Heeft de huurder recht op schadevergoeding indien de verhuurder 290-bedrijfsruimte (middenstandsbedrijfsruimte ex art. 7:290 BW) opzegt?

Nee, in beginsel niet. Dit is slechts anders indien de verhuurder de huurovereenkomst heeft opgezegd op de grond dat hij het persoonlijk in duurzaam gebruik wenst te nemen, maar deze intentie in werkelijkheid niet aanwezig is geweest. In dat geval hebben de huurder en degene aan wie bevoegd is onderverhuurd recht op schadevergoeding. Dit geldt zowel indien een procedure aanhangig is gemaakt, als wanneer de huurder met de beëindiging heeft toegestemd. De verhuurder wordt vermoed niet voor eigen gebruik te hebben opgezegd, indien niet binnen één jaar na het einde van de huurovereenkomst het verhuurde door de verhuurder in gebruik is genomen. De vordering van de huurder/onderhuurder tot schadevergoeding vervalt vijf jaren na het einde van de huurovereenkomst.
Verder geldt dat de verhuurder die door eigendomsovergang van het verhuurde onder bijzondere titel verhuurder is geworden, een schadeloosstelling schuldig is aan de huurder indien hij de huurovereenkomst door opzegging heeft beëindigd in verband met de omstandigheid dat het gebouwde met het oog op de uitvoering van werken in het algemeen belang dient te worden afgebroken. Ook geldt geldt dat indien iemand door eigendomsovergang verhuurder is geworden en volgens een geldend bestemmingsplan op het verhuurde liggende bestemming wil verwezenlijken, de rechter de huurovereenkomst kan ontbinden en gehouden kan worden een schadeloosstelling aan de huurder en onderhuurder te betalen.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 114 vragen en antwoorden over Vastgoed Huur & Verhuur.