Besprekingen en vergaderingen vullen een flink deel van de week. Vaak hebben deze bijeenkomsten het karakter van een onderhandeling, ook al worden ze betiteld als vergadering of overleg. Immers de deelnemers hebben verschillende belangen, botsende meningen en uiteenlopende wensen. Soms verloopt de “vergadering” zo onhandig dat impasses dreigen of de situatie escaleert naar toenemende irritatie en korzeligheid. Vaak onnodig en onbedoeld.
Meestal is er bij vergaderingen/onderhandelingen een voorzitter, vaak iemand van een hoger echelon. Soms ook komt het voorzitterschap terecht bij een van de betrokken partijen.
De fasering
Onderhandelingen gaan een aantal fasen door. Daarin past een checklist met 5 ...
Is dwingen en meewerken niet met elkaar in tegenspraak? Net als dwingen tot een compromis?
Verder vind ik 3 van de 5 tips voor deelnemers onhandig geformuleerd: er staat wat je niét moet doen. Schrijf op wat je wèl moet doen! Dat beklijft veel beter.
Daarbij komt nog het volgende: Om allerlei redenen zijn deelnemers soms heel blij met een voorzitter die het lef heeft knopen door te hakken. Ze kunnen bij hun achterban volhouden dat ze tot het laatste moment geknokt hebben; ze lijden ook geen gezichtsverlies naar andere deelnemers toe.
Ze realiseren zich dat verdere besprekingen alleen maar meer tijd en geld hadden gekost.
Nog sterker ze zijn niet te beroerd om de deal stevig te verkopen aan hun achterban en loyale medewerking te verlangen: "Meer zat er niet in. Het is in ieder geval een stap in de goede richting We moeten nu eenmaal verder met elkaar. Morgen komen we ze weer tegen bij iets anders. Oplopende irritaties en blijvende impasses zijn ook niet in ons belang. Dus laten we er wat van maken!"