Open Einde

Columns

Bijna elke column eindigt ermee: stappen om iets toe te passen. Als je mazzel hebt zijn het er drie, maar ik telde er laatst een keer twaalf. Onzin! Wat moet je met zo’n serie uitleggerige handvatten voor de praktijk. Van iemand die het schijnbaar weet. Die stappen moet je als lezer zelf bedenken.

Op sociale media, in de krant, aan de koffietafel, delen en liken we tweede-hands wijsheden dat het lieve lust is. Waarom toch?

Ik wil af en toe het gevoel hebben zelf de bron van een bijzonder inzicht te zijn. Zelf een mening te kunnen vormen. Daar gaat het toch uiteindelijk om? Durf je als manager of adviseur de oplossing een keer achterwege te laten? En mensen autonoom te laten denken? Hier een pleidooi voor een open einde.

45 Years

Ik was laatst met mijn vrouw naar de film “45 Years” (2015).

Een verhaal over een ouder stel. De man is van slag bij het bericht dat een oude liefde is overleden. Als de vrouw probeert te begrijpen wat er bij haar man gebeurt, belandt het echtpaar in een vertrouwenscrisis. De film eindigt met ‘half close-up’ van man en vrouw samen. Vrouw kijkt weg en man kijkt haar aan.

Een mooi open einde, vond ik. Ik vroeg terloops aan mijn vrouw op weg naar huis wat ze dacht dat die blik van de vrouw betekende. Tot mijn grote verbazing kon ze dat precies uitleggen. We liepen in stilte verder en opeens vroeg ze wat ik dacht van de blik van de man in dat shot. Ik zei dat de man niet zoveel dacht op dat moment. Voor hem was de kou wel uit de lucht, legde ik uit. Mijn vrouw moest lachen. We realiseerden ons dat we allebei een andere film hadden gezien. Het was een genot om elkaars perspectieven te delen. Het ging dagen daarna nog over de film, over ons persoonlijke leven en over ons leven samen.

Het begint pas bij het einde

Wat is er toch zo mooi aan open eindes? In de geschiedenis van de film ontstaat in de zeventiger jaren in America een nieuwe trend waarbij films als “A Clockwork Orange” (1971) met een ambigue einde een even grote blockbuster blijkt te kunnen zijn als “Jaws” (1975) dat een klassieke verhaallijn volgt. Jonge filmmakers als Robert Altman en Sydney Lumet keken hiervoor naar niet-Amerikaanse regisseurs als Buñuel, Visconti en Kurusawa. Hitchcock laat “Psycho” (1960) eindigen met het grijnzende gezicht van Norman. Het stopt niet bij de aftiteling. Terwijl we de bioscoop uitlopen, gaat de film verder, met onze eigen angsten, waarden en overtuigingen.

Open endings point out holes in our own ways of interpreting reality
                                                                              Kalai Chelvan, filmcriticus

Van die trend kunnen managers en adviseurs wat leren. Als je wilt dat mensen gaan nadenken, moet je het antwoord niet cadeau geven. Dus geen tips, maar een open einde. Maar ja, nadenken kost tijd, veronderstelt ruimte in je hoofd en het moment van niet-weten voelt onbehagelijk. En dat gunnen we ons en elkaar vaak niet. Bovendien hebben we op school geleerd snel antwoorden te reproduceren in plaats van ons te verwonderen. Dit zit er zo ingebakken dat ik zelfs niet precies weet hoe ik deze column moet eindigen. “Vijf manieren om....” Ik voel ze opkomen, maar die kant wil ik juist niet op. Een persoonlijk verhaal met een open einde, dat lijkt me het beste.

Een organisatie verandering met een open einde

Drie jaar had ik gewerkt als organisatie-coach op een Nederlandse locatie van een grote multinational. Ik was begonnen met een individueel coaching traject van MT-leden van de productieafdeling in het kader van Lean. Daarna ontstond het idee om deze managers een opleiding te laten ontwerpen en faciliteren met/voor hun teamleiders. We ontwikkelden een 2-daagse training over feedback geven, kernkwaliteiten, met rollenspellen. Met succes schaalden we deze opzet door naar de teamleiders en hun operators.

Tevreden liet het MT mij na drie jaar weten zonder mijn diensten verder te kunnen. Er volgde een afsluitende dag met een terugblik over het hele traject. Geen open einde zou je zeggen. Maar een jaar later kreeg ik dit bericht van een teamleider: “Jouke, het saamhorigheidsgevoel is totaal verdwenen, ik voel me alleen. Ieder zit weer op zijn eiland....”
Tevergeefs heb ik geprobeerd om weer met de organisatie in gesprek te raken. Ik heb de grip verloren. Als ik weer langs die locatie rijd, vraag me af wat ik over het hoofd gezien heb. Hoe anderen ernaar kijken. Of het allemaal wel zin gehad heeft? Ik voel de ambiguïteit.

Dit is een verhaal zonder tips dat stopt en doorgaat. Waar ik zonder iets te weten, mezelf in terug vind. Waar een gat zit in mijn beleving van de werkelijkheid. Ik hou er wel van: zo’n open einde.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Ronald van Domburg
Pro-lid
mooi pleidooi, geeft stof tot nadenken.
Ik realiseer me, dat ik als hogeschooldocent studenten ook stuur in de richting van stappenplannen en projectfaseringen. Hoe ga je die innovatie daadwerkelijk implementeren? welke stappen moet je daarvoor zetten?
Het belang daarvan is, dat studenten daadwerkelijk nadenken hoe je een goed idee echt tot leven kunt brengen. De beperking is, dat het lijkt alsof alles maakbaar en planbaar is, terwijl de realiteit zoveel complexer en ongrijpbaarder is.
En misschien moet je als jong-volwassene wel beginnen met concrete stappenplannen om door ervaring erachter te komen, dat je hier soepel en flexibel mee om moet gaan.

Meer over Organisatieadvies en consultancy