Wie macht heeft, gaat abstracter denken

Macht heeft tot gevolg dat je abstracter gaat denken. Je bekijkt zaken van een afstandje, je let op de grote lijn. Je denken wordt soepeler en flexibeler. Daardoor zie je eerder dat een tank, rolstoel en snowboard alledrie te gebruiken zijn als vervoermiddel. Evenzo zul je een lift en een slee makkelijk in diezelfde categorie plaatsen. Als je de baas bent over de bomen, zie je vooral het bos, concludeert Smith.

Macht betekent onafhankelijk zijn van anderen: je hebt de vrijheid om jezelf te laten zien zoals je bent en je hoeft niet zo te letten op de directe omgeving, want je kunt zelf je gedrag bepalen en je omgeving beïnvloeden. Onderknuppels richten zich juist op details in de omgeving: wat wordt er van me verwacht, wat zijn mijn verantwoordelijkheden en verplichtingen, zijn mijn doelen wel haalbaar en wat kan er allemaal mis gaan. Bij machtige mensen is de blik verder weg gericht: ze letten niet zozeer op hóe ze hun doelen kunnen bereiken en de mogelijke obstakels onderweg, maar meer op het eindpunt. Ze zijn van ‘grote stappen snel thuis', terwijl de ondergeschikte ondertussen bezig is met muggenziften, op slakken zout leggen, mierenneuken en andere dieronvriendelijke neuzelarij. Het gedrag van ondergeschikten is hierdoor meer reactief, dat van bovengeschikten meer proactief: zij bepalen zelf de agenda.

De verleiding is groot te veronderstellen dat ze mede dankzij dat vermogen bovengeschikt zijn geworden, maar uit het onderzoek blijkt dat het ook omgekeerd werkt: als je mensen macht geeft (in het onderzoek op volkomen willekeurige gronden, op basis van toeval), of ze zelfs alleen maar laat dénken aan macht, gaan ze abstracter denken en zich meer richten op hun idealen en doelen. Plaats je diezelfde mensen juist in een machteloze positie, dan worden ze minder effectief in het bepalen wat wel en niet relevant is voor hun doelen, laten zich meer leiden door omstandigheden en verliezen hun doelen eerder uit het oog.

Vandaar misschien de uitspraak ‘leidinggeven is omgaan met zeuren': je uit het lood laten slaan, klagen of je slachtofferig gedragen zijn allemaal typisch ‘machteloze' reacties op tegenwerking. De oplossing zou weleens contra-intuïtief kunnen zijn: juist als ondergeschikten zich zeurderig gedragen en over details emmeren, moet je ze meer macht geven, want dan gaan ze zich meer richten op ‘the big picture' en zich proactiever gedragen.

Omdat macht deze effecten heeft, is het denkbaar dat dit de bestaande statusverschillen in organisaties in stand houdt. Die ruimere blik is immers nuttig voor iemand in een leidinggevende positie, terwijl denken aan details, verplichtingen, belemmeringen en korte termijn je juist houdt op de plaats waar je zit. Wil je hogerop, dan moet je dus anders gaan denken. Een simpele truc is je voorstellen dat je al machtig bént: dit kan een doeltreffende manier zijn om je denken en waarnemen op een hoger plan te brengen. Ben je aan het mieren over kleinigheden, stel jezelf dan de vraag: Wat zou ik doen als ik machtig was?

Omgekeerd ga je je ook machtiger voelen als je abstracter denkt. En iemand die zich machtig voelt, gaat zich ook zo gedragen. In het onderzoek moesten deelnemers een belangrijk doel in gedachten nemen; sommigen moesten nadenken over waar-m ze het wilden bereiken (abstract), anderen over h-e ze het wilden bereiken (concreet). De eerste groep ging zich machtiger voelen, had een sterkere voorkeur voor hoge-status-posities en een sterker gevoel van controle over de omgeving. Wil je hogerop, dan weet je wat je te doen staat.

Gerelateerd artikel:
Hoe krijg je meer macht?
Managers zeggen wel dat ze niet uit zijn op macht, maar ze zijn het wel.

De rubriek ACTUEEL informeert u over recent verschenen artikelen in andere media. Bron: Kluwer Management) door Pamela Smith van de Radboud Universiteit

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Leidinggeven