Innoveren: vragen om problemen

Columns

Mijn jongste zoon speelde onlangs op vrijdagavond een hockeywedstrijd in Nijmegen. Een inhaalwedstrijd; de zaterdag ervoor was de wedstrijd afgelast vanwege te veel water op het veld. Voorafgaand aan de wedstrijd aten we met het hele team en de ouders een broodje knakworst. Erg gezellig. De kinderen wisten dat ze tegen een sterke ploeg moesten spelen. Dit samenzijn versterkte het teamgevoel.
De coach was iets later en kwam een beetje ontdaan binnen. “Dat jij bij de overheid kan werken, daar snap ik niets van” zei hij. “Ik word niet goed van dat trage gedoe”. Hij bleek midden in een aanbestedingsprocedure te zitten voor het duurzaam renoveren van een groot sportcentrum, inclusief een zwembad.

De coach werkt voor een MKB bedrijf in de regio. Een bedrijf dat op basis van jarenlange ervaring een slim procedé heeft ontwikkeld voor het desinfecteren van water. Het bedrijf innoveert. Daar zijn we blij mee, zelfs trots op in Nederland. Ik heb de eer regelmatig innovatieve ondernemers te ontmoeten. Meestal MKB’ers die in de loop van de jaren een prachtig bedrijf hebben opgebouwd. Velen verkopen hun producten of diensten over de hele wereld. Of het nu gaat om machines, stallen, zaden of verpakkingen. Nederlanders blijken bijzonder ondernemend. Kennis geeft veel Nederlandse bedrijven een voorsprong in de wereld. Door voortdurend nieuwe kennis te ontwikkelen kan ons kleine land grote naties als China vóór blijven.

Je zou verwachten dat we in Nederland volop ruimte bieden aan deze innovatieve bedrijven. Maar helaas blijkt de praktijk anders. Dat ondervindt ook het bedrijf van de hockeycoach. Het nieuwe procedé is nog niet voldoende toegepast. En dus zijn veel instanties terughoudend om het toe te passen in de praktijk. De leverancier kan immers nog onvoldoende bewijs leveren dat het procédé werkt. ‘Evidence based’ onderzoek is nog onvoldoende ontwikkeld.
Zekerheid gaat blijkbaar boven de kans dat een afnemer een duurzamer en milieuvriendelijker product kan toepassen, dat ook nog minder risico’s bevat voor de volksgezondheid.

Ook de regelgeving blijkt een obstakel. Desinfecteren van water moet volgens geldende regelgeving voldoen aan bepaalde normeringen. En laat het nieuwe procedé nu net niet voldoen aan deze bestaande regelgeving.

De ondernemer loopt tegen muren op. Hij heeft een nieuw procedé ontwikkeld, maar krijgt geen ruimte om het toe te passen. Terwijl hij natuurlijk wil aantonen dat zijn product werkt en beter is dan bestaande methodes.

Helaas is het verhaal van deze ondernemer herkenbaar. Ik hoor het te vaak. Terwijl overheden, lokaal, provinciaal en nationaal veel geld uittrekken om innovatie te stimuleren. Maar blijkbaar wordt het stimuleren van innovatie niet doorvertaald naar uitvoering van beleid. Ondernemers raken juist daar gefrustreerd. Ze worden geconfronteerd met regelgeving die niet past. Ze zoeken ruimte die er niet is en niet wordt geboden.

Als we in Nederland niet meer ruimte bieden om innovatieve ideeën te realiseren en toe te passen in de praktijk, dreigt kennisontwikkeling uit Nederland te verdwijnen.
Kennis gaat namelijk niet zonder toepassing. We willen in Nederland wel graag de kennis behouden. Maar de productie durven we rustig naar het buitenland te laten gaan. Of het nu gaat om agroproductie, maakindustrie of procesindustrie.
Maar zo werkt dat niet. Nieuwe ideeën moeten eerst op kleine schaal worden toegepast, voordat ze op grote schaal en wereldwijd kunnen worden doorgevoerd. Nederland is bij uitstek geschikt voor kleinschalige toepassing. Een ideaal land voor innovatieve ondernemers. Of het nu agrariërs zijn, laboranten, ingenieurs of machinebouwers. Maar die ondernemers vragen veel ruimte om te innoveren en innovaties toe te passen.Juist die ruimte zal innovatie versterken. Volgens mij veel meer dan subsidies van overheden.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Joep Dickhaut
Helaas geheel herkenbaar.

En daardoor zijn legio bedrijven flink gefrustreerd. Ik heb daar met Movinnio iets aan proberen te doen in overleg met RWS dat meer gebruik moet en wil maken van 'de markt'. Nu ben ikzelf ook (weer) gefrustreerd geraakt.

Misschien het mooiste voorbeeld is het innovatieprogramma van RWS 'Wegen naar de Toekomst'. Zeer succesvol in de ogen van de overheid; totaal mislukt in mijn ogen.
Doel was nl om innovaties uit te lokken en te begeleiden tot en met een pilot. Er zijn heel veel goeie en toepasbare ideeën uit naar voren gekomen. RWS is vol trots: doelstelling meer dan gehaald.
Succes? NEE!
Want er is geen enkel idee toegepast. Na de pilot trad nl de 'regel van Leerling' op: geen bewezen techniek dus 'dat doen we niet'.

Gevolg: meer - publiek én privaat - geld verstookt dan zónder innovatieprogramma en als bonus talloze frustraties.

Als de overheden niet beter weten om te gaan met de aanbestedingsregels, zal de overheid innovatie niet kunnen stimuleren als opdrachtgever en is het goedkoper voor de maatschappij als de overheid dus ook geen geld meer hieraan besteed.
En beter voor de motivatie van bedrijven.

Meer over Innovatie