Er worden twee soorten boeken geschreven door adviseurs:
- De eerste categorie bestaat uit boeken met een nieuw concept, zoals systemisch leiderschap, authentiek leiderschap, wendbare teams, holacracy, enzovoorts. Boeken ook waarin een ideaaltype leider wordt voorgesteld, meestal vergezeld van een model, met stappenplan en do’s & don’ts. Deze boeken zijn meestal meer gevoed door wenselijkheid dan door de dagelijkse praktijk.
- En dan zijn er de boeken die een persoonlijke synthese bevatten van alles wat de adviseur heeft gelezen en onderzocht. Een hoogleraar zei ooit eens tegen me dat iedere adviseur na verloop van tijd zijn eigen boek moet schrijven: een eigen analyse van actuele managementliteratuur met een eigen visie op de managementpraktijk. Soms ligt de waarde van zo’n boek vooral in de weg die de adviseur zelf heeft afgelegd.De weg was het doel. In het beste geval is zo’n boek een wegwijzer en vraagbaak voor vakgenoten.
Zo’n boek is De Kracht van Organisch Leiderschap door Ronald van der Molen. De theorie is beknopt en overzichtelijk weergegeven, met relevante actuele onderzoeken. Het is praktisch: tien hoofdstukken waarin telkens een grondbeginsel wordt toegelicht, voorafgegaan door een praktijkvoorbeeld, en vergezeld van handige overzichten en indringende persoonlijke vragen of concrete tips voor de manager. praktijkervaring én een afgewogen reflectie op die ervaring. Het boek ademt praktijkervaring én een afgewogen reflectie op die ervaring.
Een klein minpuntje is er ook. Altijd op zoek naar voorbeelden van anders organiseren, werd ik getriggerd door de belofte van tien praktijkcases. Het boek is immers gebaseerd op een kwalitatief onderzoek naar tien Nederlandse bedrijven en instellingen die een metamorfose doormaken naar wendbaarheid en zelforganisatie. Dat valt wat tegen: de verhalen uit de praktijk zijn meer een losse illustratie van een grondbeginsel dan een degelijke praktijkcasus. Wat was de aanleiding om te willen veranderen? Hoe heeft de organisatie het aangepakt? Wie zijn erbij betrokken? Wat liep er goed, wat ging er fout? Wat heeft het opgeleverd (is anders ook beter?), welke nieuwe uitdagingen liggen er nu? Natuurlijk ontstaan organisatieveranderingen dikwijls organisch, met een idee of een ontmoeting, en niet volgens een tevoren uitgedacht plan. Het boek zou nog aan kracht gewonnen hebben wanneer de grondbeginselen en de vijf fasen iets nadrukkelijker aan bod waren gekomen in en verbonden met de praktijkbeschrijvingen.