Retorica van het corona-virus

Columns

Premier Rutte heeft ons, inwoners van Nederland, nu verscheidene keren toegesproken sinds het uitbreken van het corona-virus. Daarnaast hebben hij en de belangrijkste ministers op dit dossier, herhaaldelijk in de Tweede Kamer verantwoording afgelegd. De aanpak van het kabinet om de Nederlandse bevolking mee te nemen in het beperken van de schade is een treffende toepassing van retorische principes.

Retorica wordt al sinds de klassieke oudheid (Aristoteles, Cicero, Quintilianus) omschreven als de kunst van het overtuigen door welsprekendheid. De combinatie van beiden, welsprekend een overtuigend verhaal neerzetten, doet ertoe. Het kabinet doet het bij monde van premier Rutte op beide punten wat mij betreft heel goed. Om het kort door de bocht te zeggen: het verhaal deugt en het is nog goed aan te horen ook! Het is Rutte tot op heden gelukt om het vertrouwen van een groot deel van de bevolking te winnen. Tegelijkertijd valt er hardnekkige weerstand te signaleren. Wat is hier aan de hand?

De verspreiding van het corona-virus behoort tot de categorie ‘ongewisse zaken’ - je weet dat het er is, dat het ernstig is en met grote gevolgen. Maar wie, waar, wanneer, en hoe: elke uitspraak hierover gaat vergezeld van een grote mate van onzekerheid. Verder dan spreken in termen van ‘waarschijnlijkheden’ kun je niet komen. En dit is een klassieke retorische situatie die herinnert aan politieke beraadslagingen in het oude Athene over zaken van oorlog en vrede. Het gebruik van de oorlogsmetafoor in de ‘bestrijding’ van het corona-virus, past helemaal in dit beeld. We staan immers op voet van oorlog met een onzichtbare tegenstander. De onzekerheid over de uitkomst (en over de weg daar naar toe) typeert het retorische karakter van de situatie. Wat staat een kabinet, een premier in zo’n situatie te doen?

Premier Rutte staan retorisch gezien drie, bewezen effectieve strijdwapens ter beschikking. Ze staan bekend als ethos, pathos en logos. Twee van de drie doen een appel op emoties, de derde, logos is argumentatief van aard.Door ethos in te zetten doet de premier een beroep op het vertrouwen van de bevolking in hem als persoon en als premier. Hij toont zich empathisch en bekent openlijk dat hij erg heeft geworsteld met de vraag of de teugels weer wat kunnen vieren.

Door te appelleren aan emoties onder de bevolking (pathos) laat hij zien te begrijpen wat er leeft. Hij gebruikt herkenbare woorden, vermijdt lange, ingewikkelde zinnen en vakjargon, spreekt de kijker rechtstreeks aan op diens verantwoordelijkheid. Hij noemt allerlei beroepsgroepen, bedankt, steunt, en roept op om vol te houden.

Zijn derde strijdwapen, logos, heeft het kabinet belegd (niet: uitbesteed) bij het Outbreak Management Team, een breed samengestelde groep experts. Zij moeten zoveel mogelijk informatie verzamelen en van daaruit voorspellingen doen over mogelijke gevolgen van mogelijke maatregelen. Interessant is dat deze groep van experts bij monde van zijn voorzitter, professor Jaap van Dissel bij herhaling (zoals in NRC 9 mei jl.) bevestigt dat we te maken hebben met een situatie waarin we gewoon heel veel niet met zekerheid weten. Of, zoals Rutte op 12 maart 2020 in zijn eerste publieke optreden in de corona-crisis zei: ‘In crises als deze moet je met 50 procent van de kennis 100 procent van de besluiten nemen, en de gevolgen daarvan dragen’. Een typisch retorische situatie dus waarin het aankomt op overtuigingskracht in plaats van keiharde wetenschappelijke voorspellingen.

Zoals gezegd, het kabinet heeft het overgrote deel van de bevolking weten te overtuigen door een knappe mix van ethos, pathos en logos. Het kabinet is alert op het behoud van dit draagvlak, meebewegend met onze collectieve emoties en tegelijkertijd met een oog voor de risico’s. Vanwaar dan toch die hardnekkige weerstand bij een minderheid? Een paar opties.

Niet iedereen realiseert zich dat we zitten in een ‘ongewisse situatie’, die vaak vergeleken wordt met een oorlogssituatie. Zekerheden ontbreken en wie niet zonder zekerheden kan, heeft een probleem. Hoe met dit probleem om te gaan? Door zelf, in je eentje, informatie te gaan verzamelen en eigen statistiekjes te maken van onvergelijkbare data? Door met vermoedens aan hogere machten te strooien, machten die commerciële belangen hebben? Door oplossingen die regeringen van andere landen kiezen, te propageren als beter dan de Nederlandse?

Ik wil niemand de mond snoeren maar geef de opponenten graag in overweging eerst kritisch te onderzoeken of het logos-gehalte van hun tegenverhaal voldoende gewicht heeft alvorens ermee naar buiten te treden met inzet van pathos en ethos. Een disbalans in de mix van die drie veroorzaakt meer onrust dan het wegneemt.

Harm Klifman, auteur van Cicero leest Covey. Retorica in populaire managementboeken.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Floris Berkenbos
Ik ben het eens met deze artikel. We leven nu in een moeilijk periode, waarbij verkeerde gegevens of gebrek aan informatie voor problemen en onrust kan zorgen. Iedereen moet open staan voor kritiek, maar ze moeten ook vertrouwen plaatsen in degene die aan de macht zijn. Ik snap dat veel mensen bang zijn, maar om een stap verder te komen, moet er ook vertrouwen van beide kanten aanwezig zijn.

Meer over Presentatie