De huidige crisis vraagt om sterk leiderschap

Columns

De schokkende gebeurtenis van de aanslag op vlucht MH17 van 17 juli, waarbij een groot aantal Nederlanders om het leven kwam, heeft ons land in diepe rouw gedompeld. De aanslag heeft de gespannen verhoudingen tussen het westen en Rusland nog verder verscherpt. Aanvullende sancties tegen Rusland hebben tot economische tegenmaatregelen geleid. Een verdere escalatie is niet uit te sluiten nu Rusland op het punt lijkt te staan om, onder het mom van humanitaire hulp, een deel van de Oekraïne binnen te vallen. Een economische recessie als gevolg van nog zwaardere sancties lijkt onvermijdelijk. Zelfs een militair conflict valt niet uit te sluiten.

Voorzichtig of emotioneel

Voor de hoogste verantwoordelijken van ons land zijn de afgelopen weken een beproeving geweest. Zoals dat gebruikelijk is in een democratie, is het optreden van de leiding zowel nationaal als internationaal met een vergrootglas gevolgd en in beeld gebracht. De eerste reactie van onze premier op de dag van de aanslag werd getypeerd als ‘gespeend van emotie’ en ‘voorzichtig’. Daar waar de Amerikaanse president Obama, premier Cameron van Groot-Brittannië en zijn Australische ambtgenoot Abbott direct over een aanslag spraken en de schuldvraag bij de Russen legden, bleef premier Rutte veel langer over een ramp spreken. Op de besloten herdenkingsbijeenkomst, vier dagen na de aanslag, kreeg hij van nabestaanden onverbloemde kritiek. Zijn terughoudendheid was volledig verkeerd gevallen.
In tegenstelling tot de stoïcijns reagerende Rutte was er in binnen- en buitenland wel veel waardering voor de welsprekende en emotionele wijze waarop Minister van Buitenlandse Zaken Timmermans een dag later de Veiligheidsraad van de VN had toegesproken. De Veiligheidsraad, inclusief Rusland, stemde unaniem in met een resolutie die onder andere voorzag in een onafhankelijk internationaal onderzoek en een volledige en veilige toegang tot het rampgebied. In tegenstelling tot de afstandelijke reactie van Rutte, kwam het emotionele optreden van Timmermans tegemoet aan de gevoelens van nationale rouw en behoefte aan empathie. Mede door die toespraak ontstond er in Nederland een gevoel van saamhorigheid en onderlinge solidariteit.

Vier weken later oordeelt men anders

Zijn wij teveel van het compromis? Vier weken na de aanslag zijn de meningen over het optreden van premier Rutte genuanceerder, al blijft er de roep om een harder standpunt tegen Rusland in te nemen. Daar waar het Algemeen Dagblad een paar dagen na de aanslag nog sprak over een ‘slappe hap strategie’ van de premier, bleek de reactie na verloop van tijd juist ‘heel goed’ te zijn geweest. Rutte word nu geprezen voor zijn behoedzame staatsmanschap. Daarnaast lijkt de initieel geprezen toespraak van minister Timmermans nu een schadelijke uitwerking op hemzelf te krijgen. Oekraïense autoriteiten en bewoners rond de rampplek, maar ook separatisten blijken op de eerste dagen na het neerschieten van MH17 veel zorgvuldiger met de stoffelijke overschotten en hun bezittingen te zijn omgegaan dan door hem geschetst in zijn toespraak. Van plundering van bezittingen blijkt ook geen sprake te zijn. Daarnaast wordt hem selectieve emotie verweten als gevolg van zijn statement dat “Baghdad geen christenen vervolgt” als reactie op de genocide die tegen de Yezidi christenen in Noord-Irak plaatsvindt. “Timmermans stond kort geleden nog nabestaanden van inzittenden van MH17 te omhelzen, maar heeft nu geen mediagenieke emotie meer tijdens de genocide door islamitische terroristen” schrijft Nausicaa Marbe in de Telegraaf van 8 augustus. Het is algemeen bekend dat iemand die te veel door verdriet of woede wordt overmand, niet helder en objectief meer kan denken. Daardoor kunnen verkeerde beslissingen worden genomen. Wie goed wil leiden, moet rustig blijven en het hoofd koel houden. Een evenwichtige communicatie, met een inhoudelijk juiste boodschap is cruciaal. In dat opzicht is de onderkoelde reactie van Rutte, waarin hij geen paniek zaait en de feiten van de emoties scheidt, misschien wel verstandig geweest.

Meer agressie en dominantie?

Toch heeft Premier Rutte zich de afgelopen 4 jaar als premier in eerste instantie als koopman geprofileerd en niet echt als leider. In 2010 en 2011 werd hij uitgeroepen tot politicus van het jaar vanwege zijn kundigheid om als ‘evenwichtskunstenaar’ te laveren om steun te krijgen voor het beleid van zijn minderheidskabinet. Rutte was de afgelopen 4 jaar de praktische en goedlachse premier die op een laconieke wijze compromissen sloot en er geen moeite mee had om water bij de wijn te doen als het om VVD-verkiezingsbeleid ging. Rutte kreeg de reputatie van ‘weglachpremier’ zonder het inhoudelijke verhaal. In een interview gaf hij recent zelfs aan dat hij er trots op is dat hij geen visie heeft. Hij geeft zelf aan dat hij meer van het ‘doen’ is. “Visie is als de olifant die het uitzicht belemmert” zo gaf hij aan. Dat geeft hem de ruimte om nergens aan gehouden te zijn en stelt hem in staat om, afhankelijk van de belangen van dat moment, een standpunt in te nemen. Daarbij lijkt het alsof principes altijd worden ingehaald en bepaald door de belangen. Het besluit om een zware delegatie, waaronder de Koning en de premier zelf, naar de Olympische Winterspelen van Sotsji te sturen, past in dat beeld. Dat dat besluit niet aansloot bij de opstelling van andere westerse landen onderstreept het ter zijde schuiven van de principes.

In deze tijden van crisis wekt een dergelijke leiderschapsstijl geen vertrouwen bij de Nederlandse bevolking. Het vertrouwen in onze premier is afhankelijk van de verwachting dat hij goed zal reageren op onvoorziene omstandigheden en of hij ook echt gaat doen wat hij heeft gezegd. Kortom, Rutte moet nu sterk leiderschap gaan tonen. Mark Rutte komt niet meer weg met een laconieke houding en dito joviale lach. Zoals van Vugt en Wildschut in hun boek “Gezag” beschrijven “kijken mensen in tijden van crisis en conflict automatisch naar een sterke leider. Een sterke leider komt voor hen op en neemt stelling. Een sterke leider wacht niet af, maar gaat pro actief te werk en durft beslissingen te nemen. Hij inspireert de groep om gezamenlijk de strijd aan te gaan”.

Leiderschap onder deze omstandigheden vraagt om moed en om daadkracht. Die zijn nodig om ook impopulaire maatregelen te nemen en die te kunnen verdedigen in de richting van de achterban. Dat is nodig om, in internationaal verband, Rusland tot de orde te roepen. De schandalige misdaad die Nederland is aangedaan vereist dat wij de voorzichtigheid in de richting van Rusland loslaten. Principes en eigenwaarde moeten nu prevaleren boven economische belangen. En dat moet dus ook aan de Nederlandse bevolking worden uitgelegd. Jammer genoeg is die traditie van sterk leiderschap in Nederland niet echt meer voorhanden. In zijn artikel in De CorrespondentGoed leiderschap komt tegenwoordig nooit alleen” legt Joep Schrijvers dat uit. “Wat aan de slappe knieën heeft bijgedragen is de moralisering en feminisering van de leiderschapsindustrie. In deze branche zijn woorden als ‘verbinden’, ‘dienen’, ‘samen’, ‘zorgen’ en ‘uitpraten’ niet van de lucht. Dit heeft ertoe geleid dat niemand meer durft te beweren dat goed leiderschap ook mannelijk, agressief en dominerend kan zijn”.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Dik Brouwmeester
Rusland vindt vermoedelijk dat het het recht heeft om Oekraïne, als voormalig deel van de Sowjet-Unie, binnen te vallen. Deels vanwege de Russische minderheid, maar vooral vanwege het economisch belang van Oost-Oekraïne. Heel Oekraïne bezetten is waarschijnlijk niet te doen.

Je kunt je afvragen of de VS en bv Groot-Brittannië (Falklands, Noord-Ierland), met hun invallen, overzeese bezittingen en bemoeienissen overal ter wereld, en het steunen van barbaarse of twijfelachtige regimes, veel recht van spreken hebben, maar we staan nu eenmaal aan dezelfde kant.
De kans is vrij groot dat Rusland strategisch en militair wint in Oost-Oekraïne, maar uiteindelijk verlies lijdt door een verslechterd internationaal aanzien en economisch isolement.

Nederland is maar een vlo, maar ook grote beren kunnen ziek worden.

Meer over Leiderschap