Beurs Gevoel: Opleiding & Training op dood spoor?

Columns

De recessie was voelbaar tijdens de Performa-beurs op 29 en 30 oktober. En het was nog wel dé beurs voor human resources zoals de advertentieteksten schreeuwden. Met stands van bijna alle opleidings- en trainingsbureaus en aanverwante business zoals uitgevers en aanbieders van accomodaties. Een jaarlijks terugkerend feest? Nou nee, einde oefening wat ons betreft. Want het was armoe troef. Een impressie van twee beursgangers.

Niet eerder was de vertwijfeling over het eigen kunnen van de standhouders zo merkbaar te voelen. Werden we voorgaande jaren aangeklampt door zelfbewuste dienstenaanbieders, die ons het gevoel gaven iets fundamenteels in het leven te hebben gemist en onze organisatie dramatisch tekort deden wanneer we niet hún diensten afnamen, dit jaar werden we door onzeker oogcontact zoekende mensen voorzichtig gevraagd of we iets speciaals zochten. Áls ze al oogcontact zochten, want bij de meeste stands stonden de aanbieders vooral met elkaar te praten, vaak met de rug naar het publiek toe. Nou nee, dat niet. Tenslotte is al sinds jaar en dag het assortiment in de Performa schappen hetzelfde. Daar valt natuurlijk ook niet veel meer over te vertellen. Als we wat zouden zoeken, hoefden we niet voor € 10,- in de Rai te parkeren. Zoeken op internet is makkelijker en goedkoper.

Het lijkt alsof de meeste aanbieders zelf niet leren, maar kiezen voor de strategie van meer van hetzelfde. Op alle fronten.
Nog steeds staan met de moed der wanhoop jongleurs en ballengooiers publiek voor hun act te interesseren. Maar als je staat te jongleren zal natuurlijk niemand je aanspreken. En kun je zelf ook niemand aanspreken. Bovendien we kenden het al, nu zo’n tien jaar, dus liepen we door. Dan lijkt het nog steeds lijkt zo te zijn dat organisaties of hun personeel beter af zijn wanneer ze mensen in grote getale in hotels op de hei tegen zich laten aanpraten door trainers die afgezien van hun eigen bureau de échte organisatiedymamiek alleen van horen zeggen hebben en zich laten schofferen door acteurs in de rol van boze klant.

Dat die organisatiedynamiek een grotere impact heeft op het gedrag van mensen wordt als gevolg van de aanbodkoorts volstrekt genegeerd (of verdrongen). ‘Wij zorgen voor transfer’ beweert iemand met droge ogen. Als we in de valkuil trappen te willen beargumenteren dat je zonder externe training geen transfervraagstukken hebt, wordt de aanbieder geïrriteerd en begint om zich heen te kijken naar echt geïnteresseerden. Als we vragen hóe die transfer geregeld wordt, is het antwoord dat ‘commitment van de top’ belangrijk is. Bij zoveel professionaliteit zou je aan je eigen verstand gaan twijfelen. Uit niets, maar dan ook helemaal niets blijkt van aanbiederszijde de ‘aardverschuiving in de wijze waarop organisaties een beroep doen op de aanbieders van HR diensten’ zoals het in de beursspecial door Paul Esveld wordt genoemd. Het gaat om het slijten van een product en daarmee basta. Al jaren horen we iedereen beamen dat opleidingen natuurlijk ingebed moeten zijn in de organisatiedoelen of verwante sociaal wenselijke teksten. Bij de vraag hoe het betreffende bureau die inbedding regelt, stuiten we op nog meer vertwijfeling. Wat moet die vent, hoor je ze denken. Ik sta hier met tien kilo vergadertrainingen, 15 kilo competentiemanagement en een mud reïntegratie. Die moet ik zien te slijten. Mag het iets meer zijn? Inpakken of opeten? Bovendien ben ik een trainer. En dit is toch een opleidingsbeurs?

Nou, zegt een ander, wij zorgen ervoor dat schriftelijke communicatie in organisaties de kernwaarden van dat bedrijf representeren en nodigt ons uit voor een mini workshop waar we een wollige tekst van een gefingeerde verzekeraar aan een gefingeerde klant voorgeschoteld krijgen. Mogen wij kijken of die brief aan de kernwaarden klantgerichtheid en resultaatgerichtheid voldoet. Natuurlijk niet, want geen tekst in de wereld kan congruent worden gemaakt met zulke obligate en nietszeggende en vrijblijvende waarden, die zo’n beetje iedere organisatie in het vaandel heeft staan. De acteur die voor klant moet spelen maakt het geheel nog surrealistischer en onbegrijpelijker. Een typisch geval van aanbiedersbehoeften. En altijd maar weer die acteurs.
We schuiven maar een stand op, waar de wereld er gelukkig weer veilig en overzichtelijk uit ziet: we constateren dat de trainingsbrochures veelal nog dezelfde tekst bevatten als pakweg een jaar of tien geleden: ‘Na de training heeft de deelnemer kennis van… inzicht in… en zal zijn attitude…’ Hier is een onderwijskundige aan het werk geweest. De pretentie en de stelligheid van de uitspraken doet vermoeden dat hij voor god wil spelen.

Nog steeds wordt Marcel van Dam voor een debat ingehuurd. Leven we nog steeds in de magische veronderstelling dat er met een (nationaal HRD) debat de ontwikkeling van een vak wordt gediend? Of heeft het inhuren van opa van Dam een functie voor het kwijnende zelfrespect van de zich HRD’er noemende verkopers? Wat is in vredesnaam de zin van zo’n debat. Wat voegt het toe? Het gaat vermoedelijk meer om de HRD’er zelf, die amechtig probeert een nieuwe discipline te toveren uit bestaande, die zich vooral uitput in definitiekwesties over wat HRD is en het maar niet kan laten het over inkopen en verkopen te hebben als ging het om auto’s, maar daardoor tegelijkertijd de aardverschuiving, die kennelijk aan de orde is, uit het oog verliest.

En het was zo goed begonnen: meer aanbieders dan de jaren ervoor ooit, de stands waren extra opgepoetst, etc. Maar de malaise leek al vóór binnenkomst te beginnen. Nog nooit kregen we zoveel gratis toegangskaarten. Maar tot drie keer toe liepen we binnen zonder dat iemand naar ons omkeek. We hebben toen onze stagiaires maar gebeld, die zonder enige vorm van registratie binnen liepen, maar verder door standhouders volstrekt werden genegeerd. De ingevulde kaarten hebben we nog steeds op zak. Maar zeker zullen we een juichende brief krijgen van de organisatie wat een smashing beurs dit wel niet was. Nóg beter dan vorig jaar, toen ook iedereen klaagde over de alomtegenwoordige matheid. Percentages van tevredenheid zullen ons wel weer om de oren vliegen. Op ons zal het allemaal weinig indruk maken.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Frank Bruining Personal Coachi
Wat een mooie en tegelijkertijd trieste constatering. Jullie hebben helemaal gelijk wanneer het gaat om wollige verhalen. Ook het maar willen verkopen van je producten (lees door de strot duwen) is duidelijk in jullie verhaal zichtbaar.

Ik wil eigenlijk reageren op het stukje over de kernwaarden. Dit soort waarden zijn natuurlijk altijd algemeen. Maar hoe komt dat nou dat ze ook zo algemeen overkomen.

Mensen schrijven maar wat, zonder zelf te hebben ervaren wat die waarden nu eigenlijk betekenen. Hoe die voelen. En als de mensen al weten wat de waarden inhouden, die ze willen bereiken, dan weten ze nog niet wat ze NIET willen.

Ik denk ook dat hier het knelpunt zit. Wanneer iedere werknemer, leidinggevende en eigenaar/directeur zijn of haar waarden kent en ook leeft, de waarden uitstraalt.

Ik merk ook dat veel mensen gewoon niet gemotiveerd genoeg zijn, met name omdat ze niet weten wat ze ECHT belangrijk vinden. Wie zit er echt op zijn plaats? En vooral wanneer de 'donkere' tijden zich aandringen, kom je klem te zitten. Als alles niet meer zo eenvoudig gaat, de verkopen teruglopen dan krijg je het warm.

Mijn voorstel voor de volgende Performa is: laat alle toeters en bellen eens in de kast en denk is aan de werkelijke motivatie van de standbemanning.

Dick van Vlooten
Gelukkig - alweer een beurs die niet werkt. Gelukkig omdat ik alleen in een bloemenveilingen en visafslagen geloof . En dus niet naar de Performa ben gegaan. Niet als deelnemer en niet als standhouder. Ook al heb ik nog zoveel te verkopen. (en een mooi aanbod . . .:-)!)
De grote grote vraag is : wat is wel interessant en effectief? Voor inkopende partijen, voor leverende partijen. In een commodity markt van performanceverbeteringen op alle gebied, trainingen en cursusjes.
Trainingenafslag, effectiviteitsveilingen, opleidingen op Ebay?
Of moeten de veel misbruikte woorden WIN WIN en resultaatafhankelijke beloning dan toch weer van stal gehaald worden . . . . . . ?
Wat denk jij?

Meer over Talent ontwikkeling