Als uit bodemonderzoek toename van vervuiling blijkt, wat dan?

Als bij een bodemondrzoek aan het begin en aan het einde van een verhuurperiode blijkt dat er meer vervuiling is te constateren, dan geldt in deze situatie dat de verhuurder er in is geslaagd te bewijzen dat de schade c.q. verontreiniging tijdens de huurtijd is ontstaan. Het is vervolgens aan de huurder te bewijzen dat de schade c.q. verontreiniging niet aan een aan hem toerekenbaar tekortschieten in zijn huurdersverplichtingen is te wijten. Indien de huurder in dit bewijs slaagt, hoeft hij de ‘meer-verontreiniging’ niet te saneren. Slaagt hij niet in dit bewijs dan zal de huurder de bodem, tenminste het meerdere aan verontreiniging, dienen te saneren.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 76 vragen en antwoorden over Vastgoed: Bouwen.