidsovereenkomsten drie jaar of langer is, eindigt de laatst voortgezette arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet van rechtswege. Dit is ook zo wanneer er een verlenging heeft plaatsgevonden vóór 1 januari 1999. Opzegging is dus nodig voor de vierde voortgezette arbeidsovereenkomst in de schakel en wanneer de schakel langer dan drie jaar duurt (een uitzondering geldt voor de verlenging na de derde schakel, mits deze de drie jaar niet heeft overschreden en mits de verlenging niet meer dan drie maanden in beslag neemt). De arbeidsovereenkomst geldt vervolgens voor onbepaalde tijd. In dat geval moet worden opgezegd met verkregen toestemming van UWV.