Leve de korte termijn!

“Weg met de korte termijn”, kopte onlangs Gerard Keijzers, hoogleraar Duurzaam Ondernemen te Breukelen, bij zijn column op de website van Rtlz. In zijn visie moeten we af van het immorele kortetermijndenken, het streven naar snelle winst, de focus op onmiddelijke bevrediging van impulsbehoeften. Het verlangen dat ons voortdurend ertoe drijft om korstondige momenten van geluk te ervaren. Weg ermee.

Daar ligt de oplossing, het einde van de crisis, de weg naar langstondige welvaart, naar een toestand van duurzaam welbevinden.

Aldus Keijzers, en vele anderen met hem. En niet gehinderd door enig historisch besef (of enige schroom) beschrijven ze opnieuw een spanningsveld dat al millenia lang beschreven is. Alsof het almaar herhalen van ideeën ook een vorm van duurzaam recyclen is. Men leze Aristoteles, of Epicurus, Boeddha, of meer recentelijk Martha Nussbaum. Om er een paar te noemen. Allemaal pleitbezorgers van duurzaam welbevinden in plaats van het constant najagen van nieuwe piekervaringen van geluk.

Kortstondig geluk. Een glimmend nieuwe auto, bijvoorbeeld, of een droomhuis, of een vette bonus. Of het meisje dat voor de vitrine van een taartenreclame niet kan kiezen en vertederend tegen haar vader zegt: ‘ik wil ze allemaal!’. Dat moet je niet willen, meisje, dat is slecht voor tanden en gewicht, en ook nog voor het duurzaam financiële welzijn van je vader.

Geluk is niet duurzaam. Geluk is zoiets als in de zomer op het strand. Je hebt rooddoorlopen ogen, een zoute smaak in je mond en zand tussen je tenen. De broodjes in de koelbox zijn toch klef en de frisdrank is lauw. Maar het geeft niet. Je warmt je humeur in de zon en je voelt je oneindig gelukkig in je oneindige leegte. En langzaam wordt het avond. En de zon trekt zich terug, neemt alle illusie met zich en laat je achter: koud, met bloeddoorlopen ogen, en het hele strand tussen je tenen.

Geluk staat veel dichter bij het ´carpe diem´ van de dichter Horatius. Pluk de dag, grijp het moment. De theorieën van Aristoteles, Epicurus en anderen voor hen en later zijn elitair en daardoor immoreel. Ze zijn alleen toepasbaar voor diegenen die al een glimmend nieuwe auto voor de deur hebben en een droomhuis met droomtuin. En zelfs bij hen zal af en toe de verveling toeslaan. Duurzaam welbevinden is leuk, maar bevredigt niet onze behoefte aan ´echt´ geluk.

Duurzaam welbevinden, kortom, is vreselijk saai. Dat maakt het streven ernaar niet minder prijzenswaardig en niet minder legitiem. Integendeel! Maar de stelling van Keijzers en anderen dat we daartoe af zouden moeten van onze kortetermijnverlangens is onzinnig, elitair en immoreel.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>