Duurzaamheid stimuleren via True Costs en True Price

Columns

Bedrijfseconomen van ‘zekere leeftijd’, zoals ik, zijn opgeleid in de traditie dat kosten het gevolg zijn van het opofferen van productiemiddelen. Die gedachte moet zo langzamerhand losgelaten worden. De productie van het bekertje waar ik momenteel koffie uit drink, vergt veel meer kosten dan de grondstof-, arbeids- en bijvoorbeeld machinekosten alleen. Bij het produceren en het verbranden van de beker komen bijvoorbeeld stoffen vrij die schade aanbrengen aan de gezondheid en het klimaat beïnvloeden. En klimaat kun je moeilijk een productiefactor noemen.

Natuurlijk wisten we al eerder dat productie en consumptie allerlei externe effecten met zich meebrengen, maar er waren nauwelijks methoden om die te meten. Daar is enige verandering in gekomen, zodat beslissers nu ook de sociale en ecologische gevolgen van acties mee kunnen nemen in hun besluitvormingsproces. Het argument om morele overwegingen buiten beschouwing te laten omdat die allemaal zo onduidelijk zijn, geldt niet meer…..of althans minder.

Binnen de bedrijfseconomie is de afgelopen jaren veel energie gestoken in het ontwikkelen van instrumenten die het mogelijk moeten maken de externe effecten in geld uit te drukken. Twee van die instrumenten zijn: True Costs en True Price. Die systemen werken als volgt.

True Costs

True Costs is een systeem dat inzicht geeft in de werkelijke ‘financiële’ gevolgen van een aankoopbeslissing, zodat een optimum wordt bereikt tussen sociale, ecologische en financiële prestaties. Twee voorbeelden: vaak zijn biologisch geproduceerde voedingsmiddelen duurder dan ‘gangbaar geteelde’. Rechtvaardigt het prijsverschil de (vermeend?) betere milieu- en gezondheidseffecten?
Het lukt steeds beter om die effecten in geld uit te drukken. Dat gebeurt bijvoorbeeld door te bepalen welke schade klimaatkosten beide productiewijzen met zich meebrengen. Die berekeningen hoeven niet precies gemaakt toe worden, sterker nog: het mag zelfs flink arbitrair, om toch tot veel betere beslissingen te komen.

Stel, een vierjarig jochie is ernstig ziek. Het is slechts mogelijk om via medicijnen zijn leven een jaar te verlengen, maar dat gaat € 70.000 kosten. Is het dat waard, want als het geld naar dit ventje gaat, kan het niet aan andere patiënten besteed worden of lopen de zorgkosten enorm op. En natuurlijk hebben de ouders dat geld zelf niet, laat staan dat dit patiëntje er zelf voor kan gaan werken. Een duivels dilemma voor artsen, Ziekenhuisdirectie en Zorgverzekeraars. Vandaar dat het College van Zorgverzekeraars besloten heeft aan elk levensjaar een ‘waarde’ toe te kennen van € 80.000, ongeacht de leeftijd, opleiding of bijvoorbeeld werkzaamheden van de patiënt. Dus als een behandeling het leven met drie maanden verlengt, dan mag dit maximaal € 20.000 kosten. De vierjarige komt dus voor de behandeling in aanmerkingen en de betrokken artsen en andere beslissers zullen opgelucht adem halen dat ze via deze aanpak verlost worden van zware morele druk.

True Price

Ook het systeem True Price wil een bijdrage leveren aan duurzaamheid, maar de aanpak werkt heel anders. Bovenop de consumentenprijs komt een bedrag voor sociale en ecologische schade die in het productie- en verkoopproces ontstaat. Er zijn organisaties (bijvoorbeeld het Impact Institute) die zich specialiseren in het maken van dit soort berekeningen.

Het genoemde Impact Institute berekende bijvoorbeeld dat de externe kosten van een spijkerbroek circa € 33 bedragen. Die kosten bestaan onder meer uit overmatig watergebruik, milieuschade door giftige stoffen, kinderarbeid, slavernij en onderbetaling van medewerkers. Dus koopt u een jeans van € 80, dan is de True Price eigenlijk € 113. Het is overigens niet de bedoeling om die laatstgenoemde prijs ook daadwerkelijk door de consument te laten betalen, integendeel. De informatie moet producenten in de keten prikkelen om actief te zoeken naar mogelijkheden om de externe kosten te verlagen. Via bijvoorbeeld het verbeteren van de sociale voorzieningen voor arbeidskrachten in ontwikkelingslanden en het verminderen van de milieubelasting van het productieproces kan dat.

Het is mogelijk dat het verlagen van de True Price tot gevolg heeft dat de bedrijfseconomische prijs stijgt, maar een organisatie die daadwerkelijk maatschappelijk verantwoord onderneemt neemt dat op de koop toe. Anders doet u gewoon aan greenwashing. Uw keuze, maar zeg dat dan eerlijk.

Dit is deel drie van een serie over duurzaamheid.
De auteur Theo van Houten is hoofddocent en onderzoeker bij het lectoraat Financial Control van de hogeschool van Arnhem en Nijmegen.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Duurzaam ondernemen