Op welke manier moet worden opgezegd?

Een opzegging moet schriftelijk worden vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (schriftelijkheidsvereiste). Beide partijen moeten hier schriftelijk mee instemmen, anders is er niet sprake van rechtsgeldige beëindiging. Artikel 7:671 van het Burgerlijk Wetboek stelt dat een werkgever een arbeidsovereenkomst niet kan opzeggen zonder dat de werknemer daarmee schriftelijk instemt. Als er sprake is van een ontslag om dringende reden, is er geen schriftelijke instemming van de de werknemer vereist. Het is onvoldoende om de beëindiging van de arbeidsovereenkomst mondeling overeen te komen. Ook mailwisseling, waarin een partij bijvoorbeeld meldt dat de vaststellingsovereenkomst er goed uitziet, kan hooguit als bewijs dienen dat er is gesproken over een opzegging met wederzijds goedvinden. Een ondubbelzinnige instemming van de werknemer met een eenzijdige opzegging door de werkgever kan daarin niet worden gelezen. Zolang niet is is voldaan aan de schriftelijkheidsvereiste is de arbeidsovereenkomst niet is beëindigd en houdt de werknemer recht op loon.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 299 vragen en antwoorden over Arbeidsovereenkomsten.