Belgen doen het nog altijd beter

Columns

De Volkskrant kopt op 11 juli van dit jaar dat de nieuwe regeling voor de inkomensafhankelijke huurverhoging in twee maanden tijd al 60.000 bezwaarschriften heeft opgeleverd. Dat de politiek in de vastgelopen sociale huursector doorstroming wil bevorderen is even begrijpelijk als noodzakelijk. Het is vanuit dat doel denkbaar dat niet alleen bij de instroom van huurders een relatie wordt gelegd tussen het inkomen en de huurprijs. In die nieuwe regeling wordt die relatie indirect beïnvloed door de introductie van een inkomensafhankelijke huurverhoging.

Waar gaat het mis? Als de overheid streeft naar het aanpassen van de huur aan het inkomen en het inkomen van een huurder niet alleen geleidelijk kan stijgen maar ook plotseling kan dalen, dan is het logisch en eerlijk dat zowel huurverhoging als huurverlaging mogelijk moet zijn. Verder wordt de huurverhoging van dit jaar gebaseerd op de belastingaangifte van 2011. Van dat jaar zullen de meeste aangiftes definitief zijn, maar inmiddels zijn wij anderhalf jaar verder en bleek de Belastingdienst niet in staat om alle gegevens op tijd aan corporaties te kunnen leveren en bovendien kan het inkomen van huurders inmiddels beduidend lager zijn; denk aan werkloosheid, sterk wisselende omzet van zzp-ers, echtscheiding, arbeidsongeschiktheid en bijvoorbeeld pensionering. Als die wijziging in inkomen pas veel later wordt meegenomen, wordt de eerdere huurverhoging niet meer ongedaan gemaakt. Kortom op basis van de eerste indruk lijkt dit opnieuw een ontwerp voor een regeling die problemen bij burgers neerlegt en onnodig hoge uitvoeringskosten gaat opleveren.

‘Ambtenaren met passie voor de publieke zaak moet dit soort regelingen een doorn in het oog zijn’

In 2003 bracht een zelfbenoemde staatscommissie met onafhankelijke adviseurs en wetenschappers een rapport uit met de pakkende titel: ‘De Belgen doen het beter: een kwestie van uitvoering’. Daarin werd gepleit voor een herwaardering van de uitvoeringspraktijk van overheidsbeleid. Die publicitair goed gekozen term: ‘De Belgen doen het beter’, is destijds gebruikt vanwege het beleid in België, waarbij de burger slechts eenmaal zijn gegevens aan een overheidsinstelling hoeft op te geven. Andere overheidsorganen die diezelfde gegevens nodig hebben, dienen deze zelf onderling uit te wisselen. Niet de burger maar overheden moeten dan in actie komen.

De aanpak van de inkomensafhankelijke huurverhoging doet mij sterk denken aan de aanpak van de onroerende zaakbelasting. Het heeft zeker vijftien jaar geduurd voordat een groot aantal bureaucratische elementen uit die regeling is verwijderd of afgezwakt. Maar nog altijd zit het kernprobleem in die regeling. De regeling beoogt de actuele marktwaarde van woningen zo goed mogelijk te bepalen om op basis van die waarde verschillende belastingen te kunnen heffen. Nu is ook de marktwaarde van een woning nog altijd de waarde die een gek daar op enig moment voor geeft. Het gebruik van drie recent verkochte referentiepanden zegt daar natuurlijk bar weinig over. Ook deze regeling heeft jarenlang tot een grote stroom bezwaarschriften geleid en werden belastingrechters overspoeld met zaken, regelmatig was dit 50% werk bovenop de beschikbare capaciteit. Als je toch een schatting moet maken van de waarde van woningen, waarom dan niet gebruik maken van de verkoopstatistiek - eventueel met aanpassing van de registratie bij het Kadaster - in een bepaalde periode in een bepaald gebied, bijvoorbeeld de provincie. Door de gemiddelde waarde (waarde per m3 opstal en waarde per m2 grond) te bepalen voor verschillende categorieën vastgoed, zoals appartementen, rijtjeshuizen en vrijstaande panden, worden veel nadelen voorkomen die aan het gebruik van referentiepanden kleven. Die uitvoeringspraktijk zal veel minder overlast geven aan de burger en kent bovendien aanzienlijk lagere kosten.

‘Zou het helpen als belangrijke voorstellen voor de uitvoering van beleid door groepjes jonge ambitieuze ambtenaren van verschillende ministeries kritisch worden beoordeeld?’

Hoe is het mogelijk dat overheden steeds weer opnieuw regelingen ontwerpen met onnodig veel bureaucratische rompslomp, waarbij de burger nota bene -bij kritiek of een bezwaarschrift - steevast wordt getrakteerd op de opmerking: ‘de regeling moet een paar jaar in de praktijk worden uitgevoerd voordat deze pas geëvalueerd kan worden’. De Belgen doen het nog steeds beter.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Jos Steynebrugh
Beste Lambert,
dat komt omdat we in Nederland als lijfspreuk hebben "Je maintiendrai".
En dat laatste doen we vaak juist niet. En als we het wél doen is dat uiteraard peperduur.
Vandaar dat de centrale overheid wetjes zonder na te denken "over de schutting gooit" waarbij een ander (gemeente, politie , rechters, kroegbazen of kassieres etc.) de uitvoering mogen verzorgen inclusief de "maintiendrai".
Ga vooral zo door, Den Haag.
Jan Blanckaert
. De Belgen doen het niet beter. Waarom?
1) er zijn geen Belgen meer en wat de Vlamingen zelf doen, doen ze zeker niet beter. Kijk maar eens naar het Antwerpse Oosterweel verhaal in België.
2) we hebben meer ambtenaren per inwoners dan veel Europese landen en overheidsbeslag is 55 % van Bruto nationaal product. De productiviteit van de Belgische ambtenaren is heel laag. Je moet maar eens met het gerecht in aanraking komen in België: dit zijn 19 Eeuwes toestanden. Hadden we in het zuiden gelegen dan hadden we hier Griekse toestanden.

Gelukkig zijn we Bourgondiërs en zijn we niet zo zuurpotten. We drinken liever nog eentje op een terrasje. Kom maar eens een terrasje doen in België. Dat is nog iets waar we beter in zijn maar zeker niet in ambtenaar activiteiten.
Martin
Zou het niet meer helpen als belangrijke voorstellen voor de uitvoering van beleid door groepjes oudere, ervaren, betrokken, "end of carreer" ambtenaren getoetst worden? Ambitieuze jonge ambtenaren hebben vaak nog een beperkte scope en willen nogal eens een wit voetje halen bij bestuurders en andere mensen die over hun carriere gaan.
Lambert Boot
Beste Jos, Jan en Martin, dank voor jullie reacties.

Jos, dat over de schutting gooien is heel herkenbaar en met de huidige decentralisatie van Rijk naar Gemeenten zou ik nu al een parlementaire enquête willen inplannen, want dat gaat de komende tijd absoluut op veel punten fout. Alleen al de daaruit voortkomende rechtsongelijkheid zal een flinke dobber worden.

Jan, ik begrijp jouw reactie, maar zelfs als het door mij genoemde punt dat Belgische overheden onderling data moeten uitwisselen in plaats van steeds de burger lastig te vallen, het enige pluspunt zou zijn, dan nog vind ik het de moeite waard het te noemen als goed voorbeeld van wat een overheid voor burgers kan betekenen.

Martin: ervaren ambtenaren zijn zo verweven met het politieke systeem, dat ik daar niet (meer) in geloof. Ik geef direct toe dat ik zelfs bij jonge ambtenaren twijfel heb, want twee jaar geleden zaten 5 ambitieuze jonge ambtenaren van verschillende ministeries aan tafel bij het programma Buitenhof, en toen was al niemand in de uitzending bereid om concrete voorstellen te doen voor betere samenwerking tussen de ministeries. Ik heb mij toen al gerealiseerd hoe snel het politieke loyaliteitsvirus kan indalen in de praktijk en de meerwaarde van de frisse jonge ambitieuze ambtenaar kan smoren.

Meer over Overheid