Hoe wordt bedoeld met instructierecht?

Werknemers moeten zich op grond van artikel 7:660 BW houden aan de voorschriften van de werkgever over het verrichten van de arbeid en de voorschriften die tot doel hebben om de goede orde in de onderneming te bevorderen. Dit wordt het 'instructierecht'’ van de werkgever genoemd. Het instructierecht laat zien dat de werknemer in gezagsverhouding tot de werkgever staat. Voor het invoeren van regels op grond van het instructierecht is de instemming van de werknemers niet nodig. Handelen strijd met die instructies kan een reden voor ontslag zijn, maar daar is wel een goed onderbouwde casus voor nodig.
In de arbeidsovereenkomst en/of cao staan allerlei rechten en plichten van de werknemer. Vult de werkgever die rechten en verplichtingen nader in, dan oefent hij zijn instructierecht uit. Naarmate de rechten en de plichten van de werknemer gedetailleerder zijn neergelegd in de arbeidsovereenkomst of de toepasselijke cao, zal er voor de werkgever minder ruimte zijn om instructies te geven. De instructies van de werkgever moeten verder redelijk zijn.
De instructies kunnen onder meer betrekking hebben op het dragen van een helm of bedrijfskleding, computer- en internetgebruik, identificatie, een rookverbod of een verbod op het gebruik van alcoholische drank. Veel door de werkgever gegeven instructies vloeien voort uit de arbeidsomstandighedenwetgeving.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 299 vragen en antwoorden over Arbeidsovereenkomsten.