Vertrouw je (op) je auto?

Columns

Graag zou ik je de volgende twee vragen willen stellen:

Vraag 1: Vertrouw je je auto?
Vraag 2: Vertrouw je op je auto?

De kans is vrij groot dat je op de eerste vraag ‘nee’ hebt geantwoord. Je auto is immers geen persoon of een dier en alleen die kun je vertrouwen, nietwaar? Daarentegen is het vrij aannemelijk dat jouw antwoord op de tweede vraag ‘ja’ was. Zeker als je net met je auto van je werk naar huis bent gereden (of andersom). Je hebt er op vertrouwd dat deze je veilig en wel van A naar B zou vervoeren. Correct?

Dit vragenspelletje laat ik je alleen doen om aan te geven dat het woord vertrouwen op verschillende manieren kan worden gebruikt en daarmee ook uiteenlopende betekenissen kan hebben. In de Engelse taal is dit onderscheid duidelijker doordat er ook echt verschillende woorden zijn voor specifieke situaties. Het woord ‘trust’ betekent iets anders dan het begrip ‘confidence’. Dan heb je ook nog eens de termen ‘to rely’ en ‘to have faith’, met net weer een andere betekenis.

Vertrouwen als randvoorwaarde

Lekker boeiend, zul je misschien denken. Wel degelijk, naar mijn idee. Want mede doordat in onze taal de betekenis van de term vertrouwen niet eenduidig is lopen we kansen mis. Kansen op het gebied van de manier waarop we met elkaar samenwerken binnen en tussen organisaties. Neem, voor het gemak, het concept Het Nieuwe Werken. Een benadering waarvan vaak wordt gesteld dat vertrouwen een randvoorwaarde is. Dat is zeker ook zo, naar mijn idee, maar wel met een andere betekenis dan veel sceptici er aan toekennen. En dat is nu net een belangrijke reden voor hun weerstand.

Het woord ‘vertrouwen’ wordt is deze context, als het over Het Nieuwe Werken gaat, namelijk te vaak geïnterpreteerd als iemand geloven op zijn/haar blauwe ogen. In het Engels zou het gaan om het woord ‘trust’ en bij bovenstaande vragen de associatie die opkomt bij vraag 1 (‘Vertrouw je je auto?’). En dat gaat veel controlefreaks, die er nog veel te vinden zijn in ‘managersland’, te ver. Niet onterecht. Maar wat wil het geval? Dat is helemaal niet de betekenis die toegekend zou dienen te worden als het om samenwerken gaat. Natuurlijk is het leuk als iemand blauwe ogen heeft waarmee je samenwerkt, maar het gaat er om dat je ook de juiste condities inricht om te kunnen vertrouwen op de gewenste uitkomst van de samenwerking. Je leest het al, het gaat om de interpretatie die bedoeld is bij vraag 2 (‘Vertrouw je op je auto?’).

Wat heeft ervoor gezorgd dat je bij vraag 2 ‘ja’ antwoordde (ik ga er maar even van uit dat je een degelijke auto hebt)? Misschien het merk, of het feit dat je auto net een onderhoudsbeurt heeft gehad? Wellicht heb je de auto gekocht van iemand die je vertrouwde? En als dat allemaal nog niet voldoende was, dan beschikte je tijdens het rijden ook nog over een dashboard dat precies aangaf wat de status van de auto was (hoeveel brandstof je nog had, de temperatuur en het toerental van de motor, etc.). Eigenlijk had je, paradoxaal genoeg, vertrouwen in de controlemechanismen.

Vertrouwen in de combinatie van formele- en sociale controle

Er was een combinatie van wat ze in de theorie noemen formele- en sociale controlemechanismen die jou lieten vertrouwen op je auto. De formele controlemechanismen bestonden onder andere uit de vele voorschriften waaraan fabrikanten van auto’s dienen te voldoen. Dit zijn de expliciete regels die voor controle zorgen. Een van de sociale controlemechanismen kan zijn geweest dat de verkoper van de auto over normen en waarden beschikte die hem of haar er van weerhield om je een ondeugdelijke auto te verkopen. Bij sociale controle gaat het dus om sturing door normen en waarden.

Nu komt mijn punt. Naar mijn idee kunnen we veel meer potentieel uit samenwerking binnen organisaties halen als we meer gaan vertrouwen op een combinatie van formele- en sociale controle. Over het algemeen is de formele controle wel ingericht. Vaak te enthousiast zelfs. Denk aan samenwerkingsverbanden waar vuistdikke contracten aan ten grondslag liggen waarin elk detail staat beschreven. Waar het grote potentieel naar mijn idee nog zit is om meer te vertrouwen op de werking van sociale controlemechanismen. Er zijn namelijk diverse voordelen van sturing door normen en waarden. Denk alleen al aan de veel lagere transactiekosten dan bij formele controle. Een andere voordeel is dat je nooit regels kunt bedenken voor alle mogelijke situaties en normen en waarden bieden je altijd houvast.

Wellicht kunnen we de eerste stap zetten naar productievere samenwerkingsvormen door in plaats van het woord vertrouwen het begrip ‘sociale controle’ te gebruiken? Ik vertrouw er op dat we dan ook alle controlefreaks meekrijgen bij het vinden van een nieuwe balans!

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Innovatief organiseren