Naar een hoopvolle én perspectiefrijke toekomstvisie!

Cover stories

Onze overheid verkeert in een staat van verlamming.  Een paar voorbeelden: dossier rekeningrijden, taaie voortgang ambitie 1 miljoen woningen 2030, ingewikkelde gegevensuitwisseling in zorg, beperkte voortgang verkeersveiligheid, wijze waarop asielketen functioneert, pensioenakkoord resultaat >15 jaar polderen.

Er zijn ook positieve voorbeelden: Deltaplan, Deltacommissaris, Windparken Noordzee, aanpak Johan Remkes, de gerealiseerde doorbraken in mobiliteit (logistiek/verkeersveiligheid). Daar kunnen we van leren.

In dit artikel de bouwstenen voor een betere aanpak gebaseerd op een duidelijke regie. De kern is 1) meer focus op toekomst (en niet op ‘t verleden), 2) inzichtelijk maken toekomstige waardecreatie (valuecase) en 3) werken van buiten naar binnen +  sturen op eigen verantwoordelijkheid.

Hoe de huidige patstelling doorbreken

Als je een succesvolle verandering wil doorvoeren moet je een concreet langetermijndoel  hebben én met alle betrokkenen het constructieve gesprek erover voeren. Om het daarna te realiseren. En om vooral niet bij de eerste tegenwind te vluchten in weer een nieuw plan.

Kijk maar naar de succesvolle wijze waarop we ons Deltaplan hebben vormgegeven. Interessant waarom we dat dan niet voor de ‘BV Nederland’ doen. Waarom we op dat niveau ons blijven voortslepen van de ene affaire naar de andere. Zoals de stikstofcrisis, de toeslagenaffaire, de gaswinningherstelwerken, het woningtekort of de asielcrisis. Waarin we onszelf laten gijzelen door de waan-van-de-dag met een hoog micromanagementgehalte. Resulterend in een onnodige complexiteit. Zónder een inspirerende toekomstvisie over hoe ons land ook in de komende decennia in de top10 van allerlei internationale vergelijkingslijstjes blijft staan. Waarbij het vertrouwen in onze overheid alsmaar verder lijkt weg te zakken …

Hoe doorbreken wij die huidige patstelling – die veel weg heeft van een staat van verlamming? Leidend tot stilstand. Om dan te vluchten in deftige slogans als ‘nieuwe bestuurscultuur’ of ‘open overheid’ – zonder een beeld van te hebben van onze toekomst. Laat staan van de wijze waarop die waardecreatie straks wordt gegenereerd.

Onlangs viel m’n oog op een rapport – samengesteld door denktank DenkWerk met participanten als oud-minister Hans Wijers en voormalig topambtenaar Bernard ter Haar – wat perfect verwoord wat er in feite aan de hand is, waar het probleem zit én hoe we eruit kunnen komen: ‘Nederland in beweging, een toekomstvisie en beleidsprioriteiten’ https://denkwerk.online/rapporten/nederland-in-beweging-september-2023/. Vooral doordat men focust op de toekomst én keuzes maakt die dat vereist.

In deze coverstory heb ik de kern van hun rapport samengevat – omdat hun denklijn naadloos past in mijn netwerkleiderschap-aanpak. Met als belangrijkste vraag: is onze beproefde poldercultuur het juiste instrumentarium om zo'n perspectiefrijke toekomstvisie gefikst te krijgen? Want als onze kleinkinderen óók in een gaaf land willen wonen, dan moeten we nú fundamentele stappen zetten. Ontwikkelingen op vlak van demografie, digitalisering, geopolitiek en duurzaamheid dwingen ons daartoe.

Regie nodig voor systeemverandering

Ons land is verzeild geraakt in een reeks aan uitdagingen en crises die vrijwel alle Haagse energie gulzig opslokken (stikstofcrisis, toeslagenaffaire, gaswinning, woningtekort, asielcrisis). Waarmee de waan-van-de-dag met bijbehorend complex ingericht micromanagement lijkt te regeren. Met een hoog gehalte van achteruitkijkspiegels. Ver weg van het toekomstdenken en optimisme. Laat staan van oplossingen en waardecreatie. Wat iets weg heeft van een muizenrad: we hollen wat we kunnen, maar komen we ook vooruit?

Een staat van verlamming

Voor veel van onze grote opgaven op taaie thema’s als klimaat, energie, woningbouw en mobiliteit is de probleemanalyse helder. En het bedenken van oplossingen lukt ook. Tóch wordt weinig actie ondernomen. Waarom toch, wat zijn die oorzaken van de huidige staat van verlamming dan? Wat vinden de DenkWerk-professionals?

Al pratende komen we tot een besluit

  1. a)    Politieke versplintering.
    Onze Tweede Kamer kent maar liefst 21 fracties, een verdubbeling ten opzichte van 40 jaar geleden. Die versplintering bemoeilijkt het vormen van een regering en resulteert in dichtgetimmerde regeerakkoorden. Maar óók in waterige compromissen en onnodige complexiteit. Wat leidt tot een gebrek aan daadkracht en ingewikkelde en trage uitvoerbaarheid. Rekeningrijden is daar een tragisch voorbeeld van.
    b)    Allocatieproblemen.
    Iedere vierkante meter in ons land is vergeven: elke beslissing om ruimte en invulling te geven resulteert in tijdrovende discussies. Kijk maar naar de moeizame voortgang van de ambitie om voor 2030 die één miljoen woningen te realiseren.
    c)    Verkokering.
    Veel grote vraagstukken zijn interdepartementaal van karakter. Door de opzet van ministeries en beperkte ketenverbindingen worden deze vraagstukken onvoldoende integraal aangevlogen. Neem het veelbesproken voorbeeld migratie: de asielmigratie valt onder J&V, arbeidsmigratie valt onder SZW, studiemigratie valt onder OCW en het benodigde aantal woningen valt onder BZK. Er is in beperkte mate sprake van onderlinge samenwerking, laat staan van regie. Waarmee er nauwelijks sprake is van een integraal lange termijn migratiebeleid. Met veel gedoe tot gevolg. 
    d)    Overleg met de gevestigde belangen.
    In ons land worden vooral de gevestigde belangen betrokken en gehoord, veelal tot de laatste beslissing. Wat leidt tot minder maatschappelijke onrust en frictie, maar het proces is ook tijdrovend, weinig toekomstgericht en defensief van karakter. De drang om specifieke uitzonderingen vast te leggen in regels zorgt voor enorme complexe compensatiemaatregelen wat leidt tot bestuurlijk onvermogen en kortzichtigheid. Winst in de toekomst legt het daarmee af tegen kosten van het heden. Twijfelachtig voorbeeld de uiterst ingewikkelde implementatie van digitale gegevensuitwisseling in de zorg.

Maar er is nog iets: we zijn gewoon te veel gefocust op het verleden. Exemplarisch is de aandacht die alle parlementaire enquêtes opeisen. Dáár ligt deels de sleutel: een betere balans tussen ‘toen’ en ‘straks’!

Een daadkrachtige overheid

Er heerst angst en onvermogen om pijnlijke keuzes te maken. Wat tot stilstand leidt. Om ons land weer in beweging adviseert DenkWerk de volgende ingrijpende veranderingen:

  1. Het tegengaan van politieke versplintering. Wat praktisch oplosbaar is door parlementsverkiezingen in twee rondes te houden.
  2. Het benoemen van transitieministers. Die de integrale verantwoordelijkheid krijgen over de belangrijkste beleidsprioriteiten. Waarmee hun mandaat de verantwoordelijkheden van de bestaande ministeries overstijgt: zij beslissen over de verdeling van mensen en middelen die aansluiten bij hún beleidsprioriteit.
    Transitieministeries zijn vanuit het kabinet naar het parlement verantwoording verschuldigd voor de succesvolle uitvoering van het betreffende beleid. Zo zou de transitieminister voor ruimte integraal verantwoordelijk moeten zijn voor de succesvolle uitvoering van het masterplan ruimte.
  3. De overheid die de functie van transitieregisseur actief vervult. Wat haaks staat op het Nederlandse model van pragmatisch polderen. Het is een publiek geheim dat systeemveranderingen niet zonder regie worden opgepakt.
    Zoals blijkt uit de recente structuurwijziging van ons pensioenstelsel: een compromis van dik 15 jaar polderen. Of de beperkte progressie voor verkeersveiligheid terwijl we wel tal van ambities hebben (‘maak een punt van 0’). Dat het ook anders kan blijkt uit de wijze waarop de Deltacommissaris regie neemt over onze waterveiligheid. Of de wijze waarop EZ regie pakt voor de operationalisering van de windparken op de Noordzee.

Dat vraagt om leiderschap in ons openbaar bestuur.

Professionals die vanuit een politieke opdracht de regie nemen om in cocreatie met deskundigen uit de 4O’s (overheden, ondernemers, onderwijs/kennisinstellingen en omgeving) die stip op de horizon concretiseren. Een soort ‘NL2040’, met duidelijke ambities, principes én prioriteiten. Voorzien van energiegevende voorbeelden. Resulterend in een perspectiefrijke visie gericht op een gemeenschappelijk hoger doel: toekomstige waardecreatie voor ons land. Inspirerend voorbeeld is in najaar 2022 gepresenteerde aanpak van Johan Remkes (‘Wat wél kan: uit de impasse en een aanzet voor perspectief’).

Leidende rol

Juist dít leiderschap vraagt om vaardigheden en kennis die nu onvoldoende beschikbaar zijn. Wat vraagt om investeringen in professionals met wijsheid, visie én lef waarmee de overheid weer een leidende rol durft te nemen. Om zo te komen tot een toekomstvisie met duidelijke beleidsprioriteiten waarop de gehele samenleving (zowel overheid, maatschappelijke organisaties als burgers en ondernemers) zich kan richten. DenkWerk adviseert daarbij te focussen op vijf prioriteiten:
1.    Creëren van ruimte en investeren in fysieke leefomgeving.
Op dit moment wordt 2/3 van ons landoppervlakte ingenomen door de agrarische sector (aandeel primaire landbouw in BBP is 1,5%, 2% qua werkgelegenheid en 60% qua stikstofuitstoot), zo’n 16% is bebouwd voor wonen, werken, mobiliteit en energie-infrastructuur en de overige 18% is natuur en recreatiegebied.
Die verdeling lijkt onevenredig en onlogisch. Er is zonder twijfel ruimte nodig voor bebouwing en natuur. De agrarische sector zal dus ruimte moeten maken. Dát volgt ook uit een stip op de horizon voor de landbouw: duurzaam, circulair en zoveel mogelijk in korte ketens.  
2.   Transitie naar een hoogwaardige, schone economie.
Het is tijd om te bewegen naar een vernieuwde economie die past bij een dichtbevolkt, hoogopgeleid land.
Nederland moet afscheid nemen van activiteiten met lage toegevoegde waarde (denk aan veehouders) en activiteiten met een hoge toegevoegde waarde (bijvoorbeeld complexe technologische activiteiten zoals halfgeleiderindustrie en betaalsystemen) juist op- en uitbouwen. Vanuit een duidelijke strategische sturing op economische activiteiten.
3.    Ontwikkelen van een goed opgeleide (beroeps)bevolking.
De transitie van de economie is alleen succesvol als we flink investeren in mensen. Dat begint bij basis- en middelbaar onderwijs: ons onderwijsniveau zakt al jaren weg en creëert daarmee ongelijkheid. Dát moet worden omgebogen: er moet geïnvesteerd worden in voorschools, basis- en voortgezet onderwijs. En in grootschalige her- en bijscholing ter ondersteuning van die economische transitie. Bovendien moet gericht migratiebeleid worden ingezet om de juiste arbeidskrachten aan te trekken.
4.   Versterken van het sociale weefsel.
In delen van de samenleving heerst een gevoel van onbehagen. Wat wordt versterkt door de gevoelde onbeheersbaarheid van digitalisering, globalisering, migratie en klimaatproblematiek. Centraal staat het terugwinnen van grip of controle over je leven. De verschillen tussen mensen – tussen de have’s en have not’s – is meer dan een derde.
Dat betekent versterken en versimpelen van het sociale vangnet, vergroten van burgerparticipatie via burgerraden en referenda én het versterken van de sociale verbinding tussen verschillende groepen in de samenleving. 
5.    Terugbrengen naar de grenzen van een leefbare aarde.
Daarbij gaat het om drie transities tegelijkertijd: voedseltransitie, energietransitie én materiaaltransitie. Langs een drietal hefbomen: technologisch, gedrag én herstel.
Nederland kan focussen op het verstevigen van de wereldleidende positie in voedseltechnologie, het stimuleren van gedragsverandering naar duurzame consumptiepatronen en het opbouwen van een wereldleidende positie in klimaat- en natuurherstel.  

Cocreatie en netwerkleiderschap

Als je een goed verhaal hebt en met de pet in de hand ‘de boer op gaat’ (bij de juiste deskundigen) dan is het geen kunst om die professionals te verleiden om actief mee te denken. Om vanuit ‘24uurs cocreatie-sessies’ (snelkookpan: samen, snel én concreet) met zo’n 30/40 professionals tot grote hoogtes te komen om zo mét elkaar gedragen integrale oplossingen te creëren – vanuit een 360graden benadering. Zéker als je daarbij ook vanuit valuecases de toekomstige waardecreatie centraal stelt. Waarmee je drie benefits combineert: denkkracht, draagvlak én ambassadeurschap. Een beproefd model waarmee ik meerdere taaie innovaties in logistiek (Truckplatooning, Connected Transport, Modal Shift, SuperEcoCombi) of verkeersveiligheid (MONO-zakelijk) heb begeleid.

Mijn cri de coeur

Ik acteer nu zo’n twee decennia als civil servant; met die vlieguren heb ik me gespecialiseerd in netwerkleiderschap. Gebaseerd op die verbindende overheidsrol. Waarmee je als overheid mét de relevante partijen samen komt tot een gedragen toekomstvisie. Om dat vergezicht dan te vertalen in een praktisch uitvoerbare roadmap. Van acties die morgen en overmorgen opgepakt moeten worden om zo mét elkaar die stip op de horizon te verzilveren. Alles gericht op het realiseren van onze toekomstige 2030-ambities. Het geheim hierachter is drieledig: focus op de toekomst (en niet op het verleden), maak inzichtelijk wat die toekomstige waardecreatie dan is én werk van buiten naar binnen waarbij je stuurt op het nemen van verantwoordelijkheid.

Eigenaarschap

Terecht is de vraag: waarom wordt dit rapport nu wél opgepakt? De veelbesproken Haagse lade met tal van goedbedoelde rapporten en adviezen is immers tot de nok gevuld. Het antwoord is simpel: eigenaarschap. Deze DenkWerk-boodschap gaat écht alleen vliegen als de nieuwe Premier van ons land dit gedachtegoed omarmt. Enerzijds inziet hoe het écht anders moet én anderzijds beseft hoe essentieel het is om een gedragen toekomstperspectief te ontwikkelen vanuit een krachtige regievoerende overheid. Om zo de vraagstukken van deze tijd mét elkaar in onderlinge samenhang aan te pakken. Met als niet onbelangrijke bijvangst: het herstel van het vertrouwen in onze eigen overheid!

Iets in mij zegt dat dit een prachtig thema is voor 22 november.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Overheid