Het vrolijke management

Waar blijft het “Vrolijke Management?” vroeg Karel zich af, “het management dat zichzelf niet au sérieux neemt?”

Hij had net de laatste bladzijde van “De Vrolijke Wetenschap” van Friedrich Nietzsche omgeslagen. En was hierbij in gedachten verzonken geraakt. In de Vrolijke Wetenschap houdt Nietzsche ons voor dat zowel de rede als het geloof, de werkelijkheid verhullen. Hoe rationeler we denken en hoe sterker ons geloof, hoe meer we aan modellen, theorieën en godsbeelden denken en hoe minder we de realiteit bekijken. De oosterse wijsgeer Chuang-Tzu zou zeggen: “de vinger die naar de maan wijst, is niet de maan”. Karel had hier al een vrije vertaling van gemaakt toen hij weer eens tijdens een directievergadering zei dat de balanced scorecard een balanced scorecard was en niet het bedrijf zelf. Hij had de indruk dat zijn directeurs zich teveel blindstaarden op hun tabellen en rapporten. Hun realiteitszin werd bedolven onder grafieken.
En nu vond hij dus dezelfde boodschap bij Friedrich Nietzsche. Nietzsche zegt dat het leven gewoon ontwaken, leven en sterven is, gespreid over een periode van ongeveer 70 jaar. Punt uit. Meer is er niet. Maar zowel wetenschap en religie brengen ons bij het idee dat er zoiets als oneindigheid is en dat we dit moeten proberen begrijpen.
Karel vroeg zich af hoe zijn bedrijf er binnen pakweg 70 jaar zou uitzien. Inderdaad, geen van de mensen die vandaag in zijn directie zaten, zouden er nog zijn. Meer nog, geen van alle medewerkers, de jongste inbegrepen, zouden er nog zijn. Een beeld dat zijn denken over strategie meteen in een relativerend perspectief plaatste. Waar dient de meerwaarde voor als de aandeelhouders er niet meer zijn.

Tot nu toe niet veel vrolijk management.

God is dood, las Karel, waarmee bedoeld werd dat de rede en de wetenschap de behoefte aan een allesverklarend oppermachtige oorzaak geminimaliseerd had.

“Ewel, ik ben ook dood in de ogen van mijn bedrijf”, zo dacht Karel. Hij was de oprichter van de onderneming geweest. Zijn familienaam kon je nog waarnemen aan lijnen die door het oude weggehaalde logo waren afgetekend op de voorgevel van de fabriek. Hij bezielde de medewerkers. Zijn uitvinding had voor hun dagelijks brood gezorgd. Nu het patent verlopen was en hij zijn bedrijf verkocht had aan een multinational, was hij niet meer dan een relikwie uit een ver verleden. Zijn idee was toen visionair. Zijn aanpak charismatisch. Zijn medewerkers van het eerste uur gingen door het vuur voor hem. En belangrijk, hij ook voor hen. Nu regeerden de marktanalyses, consultancyrapporten en efficiency-cijfers. Meneer Karel was nu Manager X en hij werkte nu voor zijn incentive, zijn jaarlijkse bonus. Zijn team ontspande zich op de professioneel georganiseerde klim-langs-een-touw-over-een-beek- teambuildingdagen. Heel wat anders dat de amateuristische breugelavond die hij ooit organiseerde bij het 20-jarig bestaan van zijn fabriek.

Karel kon zich niet van het gevoel ontdoen dat al die zorgvuldig ontwikkelde managementkennis onvoldoende was om een bedrijf te doen leven. Hij had nood aan een geloof in de nieuwe aandeelhouder, veel meer dan aan een grafiek die vertelde waar de opportuniteit zat. De grafiek is als een kompas om mee te varen, maar je moet vooral geloven dat je ergens zult geraken. Zou Columbus er geraakt zijn met een kompas alleen? Ook de medewerkers hebben dat geloof nodig, zo dacht hij.

De mens in de 21ste eeuw mag dan een ver-ontwikkelde technologische maatschappij kennen, het lijkt erop dat we meer dan ooit een spiritualiteit nodig hebben. Wat betekent een bedrijf als het gezond is, veel winst heeft gemaakt door zich lean en vooral mean te organiseren? Waar de medewerker een makkelijk onderling uitwisselbare human resource is die van job A naar job B roteert of erger, hopt. “Waar is de lach in onze bedrijfskantine?” dacht Karel.

“Nietzsche’s denken sluit klaarblijkelijk nauw aan bij wat zich in onze onderneming afspeelt. We moeten ingrijpen”, bedacht Karel,”en Vrolijk Management introduceren voor het te laat is”. Want hij wist maar al te goed wat Nietzsche overkomen was enkele jaren na zijn Vrolijke Wetenschap. Hij was gek geworden.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Tony de Bree
Lid sinds 2019
Jens, prima verhaal. Werkt goed in de prakijk. Ik kom zelf uit een artiestengezin en vrolijk managen" helpt zeker bij het (crisis)managen bij bv het splitsen van een groot bank in Nederland op dit moment. Maar is gemakkelijker als je zoals ik iedere morgen positief en vrolijk uit je bed komt!

Het moet wel in je zitten en natuurlijk overkomen. In de juiste context. Anders zie ik het al weer voor me (net als bij de mensen die leren presenteren vanuit de "Amerikaanse school" en altijd met een grap beginnen): gemaakt en geforceerd gedrag van managers.

Mvg
Tony de Bree
www.dagboekvaneenbankier.nl