Het is wederom nét niet gelukt. Oranje is niet de nieuwe wereldkampioen voetbal. Toch wordt de prestatie van het team vooral in eigen land geroemd, al was het optreden in de finale bij tijd en wijle erg hard en geen promotie voor het Nederlandse voetbal. Na twee eerdere artikelen op ManagementSite nu een afrondende analyse van de prestaties van bondscoach Bert van Marwijk en zijn team.
In maart van dit jaar publiceerde ik ‘Oranje wereldkampioen, managementlessen om te winnen’. Hierin plaatste ik op basis van een doorlichting van het Nederlandse elftal een aantal belangrijke vraagtekens bij de gang van zaken tijdens eerdere WK’s en kwam met diverse adviezen en mogelijke oplossingen, gebaseerd op zowel voetbaltechnische- als managementinzichten. Onder meer de missie, strategie en tactiek, concurrentieanalyse, SWOT, cultuur, teamrollen en kritieke succesfactoren van Oranje zijn hierbij tegen het licht gehouden. In essentie zijn de conclusies en aanbevelingen samen te vatten in de volgende punten:
- de missie van Oranje moet zijn: wereldkampioen worden;
- er dient een onderscheidende strategie en tactiek te zijn, zeg maar Totaalvoetbal 2010;
- de mentale weerbaarheid van de Nederlandse spelers moet worden verbeterd;
- emotiemanagement is belangrijk om gele en rode kaarten te voorkomen en belangrijke wedstrijden te winnen;
- Oranje struikelt vaak over kleine voetballanden (bijv. België) maar wint van grote landen (Argentinië); oppassen voor overmoed dus;
- de fysieke kwaliteiten van Oranje zijn niet wereldtop;
- Oranje dient te functioneren als een team, waarbij de vaardigheden van de spelers op elkaar afgestemd dienen te worden en aanvullend dienen te zijn, e.e.a. gebaseerd op de teamrollenanalyse van Belbin c.s..;
- er zijn enkele kritieke succesfactoren te benoemen die goed trainbaar zijn, maar door Nederlandse coaches nauwelijks serieus worden genomen: strafschoppen, hoekschoppen en vrije trappen.
Het eindresultaat van mijn analyse: als Oranje deze kritieke punten niet aanpakt, worden we zeker geen wereldkampioen. Pakken ze de actiepunten wel op, dan is de kans in ieder geval een stuk groter. Nu Oranje de titel nét niet binnen heeft gehaald is het tijd voor afsluitende opmerkingen. Heeft Bert van Marwijk het team aangestuurd als een volleerd topmanager? Of hebben we geluk gehad en berust het succes op toeval?
Missie
De laatste weken van het WK is geen woord zo vaak uitgesproken door de bondscoach als missie. Volgens eigen zeggen was vanaf het begin van zijn aanstelling het uitgangspunt: wereldkampioen worden. Interessant. Want een jaar geleden, direct na de kwalificatie van Oranje voor dit WK, was het volgende op te tekenen uit de mond van Henk Kesler, algemeen directeur van de KNVB: ‘De ambitie is bijgesteld, we gaan nu voor de eerste of de tweede plaats. Daar is Bert van Marwijk het overigens helemaal mee eens.’ Van Marwijk reageerde op de hem inmiddels bekende wat kribbige wijze: ‘De druk kan wat mij betreft niet hoog genoeg zijn. Maar die druk leggen wij onszelf op, daar kan Henk Kesler niet overheen.’
Pas enkele maanden voor het WK werd duidelijk dat Van Marwijk c.s. zich daadwerkelijk tot taak hadden gesteld wereldkampioen te worden. De woorden missie en later ook focus werden de buzz-woorden van de zomer van 2010.
De discussie tussen Kesler en Van Marwijk en de impact die dit op spelers als Kuijt heeft gehad laat zien waar een heldere missie en visie toe kan leiden. Het is niet erg des Nederlanders om ambities, en zeker niet als deze hoog worden ingezet, zó duidelijk uit te spreken. Een wat meer Calvinistische aanpak ligt ons normaliter beter, maar om wereldkampioen te worden is meer nodig dan uitspraken als ‘tweede worden is voor ons kleine kikkerlandje ook al heel mooi’. In dit kader breekt Van Marwijk met de Nederlandse cultuur. Blijkbaar levert dit rendement op.
Een heldere missie, die de lat op verantwoorde, haalbare maar ook uitdagende hoogte legt, heeft grote impact gehad op het functioneren van het team.
Strategie en tactiek
Een analyse van de voetbaltactieken in de afgelopen tientallen jaren laat zien dat een team dat ver wil komen op een WK, een eigen, nieuwe tactiek nodig heeft. Zeg maar een type Totaalvoetbal anno 2010. Teams die vernieuwende elementen aan de heersende tactiek toevoegden, kwamen in het verleden bijna altijd ver op een WK. Dit loopt al van de Italiaanse en Hongaarse teams in de jaren dertig tot vijftig tot Totaalvoetbal in 1974 en de Permanente Beweging van het Duitse team sinds 2006. En vergeet Spanje niet, dat het eigen tik-tak voetbal sinds 2008 heeft geperfectioneerd.
Tijdens het WK kwam Van Marwijk plots op de proppen met zijn eigen versie van Totaalvoetbal 2010: Totaalbeweging. Alle spelers dienen voortdurend in beweging te zijn om de ballen te kunnen veroveren, maar ook om de defensie van de tegenstander te kunnen kraken. Dit bleek bijvoorbeeld wanneer Dirk Kuijt de rol van vleugelverdediger Van der Wiel overnam zodra deze op aanvalspad trok. Het wisselen van de vleugels tussen Kuijt en Robben kan ook onder deze noemer geplaatst worden. Hier werd door de spelers zichtbaar over gecommuniceerd en het overnemen van de individuele taken verliep over het algemeen prima.
Het dit keer weer veelgeroemde Duitse team, dat uiteindelijke derde werd, kwam ook met vernieuwende ideeën. Zo speelde middenvelder Özil, zonder twijfel een van de grootste ontdekkingen van dit toernooi, tussen de linies en bracht daarmee de tegenstander met grote regelmaat in verlegenheid. Coach Jogi Low van die Mannschaft, componeerde zijn tactiek rondom een verdeelsleutel waarbij het veld in 18 even grote rechthoeken werd verdeeld. Zoals alleen een Duitse trainer kan zeggen ‘Es gehört Ordnung auf dem Platz’. Om hier later aan toe te voegen: ‘De spelers moeten weten waar zij zich in de basisformatie moeten bevinden. Zodat niet iedereen zomaar denkt dat hij overal heen kan lopen. Ik heb het Duitse systeemdenken overigens ooit teruggebracht tot het volgende anagram: KEWOL (spreek uit: Geh Wohl), waarbij de letters staan voor Kampfgeist, Einsatz, Willen, Ordnung und Leidenschaft, begrippen die altijd terug te zien zijn bij Duitse teams. Het Nederlandse voetbal, en met name Ajax, ging tot voor kort uit van TIPS, Techniek, Inzicht, Persoonlijkheid en Snelheid. De laatste tijd is er een roep om aan deze vier eigenschappen ook zaken als wilskracht, vechtlust en doorzettingsvermogen te koppelen.
Veel van de moderne spelsystemen worden inmiddels met computersystemen gevolgd. De looplijnen van de spelers worden geanalyseerd en op basis hiervan worden de spelers gecoacht. Het Duitse team is hierin het verst, en zeg nu niet dat dit de kwaliteit van het spel heeft verminderd. Het romantische idee dat een trainer de elf beste spelers op het veld zet en met een klap op de bips tot grote prestaties weet aan te zetten, kan nu echt bij het vuilnis.
Innovatie en vernieuwing van bestaande tactieken en strategieën is nodig om bij de wereldtop te komen en te blijven. Het team dat een nieuw succesvol concept weet in te voeren, heeft hier vaak vele jaren voordeel van.
De mentale weerbaarheid
Een van de belangrijkste adviezen uit ‘Oranje wereldkampioen’ is de verbetering van de mentale weerbaarheid van de spelers. Het beste voorbeeld van de verbeterde mentale veerkracht van de Oranje spelers kan worden teruggevonden in de wedstrijd tegen Brazilië. Bij rust had het Nederlands elftal niet mogen mopperen als het met 3 of 4-0 achter had gestaan. Na de rust en de door een grote dosis geluk tot stand gebrachte 1-1 ontstond een totaal andere wedstrijd, die Oranje uiteindelijk zelfs met 4-1 had kunnen winnen (het werd zoals u weet 2-1). Het team liet zien dat de weerbaarheid in vergelijking met 2 jaar geleden, toen na enkele wervelende voorstellingen op het EK plots werd verloren van Rusland, enorm is toegenomen. Wie wereldkampioen wil worden, moet ook kunnen knokken en zich kunnen terugvechten in de wedstrijd. Brazilië raakte daarentegen compleet van de leg door de 1-1 en verloor uiteindelijk terecht. Het team leek verdacht veel op oude Nederlandse teams, die na galavoorstellingen vaak moeite hadden zich weer op te laden voor volgende wedstrijden.
De mentale weerbaarheid is ook getoetst door te kijken naar de succesquote van Nederlandse teams in de verlenging. Sinds 2003 heeft geen enkel Nederlands clubteam of Oranje een verlenging in een belangrijke internationale wedstrijd gewonnen. De finale tegen Spanje biedt ons helaas geen nieuw perspectief. Op fysiek gebied zijn er daarentegen geen klachten, Oranje bleef topfit tot in de finale.
Het Nederlands elftal heeft laten zien te beschikken over een relatief hoge mentale weerbaarheid. Hier is door coach en staf veel aandacht aan besteed. Desondanks bleek Oranje ook dit keer weer niet in staat een verlenging te winnen. Er blijft werk aan de winkel.
Emotiemanagement
Wie herinnert zich nog de wedstrijd van Oranje tegen Portugal tijdens het WK van 2006? Zestien gele en vier rode kaarten, eerlijk verdeelt over beide teams. Een schoppartij, vooral omdat ook de Nederlanders hun emoties niet de baas konden. En nu? De rode kaart voor de Braziliaan Melo was een breekpunt in de kwartfinale. Melo maakt een schandalige natrap-overtreding tegen Robben. Wie de beelden goed bestudeert ziet dat Robben in een flitsreactie wil terugschoppen, maar zich net op tijd bedenkt. Gevolg? Melo krijgt rood en Robben kan verder spelen. Het werd het verschil tussen winnen en verliezen
Helaas voor Nederland laaiden de emoties weer hoog op tijdens de finale. Veel Oranje spelers waren te nerveus en niet helemaal bij de les. Meerdere spelers, overigens ook aan Spaanse kant, verdienden de rode kaart, waarbij de karatetrap van De Jong helaas nog lang in het geheugen zal blijven. Ondanks alle waarschuwingen en alle gesprekken hierover, blijkt de straatvechter niet uit Nigel de Jong te halen te zijn, een risicofactor voor elk team. Een van de kritieke factoren van een Nederlands elftal is zodoende nog steeds het aan banden leggen van de snel hoog oplopende emoties. Arjen Robben kreeg in de finale geel nadat hij bleef mekkeren over een niet gegeven vrije trap. En wellicht waren de spelers teveel in de weer met de niet gegeven hoekschop, die iedereen in het stadion inderdaad wél had gezien maar de scheidsrechter niet. Heel even brak het concept en het resultaat hiervan stond nog geen minuut later op het scorebord. Spanje scoort.
Emotiemanagement blijft een kritieke succesfactor voor Nederlandse teams. We verliezen te snel ons hoofd en de emoties laaien bij foute beslissingen van scheidsrechters te snel op. Het is een (Nederlandse) cultuurfactor waar een coach veel aan kan doen, maar soms ook hulpeloos moet toekijken (De Jong).
Concurrentie-analyse en onderschatting
Uit een concurrentieanalyse van Oranje voorafgaand aan het WK bleek dat Oranje meer angst moest hebben van kleine landen als Slowakije en Portugal dan voor grote voetballanden als Duitsland, Brazilië en Argentinië. Tegen de grote voetballanden kunnen wij ons enorm opladen, vergelijkbaar met zoals België zich weet op te laden wanneer het tegen Oranje moet spelen. Tegen kleinere landen speelde tot voor kort de haast spreekwoordelijke Nederlandse arrogantie een vaak doorslaggevende rol. Het is een verdienste van Van Marwijk en zijn team dat ze dit keer de tegenstanders niet hebben onderschat, anders was het tegen Slowakije en Uruguay zeker weer mis gegaan. Ook belangrijk is dat er door de coach steeds op werd gehamerd dat er ook na de winst in de kwart- en halve finales nog niets gewonnen is. Voor het eerst in decennia speelde Oranje in het besef dat we niet altijd de beste spelers hebben of het beste team zijn. Een verademing.
Het verleden heeft Oranje genoeg geleerd om overschatting van zichzelf of onderschatting van de tegenstander te voorkomen. Het blijven echter elementen om rekening mee te houden.
Teamrollen van Belbin
Wie een analyse van Belbin loslaat op Oranje, ziet in de succesjaren 1974, 1978, 1988 en 1998 een welhaast perfect in elkaar gestoken team. Niet verwonderlijk dat hier échte teammanagers achter zaten als Rinus Michels, Ernst Happel en Guus Hiddink. Het team van 2010 kende enkele zwakke plekken, wie was bijvoorbeeld ‘voorzitter’/aanvoerder? Erger wordt het bij de invulling van de specialisten. De bekendste specialisten in een elfal zijn de keeper en de spits. Over de keeper niets dan goeds, we hebben onze topkeeper Van der Sar niet gemist dankzij het goede werk van Maarten Stekelenburg. Maar dan komen we op de invulling van de spitspositie. Het vertrouwen in Van Persie bleef maar groot, maar het moet gezegd, het is géén spits, hoe graag hij dat zelf ook wil. De systeemfout zit echter tussen de oren van de Nederlandse trainers. Want die willen een zogenaamde meevoetballende technische spits. Allemaal leuk en aardig, maar dan zouden de Duitsers toch echt hun topspitsen Podolski en Klose thuis laten. Spelers de het afgelopen jaar geen deuk in een pakje boter hebben geschoten. Over vertrouwen geven gesproken. Zij zijn wél meegegaan naar het WK, in tegenstelling tot Ruud van Nistelrooij bij Oranje. Daar zit de fout. Oranje creëerde te weinig kansen en speelde Van Persie niet goed aan. Van Persie speelde zwak en in essentie heeft Oranje zeven wedstrijden met tien man gespeeld. Dat ligt niet aan van Persie en eigenlijk niet eens aan de coach, het ligt in mijn optiek aan het systeemdenken binnen het Nederlandse voetbalgilde. Een spits die scoort is niet goed genoeg, hij moet ook kunnen meeverdedigen, het spel verdelen en technische hoogstandjes laten zien. Van Marwijk heeft de verkeerde spits het vertrouwen gegeven.
Succesvolle voetbalteams zijn een mix van talent, harde werkers, charismatische leiders, opofferingsgezinde spelers en specialisten. De juiste mix wint. Er is in het Nederlandse voetbal te weinig respect voor de specialisten binnen teams, met name voor scorende spitsen.
Kritieke succesfactoren
Oranje scoort vanuit een hoekschop tegen Brazilië. Het was lang geleden dat het Nederlands elftal succes had met hoekschoppen op een WK. Hier lagen kansen. Het team heeft het opgepikt, er is zichtbaar geoefend op hoekschoppen en, helaas niet zichtbaar dit toernooi, ook op strafschoppen. Dat maakt de kans op een wereldtitel groter. Want laat u niet op een dwaalspoor zetten, op strafschoppen valt prima te trainen en dat bleek ook dit WK. Paraguay en Uruguay, beide trainend op strafschoppen, winnen hun serie. Het team dat niet traint op penalty’s heeft een absoluut nadeel op een team dat dit wel doet. De vrije trappen zijn nog steeds onder de maat, wat voor een deel op conto van Van Persie geschreven kan worden. Hij had geen goed balgevoel en de meeste van zijn vrije trappen belanden in de tweede ring van het stadion. Zijn zelfvertrouwen hield geen gelijke tred met zijn spel.
Zoals in elke sport zijn de kritieke succesfactoren ook in het voetbal helder te onderkennen. Het trainen op standaardsituaties zoals vrije trappen, hoekschoppen en strafschoppen is cruciaal. Dit wordt nu ook onderkend en dit is grote winst voor het Nederlandse voetbal.
Afsluitend
Het WK 2010 is een succes geworden voor Oranje, maar we zijn nog steeds kampioen nét niet. Coach Van Marwijk heeft een fantastisch resultaat behaald met een gemiddeld getalenteerd team. Veel van de reeds begin dit jaar aangedragen verbeterpunten zijn door Van Marwijk en zijn team opgepikt en/of aangepakt, zoals het trainen op hoekschoppen, strafschoppen en vrije trappen, de fysieke gesteldheid, de mentale weerbaarheid, het helder uitspreken van de missie, het ontwikkelen van een nieuwe strategie en/of tactiek, het voorkomen van over- en onderschatting en in mindere mate emotiemanagement. Er zitten nog enkele systeemfouten in het Nederlandse voetbaldenken, waaronder de beperkte waardering voor de specialist in de spits (Van Nistelrooij, en waar was Huntelaar gisteren?). Het eindoordeel over Van Marwijk is zodoende zeer positief. Een 9 heeft hij zeker verdiend. Hij heeft het maximale resultaat behaald met een moeilijke groep spelers, waar enkele grote ego’s aan boord gehouden moest worden. In zijn aanpak deed Van Marwijk denken aan een topmanager die niets aan het toeval wil overlaten. Het is zaak voor de KNVB deze lijn vast te houden. Wellicht lukt het in 2014 dan eindelijk wél.
Gyuri Vergouw is auteur van ‘Oranje wereldkampioen, managementlessen om te winnen’, lid van de hoofdredactie van ManagementSite en partner van Holland Consulting Group
CyberSale, 50% korting op een Pro-abonnement
Verbeter je persoonlijke effectiviteit en managementvaardigheden. Begin het jaar goed en krijg toegang tot toepassingsgerichte kennis.
Upgrade uw gratis lidmaatschap, word een Pro
Ik mis ook aandacht voor het materiaal. Oranje had kunnen (en m.i. moeten) zorgen dat ze beter wist hoe ze met deze nieuwe bal moest spelen. Ik heb op het WK veel technische spelers (zoals Van Persie) ongelooflijk zien prutsen met de bal.
Tot slot: ik vind dat Oranje is afgegaan op het WK. Met een aantal topvoetballers zo spelen, dat de buitenlandse media over anti-voetbal spreken en dat het onpartijdige publiek wedstrijden waarin Oranje speelde, vervelend vond, kan ik geen succes noemen.
Naar mijn idee is de missie 'wereldkampioen worden' onvolledig. De manier waarop een resultaat wordt gehaald is niet zonder belang. Wat zijn onze culturele waarden? Het record aan bewuste en onbewuste overtredingen is een fors minpunt. Een extra minpunt is dat de coach (noch de premier) daar geen enkele opmerking over maakt en het daarmee impliciet wel goed lijkt te vinden.
Er is een tweede plaats behaald ten koste van veel krediet. De sympathie gaat wereldwijd uit naar Spanje. Wegen we dit mee dan verdient Van Marwijk hooguit een 7 (en geen lintje) met dit resultaat.
Ik stel voor de term 'sportief gedrag' toe te voegen. Een belangrijk aandachtspunt!
Ik zag een team (Spanje) dat al vanaf de eerste seconden zijn geursporen had uitgezet met techniek en vooral teamwerk dat wel héél erg aanwezig was. Die duidelijke dominantie is tot in de laatste minuut weerstaan, en HOE!
Wie weet hoe de uitslag eruit zou hebben gezien met een andere scheidsrechter?
Het scheelde letterlijke en figuurlijk maar één trap
Niets dan lof voor van Marwijk en z'n spelers.
Jos Steynebrugh
Geen voetbal expert maar ik kijk nu wel. De vergelijkingen vind ik goed en treffend.
Conclusie nog ten minste 4 jaren verder met Van Marwijk.
- bizarre eigen doelpunt Denemarken
- blunder keeper Japan
- tegen Denemarken en Japan geen kans gecreëerd maar zinloos achterin rond tikken
- tegen Slowakije gered door Van Stekelenburg
- tegen Brazilië gered door Van Stekelenburg
- eigen doelpunt Brazilië
- twee gelukkige doelpunten tegen Uruguay, vervolgens erg gelukkig de 90 minuten door gekomen.
Van Marwijk trad op als een typische manager van een bureaucratie, als iemand die alleen naar procedures en regeltjes kijkt. Erg defensief maar er continue op wijzend dat het proces heeft gewerkt. Continue in ontkenning. En dat was ook erg gemakkelijk door scorebord-journalistiek. Er waren toch resultaten? Ja, die waren er. Maar… dankzij of ondanks?
Van Marwijk is geen topper, daar is hij veel te angstig voor. In zijn eerste Feyenoord tijd hebben Van Hooijdonk en de andere spelers ondanks Van Marwijk prijzen gewonnen. Ook toen deed hij er alles aan om creatieve aanvallers te beperken: Kalou 1, Van Persie en anderen. Tijdens dit WK was de tactiek er helemaal op gericht om de aanvallers te laten verdedigen of buiten het spel te houden.
Onbegrijpelijk. Dit verdiende geen lof en geen lintje.
Rob
hgr.,
Gyuri
Dat moet ik nog wel even kwijt: a. ik houd niet van voetbal maar b. ik heb me wel aardig vermaakt met alles er omheen en c. ik ben natuurlijk wel geinteresseerd in het teamproces. Eerst a: ik houd niet van voetbal omdat ik het meestal saai vind en erg overschat als sport, met name in Nederland. Verbeteringen als het afschaffen van buitenspel en het inzetten van moderne media voor definitieve beslissingen worden met een lachje afgedaan. Er wordt een voetbalacademie opgestart omdat “mensen van buiten de sport” toch echt onvoldoende verstand van bewegingsleer, conditie, analyse en teamprocessen hebben. Men vindt het heel gewoon dat de gezonde en goed getrainde sporters 5 dagen tussen de wedstrijden moeten rusten wat wordt gerechtvaardigd door het feit dat men op noppen speelt. En niet in de laatste plaats domweg omdat men het over “het WK” heeft zonder de tak van sport te noemen.
b. het was wel een vermakelijk WK voetbal. Sporadisch kon je het nog wel ergens anders over hebben maar in de kantlijn is toch door alle eenheidsgevoelens, zelfs bijna een kabinet gevormd. Iedereen had er ook wel iets over te melden, leek het. Het telefoontje ‘s avonds van Jan Mulder vanuit Oost Groningen naar de bondscoach was van literair niveau. En zelfs ik, zei de gekke basketballcoach begon dingen in het voetbal te herkennen. Waar de regelgevers niet met de tijd meegingen, gaan spelers en trainers dat wel. Corners en vrije schoppen deden sterk denken aan out of bounds spelletjes en ook verder zag ik wel wat screen-activiteit.
En dan C. dat teamproces. Er is toch te merken dat er iemand als Jorritsma naast de coaches op de bank zit en dat er wat aan bewustwording over de invulling van de rollen binnen het team is gedaan. De spelers waren gemotiveerd, hadden enige betekenis toegekend aan het begrip focussen en waren oplossingsgericht bezig. Van Bommel deed vooral wat hij volgens van Basten niet kon, Sneijder keek om zich heen en Mathijssen en van Bronckhorst konden uitgroeien tot de steunpilaren van het team. Het ging boven verwachting.
En wat wou ik nou nog vertellen....dat ging over de finale en ik heb niemand er nog over gehoord. Er gebeurde aan het eind iets wat in mijn nabespreking tot grote ophef zou hebben geleid: Gio was eruit. Kan. Kramp door die noppen waarschijnlijk. Een beetje tot mijn verbazing was de aanvoerdersband overgegaan om de arm van van der Vaart. Tegen het eind van de verrlenging (nog 0-0) kwam er een vrije trap voor Nederland in niet zo’n heel gekke positie. De bal werd met een boogje naar Oranje’s aanvoerder geworpen maar voor die hem kon vangen dook Sneijder met een katachtige sprong voor hem langs voor een levensechte steal. Vd Vaart was een beetje verbaasd. Vervolgens kwam van Persie van voren aanlopen om uitvoerig met Sneijder te overleggen. Beide toppers stonden daarbij met de rug naar vd Vaart, hem nadrukkelijk negerend. De arme invaller stond volledig buitenspel en moet gedacht hebben dat er in zijn afwezigheid toch wel iets in de ploeghierarchie was veranderd.
Zo'n actie druist in tegen alles wat Ubuntu is en ik beschouwde dat moment als illustratie van de totale desintegratie van het zorgvuldig beleden teamgevoel. Het kwam zo flagrant op mij over, dat ik moet bekennen dat het vervolg niet zo tot me doordrong. Niet eens wat er met die vrije trap gebeurde en nauwelijks dat dezelfde vd Vaart te laat naar voren stapte om de goal van Spanje in de volgende aanval buitenspel te laten zijn.
En overigens moet buitenspel helemaal afgeschaft worden maar dat is een ander verhaal.
stukje van mijn blog: over ubuntu in het dagelijks leven en basketball en waar nog maar meer.
www.coachkaj.blogspot.com
Hoe lang gaat het duren voordat hierin een verandering in komt ???