De discussie over de Total Cost of Ownership van elektrische vrachtwagens draait vaak om een vraag: wanneer is elektrisch rijden net zo goedkoop als diesel? Maar dat is niet de echte strijd. De werkelijke concurrentieslag gaat over energy-parity: wie rijdt op goedkope, betrouwbare stroom en wie niet. Daar ontstaat een kloof die de sector kan splijten. Elektrische vrachtwagens zijn meer dan alleen een simpel rekensommetje.
Grote transportbedrijven hebben schaal en kapitaal. Ze bouwen laadpleinen, plaatsen batterijen, sturen slim op pieken en onderhandelen direct met energieleveranciers. Ze wekken zelf op en betalen geen energiebelasting. Hun prijs per kilowattuur kan daardoor tot 30 procent lager liggen. Omgerekend is dat zomaar 15 tot 25 cent per kilometer voordeel bij zware voertuigen.
Kleine vervoerders betalen straks de hoofdprijs? Zij zien tienduizenden euro’s voor eigen laadinfrastructuur, complexe procedures, jaarlijks onderhoud en hoge netwerkkosten. Voor hen wordt energie steeds meer een structureel concurrentienadeel. De energietransitie dreigt zo een verdelingsvraagstuk te worden. Zero-emissiezones versnellen dat: wie kan investeren, doet het. Wie het niet kan, raakt klanten kwijt omdat hij simpelweg te duur wordt.
Ondertussen groeit de elektriciteitsvraag gestaag door. Over tien jaar is wegtransport goed voor 4 procent van alle Europese stroom. Samen met de enorme elektriciteitsbehoefte van gebouwen en industrie verklaart dat de sombere signalen uit Noord-Holland: duizenden bedrijven in de wachtkamer, tien jaar vertraging voor nieuwe aansluitingen, stilvallende verduurzaming.
Toch hoeft het licht niet op rood te blijven staan. Tijdens een bijeenkomst van Logistiek020 vertelden ondernemers hoe ze wel verder kwamen: stroom delen met buren, laden in de nacht, batterijopslag inzetten. NewCold opende zelfs een volledig autonoom vrieshuis zonder netaansluiting. Zo simpel kan het zijn als je het samen regelt.
CE Delft liet in de Nationale Agenda Laadinfrastructuur zien hoeveel bewezen oplossingen er al zijn: collectieve laadpleinen, batterijsystemen, slimme meters, non-firm aansluitingen. Arriva en het Brabants Afval Team delen ’s nachts stroom en rijden overdag. Netcongestie is niet altijd een probleem, soms is het vooral een kwestie van anders plannen.
Energie is geen technische voetnoot, maar een strategische pijler onder electrificering. Transportondernemers die 20 tot 30 procent van hun omzet kwijt zijn aan energie, hebben iemand nodig die nadenkt over laden, opwekken, delen, besparen en slim inkopen; een Chief Energy Officer.
De energietransitie komt niet morgen, ze is er al. De bedrijven die vandaag beginnen met rekenen, samenwerken en collectieve oplossingen bouwen, bepalen de nieuwe logistieke concurrentiestrijd. Want elektrisch rijden draait niet om kosten, maar om koers. En wie die koers durft te zetten, wint niet alleen de klant, maar ook de toekomst van duurzaam transport.
Walther Ploos van Amstel.
Lees ook: Hoezo netcongestie in de logistiek?
Lees ook: Hoe bepaal je de juiste laadinfrastructuur?
Lees ook: Elektrische vrachtwagens: meer dan alleen een rekensommetje
Deel uw ervaringen op ManagementSite
Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.
SCHRIJF MEE >>
Als u 3 of meer artikelen per jaar schrijft, ontvangt u een gratis pro-abonnement twv €200,--