Directeuren huilen niet

Columns

‘Hoe gaat het met jou?,’ vroeg mijn contactpersoon, een statutair directeur, aan de telefoon. ‘Goed,’ hoorde ik mezelf antwoorden. En hup daar ging ik. Ik hoorde mezelf vertellen met welke interessante projecten ik allemaal bezig was en dat ik daar aanstaande vrijdag tijdens onze zojuist geplande lunchafspraak alles over zou vertellen.

Na afloop van het telefoongesprek baalde ik. Ik wil helemaal niet vertellen over de projecten waar ik mee bezig ben als iemand aan me vraagt hoe het met mij gaat. Dat zegt immers niets over mij.

Nagedacht
De dagen na dit telefoongesprek dacht ik verder na over de vraag ‘hoe gaat het me je’. Het is een vraag die bij mij altijd een bepaalde onrust en onzekerheid oproept. Want, wat wil de ander horen? Wil hij echt weten hoe het met mij gaat of vraagt hij het voor de vorm? Wat vindt hij interessant?

In het kader van mijn eigen transitie stelde ik mijzelf de vraag: ‘Wat wil je vertellen?’ Ik kwam tot de conclusie dat ik een echt antwoord wil geven. Maar hoe gaat het eigenlijk met me?

Tijdens de lunchafspraak besloot ik mijn tafelpartner te vragen, welk antwoord hij echt wilde hebben op de vraag ‘hoe gaat het met je? En ik maakte hem deelgenoot van mijn denkproces. Mijn gesprekspartner vertelde me dat hij echt wilde weten hoe het met me gaat en vervolgens ontvouwde zich een prachtig en waardevol gesprek. Ook hij vertelde waar hij op dit moment staat in zijn bedrijf, over de onzekerheden en uitdagingen die er zijn en hoe hij daar mee omgaat.

Directeuren huilen niet

Tijdens één van de interviews voor mijn boek ‘Verborgen moed’ vertelde iemand mij dat hij altijd heeft gedacht dat directeuren nooit onzeker zijn. Het effect daarvan op hem was dat hij de overtuiging had dat hij zijn onzekerheden niet moest delen. Dat zou immers een teken van zwakte zijn die het verdere verloop van zijn loopbaan zou kunnen schaden. Ik herken zijn gedachtegang en overtuiging, heb het zelf ook altijd zo gedaan en gedacht. Als directeur deed ik daarom extra mijn best om mijn onzekerheden te verbergen, maar nu weet ik beter.

Directeuren zijn ook onzeker. Het zijn mensen zoals alle mensen. Ze kennen ook gevoelens van angst, onzekerheid en kwetsbaarheid. Hoe jammer is het dat de maatschappelijke overtuiging dat we onze gevoelens van kwetsbaarheid niet mogen laten zien, het effect heeft dat mensen zich groter voordoen dan ze zijn. De consequenties die dat heeft; het mislopen van leerervaringen en goede ideeën, maar ook signalen van stress en ziekte. Ik zou willen dat het anders was.

Denk de volgende keer dat je iemand vraagt hoe het met hem gaat eens na waarom je het vraagt. Wees je bewust en gun jezelf een echt antwoord op de vraag, je zult verbaasd zijn wat het je brengt.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Edwin Tuin
Beste Rianne,

Directeuren (en andere leidinggevenden) mogen en kunnen zich wel kwetsbaar opstellen, maar cruciaal is hoe je dat doet. Op de vraag: "hoe gaat het met je?" direct 'je ziel en zaligheid' ter sprake brengen is inderdaad niet verstandig. Kwetsbaarheid 'met een touch' is juist nodig om mensen te inspireren en tot verandering en groei aan te zetten. Juist die kwaliteit onderscheid de 'baas' van de leider.

Edwin Tuin | organisatie en IT-veranderspecialist | www.victalis.nl
Henk Meijer
Beste Rianne,
Goed om aan te geven dat leidinggevenden gewoon mensen zijn met hun eigen zorgen en problemen. Maar anders dan Edwin vertelt is het niet zo dat je de kwetsbaarheid als mangementtool moet gebruiken. Kwetsbaarheid met een touch is volledig verlies van authenticiteit en grenst aan minachting van je medewerker. Wees gewoon jezelf!

Meer over Leidinggeven