Laatst werden we als managementteam begeleid door een voormalig topsporter. Hij heeft ons gedurende één dag meegenomen in de geheimen van de topsport. Centraal stond wat wij daarvan zouden kunnen leren in ons dagelijkse werk. Verbluffend veel was de conclusie aan het einde van de dag in het Arnhemse Papendal. Topsporters willen namelijk vooruit, ze zijn ambitieus, doelgericht en mentaal zijn ze weerbaar. Ze willen winnen. Immers: pijn is tijdelijk, opgeven is voor altijd! De sportieve energie van topsporters straalt af op collega’s. ‘Je kunt iemand niet leren om gepassioneerd te zijn’ aldus onze begeleider.
Welke eigenschappen leiden niet alleen op het sportveld, maar ook op de dagelijkse werkvloer tot succes? Hoe kun je als organisatie meeliften op de successen van de topsport? Dit was onze ‘top vijf’ waarmee wij als team - en daarmee ook onze organisatie - aan de gang zijn gegaan:
1. Stel concrete doelen. Een opeenvolging van kortetermijndoelen leidt uiteindelijk tot het beoogde langetermijn resultaat: blijvend succes op het allerhoogste niveau. De mate van succes wordt vooral bepaald door de bereidheid om de lat iedere dag net iets hoger te leggen. Dat is iets dat je iedere dag kun doen. Je moet het alleen wel concreet maken!
2. Train gericht. Verdeel je werk onder in taken die je tot in de perfectie wil leren beheersen. Probeer elke taak beter te doen dan de vorige keer. Topsporters werken voortdurend aan zichzelf: fysiek, mentaal, emotioneel en soms ook spiritueel. De meeste professionals zijn alleen met hun intellect bezig. Lichaam en geest raken onderbelicht. Maar je kunt het een niet los zien van het ander. Blijf dus zoeken naar middelen om scherp te blijven!
3. Kies je juiste piekmomenten. Wie altijd wil winnen, verliest veel. Kies daarom bewust die momenten waarop je op je top wilt zijn en werk daar dan ook naar toe. Denk en acteer strategischer en stippel vooraf de meest kansrijke route uit. Begin pas aan een klus als je ook zicht hebt op resultaat!
4. Zorg voor adequate feedback. Bekend is het gezegde: ‘werken zonder feedback is als bowlen door een gordijn’. Topsporters laten zich niet snel ontmoedigen. Ze komen niet met smoesjes als het even tegenzit, ze hebben geleerd om vooral naar zichzelf te kijken. Als je niet weet of je succes hebt, gebeuren er twee dingen: één, je wordt niet beter, en twee, het interesseert je niet meer. Door de juiste feedback, krijg je meer zicht op je eigen beperkingen. In teamsporten ben je je daar heel erg van bewust. Dan leer je te vertrouwen op de kwaliteiten van je medespelers.
5. Sta open voor prestatiebevorderende technieken. Van visualiseren tot biofeedback en mental coaching: er is genoeg legale doping voor de geest voorhanden! Mensen kunnen vaak meer dan verondersteld wordt. In traditionele organisaties krijgen ze daar niet de kans voor. In de sport, waar talentontwikkeling corebusiness is, krijg je alle ruimte om naar een doel toe te werken. En daar horen dan ook onorthodoxe methodes bij, het doel heiligt immers de middelen!
Kort & goed: er valt veel te leren van de topsport. Mijn belangrijkste les: ‘topsporters denken vooral in kansen, veel minder in bedreigingen’.
Deel uw ervaringen op ManagementSite
Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.
SCHRIJF MEE, word een pro! >>
De wereld van een topsporter is heel wat overzichtelijker, eenvoudiger én concreter dan die van een gemiddeld bedrijf. Een topsporter heeft altijd direct zicht op wat er gebeurt en op de prestatie. Een bedrijf daarentegen kent een subtiele samensmelting van technologie, organisatie en personen waarbij de fysieke en virtuele wereld zichtbaar en onzichtbaar met elkaar verweven zijn, soms zelfs op wereldschaal.
Verder bestaat een bedrijf niet uit alleen maar 'topsporters'. Gelukkig is daar ook plaats voor gewone 'sporters' of 'zelfs mensen die niet kunnen 'sporten. Volgens mij zijn de wereld van de topsport en de wereld van het bedrijfsleven niet zo gemakkelijk met elkaar te vergelijken.
Waarom wil je piekmomenten gaan plannen? Er speelt ook nog iets mee als de klant en de fluctuatie in vraag, je kan niet uitblinken als je omgeving hier niet aan meewerkt. Een topsporter is alleen op zichzelf gericht en kan dit wel.
Weinig nieuwe informatie met toegevoegde waarden. Meeste punten gaan over open cultuur en goed overleg (kennismanagement).
Ik besef dat ik wat kort door de bocht ga, maar wilde toch graag een ander geluid laten horen. Daarnaast zou ik willen aanvullen dat sport op amateurniveau (en dan al niet te hoog!) wel veel van de eerdergenoemde aspecten bevat die ook relevant zijn binnen een organisatie. Maar ja, om nou de coach van het 7e van voetbalvereniging Ons Dorp te vragen een clinic te geven…..da’s ook weer zo wat.
Natuurlijk kun je het ook omdraaien en de topsporter van het bedrijfsleven laten leren. Het verhaal Leontien van Moorsel geeft te denken. Is het nodig in het bedrijfsleven om je zo op te stellen als je ambitie hebt? wat zegt dat over de manegement stijlen binnen een bedrijf? Zo kun je allerlei vergelijken maken en leren van elkaar wat wel en niet relevant is.
Een ding is zeker, een topsporter en met name een topsporter die in teamverband moet presteren wordt direct geconfronteerd met zijn eigen functioneren en het resultaat daarvan voor het geheel.
De opmerking 'Sterker nog, ik vind zelfs dat het bedrijfsleven bij uitstek niets zou moeten WILLEN leren van de topsport ' is opmerkelijk.