Wat is eigenlijk de bedoeling van de bedoeling?

Columns

De laatste jaren ging het veelvuldig over de bedoeling van de organisatie. Maar organisaties hebben helemaal geen doelen, stelt organisatiefilosoof Ben Kuiken. Alleen mensen hebben doelen, en ze vinden elkaar op menselijke waarden.

'Werken vanuit de bedoeling.' Het klinkt goed. Dat wil iedereen wel. En dus zijn in het afgelopen decennium hele volksstammen de hei opgegaan om die bedoeling van de organisatie te (her)-ontdekken en om van daaruit te leren werken. Prachtig.

De organisatie als middel

Maar helaas is het onzin. Organisaties hebben namelijk helemaal geen doelen. Alleen mensen kunnen doelen hebben, die ze door middel van de organisatie proberen te realiseren. De organisatie is een middel tot, een instrument van mensen om hun doelen te realiseren. En de een weet dat middel net wat beter te hanteren dan de ander, waarmee de organisatie meteen een politieke lading krijgt.

Want mensen hebben lang niet altijd dezelfde doelen. Waar de een naar zijn werk gaat om zijn brood te verdienen, zoekt de ander iets van zin in het werk. En waar de een ambitieus is en carrière wil maken, vindt de ander het al lang best als het werk op tijd afkomt en er niet te veel gedoe is. Sommigen willen machtig zijn, veel geld verdienen, of iets goeds doen voor de medemens. Allemaal verschillende, maar even legitieme doelstellingen

Platgeslagen

Wat er gebeurt met een term als ‘dé bedoeling van dé organisatie’ is dat al deze verschillende doelstellingen worden platgeslagen tot één hoger doel of purpose. ‘Start with why’, en de rest gaat vanzelf. Maar hiermee worden dus al die andere, even legitieme doelen van mensen genegeerd en zelfs verdacht gemaakt. Als je tegenwoordig nog durft te zeggen dat je naar je werk gaat om je brood te verdienen, dan word je daar streng op aangesproken, want dat kan toch niet de bedoeling zijn.

Hier toont zich een vorm van geweld van organisatie, zoals Mieke Moor dat zo mooi noemt. De bedoeling is een vorm van machtsmisbruik, een ideologie, om de arbeiders nog verder uit te buiten.

Je zou er bijna Marxist van worden, ware het niet dat Marx tegenover de ideologie van het kapitalisme zijn eigen ideologie plaatste die ook niet zo geweldig bleek uit te pakken. Maar met zijn kritiek op het kapitalisme had hij zeker een punt: die ideologie heeft de bedoeling om het proletariaat (de ‘have nots’ of ‘99 procent’, zouden we tegenwoordig zeggen) nog harder te laten zwoegen ten faveure van het grootkapitaal (de 1 procent rijken der aarde). Het grootkapitaal is er ook in de afgelopen jaren weer flink rijker op geworden. 

Verlicht kapitalisme

Gelukkig hebben we tegenwoordig een vorm van ‘verlicht’ kapitalisme, zou je kunnen zeggen. De middenklasse in het rijke Westen heeft het zo slecht nog niet, en wie hard genoeg werkt, kan zich een fijne Tesla veroorloven en twee keer per jaar op vakantie. Dat is de ideologie van het scientific management van Taylor en van Henri Ford, die oprecht geloofden dat iedereen ervan profiteert als de arbeider (de arme Schmidt bij Taylor en Charlie Chaplin in Modern Times) er nog een schepje bovenop deed. 

Hierachter gaat de ideologie van het utilitarisme schuil, de ethische opvatting die de morele waarde van een handeling afmeet aan de bijdrage die deze handeling levert aan het algemeen nut, ofwel het geluk van zoveel mogelijk mensen. Dan wordt ethiek dus een kwestie van optellen en aftrekken, en trekt de minderheid vrijwel altijd aan het kortste eind. Ook dat zie je gebeuren, in de toeslagenaffaire, bij de werkende armen en in Groningen. Alles voor het algemeen nut.

Een ethisch besluit

In die zin wordt het de hoogste tijd dat we nieuwe waarden gaan benoemen. Menselijke waarden. De filosoof Kant stelde dat we mensen nooit als middel mogen behandelen, als human resources, maar altijd als doel in zichzelf. Organisaties worden gevormd door mensen, niet door human resources. En die mensen hebben allemaal hun eigen wensen (en dromen). Een belangrijke wens van mensen is om gezien te worden. Erkenning van wie ze zijn, in hun eigenheid. Ook vinden we het fijn om ergens bij te horen, bij een groep of gemeenschap. Dat geldt voor Elon Musk, maar ook voor de schoonmaker op het kantoor waar jij werkt, of de ict’er die in India zorgt dat het bedrijfsnetwerk blijft draaien.

Hoe ziet dat er dan uit? Een mooi voorbeeld uit de praktijk kwam onlangs (opnieuw) van Jos de Blok van thuiszorgorganisatie Buurtzorg. Hij had besloten dat alle verpleegkundigen en verzorgenden er een loonschaal bij krijgen. Waarom? Omdat ze het verdienden, zei De Blok. De Volkskrant noemde het in een commentaar een ethisch besluit, en dat was het ook. Het heeft niets met de bedoeling te maken, en ook niet met de why. Het gaat om mensen, en de erkenning die hen toekomt. 

Wie volgt?

Ben Kuiken is organisatiefilosoof.

Auteur van: Het grote fröbelboek voor adviseurs

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Willem Mastenbroek Jr.
Pro-lid
Mooie reactie: https://www.managementsite.nl/optimale-bloei

Meer over Betrokkenheid, commitment