Kan de overheid ook oneerlijk concurreren?

Overheden bieden steeds vaker goederen en diensten aan die marktpartijen ook aanbieden, zoals personenvervoer, inzameling van bedrijfsafval, exploitatie van sportaccommodaties en van parkeergarages of cursussen. Dit kunnen zij echter vaak tegen een veel lagere prijs aanbieden dan marktpartijen. Sinds 1 juli 2014 geldt de Wet markt en overheid voor alle economische activiteiten van overheden en overheidsbedrijven. Deze wet moet zulke oneerlijke concurrentie voorkomen en schrijft vier regels voor waaraan een overheidsbedrijf zich moet houden:
  1. Overheden zijn verplicht om in ieder geval de integrale kosten door te berekenen in de prijs. U mag goederen of diensten dus niet onder de kostprijs aanbieden;
  2. Er mag geen sprake zijn van bevoordeling. Het is dus niet mogelijk dat een overheidsbedrijf door overheid gesubsidieerde middelen gebruikt voor de economische activiteiten. Denk bijvoorbeeld aan het gratis gebruik van bestelbusjes voor personenvervoer;
  3. Een overheidsbedrijf mag geen (vertrouwelijke) gegevens, die overheid heeft verzameld al dan niet voor andere doelen, inzetten voor economische activiteiten;
  4. Er mag geen sprake zijn van belangenverstrengeling. Het is dus niet mogelijk dat degene die vergunningen behandelt, ook betrokken is bij de activiteit waarvoor een vergunning nodig is.
De ACM controleert de uitvoering.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 163 vragen en antwoorden over Mededinging.