Pensioenakkoord: Wat spreken we af?

Columns

Er schijnt een akkoord te zijn over de opbouw en uitkering van pensioenen. Ik schrijf schijnt, want er is reden genoeg om aan te nemen dat de betrokken partijen het niet met elkaar eens zijn. Alleen al het feit dat Minister Kamp deze zomer laat doorrekenen wat voor jong en oud de gevolgen zullen zijn van het akkoord. Eerst een akkoord sluiten en dan doorrekenen wat de gevolgen zijn? Het kan niet anders of partijen gaan nog op hun instemming terugkomen. “Ja, maar dat hebben we niet afgesproken.”

Referendum

Illustratief zijn ook de reacties binnen Nederlands grootste werknemersorganisatie, de FNV-bond. De FNV organiseert onder de eigen leden een referendum over dit akkoord. En de suborganisatie FNV Bondgenoten geeft haar leden een negatief stemadvies mee. Leden moeten niet akkoord gaan met de invoering van een nieuw pensioenstelsel. Want, zo stelt de bond, in het nieuwe pensioenstelsel draaien werkgevers en werknemers niet meer gezamenlijk op voor de economische risico’s waaraan de opbouw van een pensioen onderhevig is. Uitsluitend de werknemers krijgen de rekening gepresenteerd als een pensioenfonds niet meer kan voldoen aan de aanspraken.

Geen idee

Iedereen die voorlichting verzorgt over pensioenopbouw, is bekend met het volgende gegeven. De meerderheid van de beroepsbevolking –werknemers en werkgevers– vindt de eigen pensioenopbouw net zo boeiend als het groeiproces van Scandinavische naaldbomen. Nuttig dat ze er zijn, maar om er nou over na te denken. Doorgaans heeft men werkelijk geen idee wat het inhoudt om 30% minder inkomen te hebben na pensionering. Men weet niet hoeveel kapitaal er moet zijn opgebouwd om die 70% van het inkomen gedurende 15, 20, of 25 jaar lang uit te kunnen keren. Of 60% inkomen misschien reëler is. En hoe de opbouw moet zijn voor een uitkering met behoud van koopkracht. Och, zal wel goedkomen toch? Denk niet dat de pensioenmaterie het gros van de betrokkenen boven de pet gaat. Velen van hen hebben dagelijks te maken met zaken die meer begrip en rekenwerk vergen.

Referendum graag met drempel

Nee, pensioen is voor veel mensen gewoon een ver-van-mijn-bed-show, die ze het liefst ook ver hun bed willen houden. Het zou daarom te prijzen zijn als de FNV een drempel inbouwt in dat referendum. Een lid mag alleen een stem uitbrengen zodra hij of zij voldoende punten heeft gescoord in een online examentje over pensioenopbouw.

Want als alles slechts draait om de vraag of de werkgevers medegarant moeten staan voor de toekomstige pensioenuitkeringen, dan is het antwoord van de geraadpleegden bij voorbaat bekend. Net als het tegenantwoord van de werkgevers als er geen nieuw stelsel komt: ze zullen steeds meer krachten inhuren waarvan de pensioenvoorziening niet geregeld is via een fonds.

Susanne Stolte is voorzitter van de Nederlandse vereniging van Commissarissen en Directeuren (NCD)

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Jack Schlicher
Het voorstel is gebaseerd op aannames en ... een aanname is de moeder van alle vergissingen.
Het voorstel is ook niet consequent: dezelfde drempel zou dan eveneens ingebouwd moeten worden aan werkgeverszijde.
In feite pleit de voorzitter van de NCD voor oligarchische referenda.
Susanne Stolte
Dank voor de reactie. Het voorstel waar ik mijn column mee afsluit is niet de essentie van mijn column, maar een middel om tot denken aan te zetten. Waar ik mij in mijn bijdrage zorgen over maak is de combinatie van twee dingen: de vraagstelling in het kader van het referendum in combinatie met het feit dat voor veel mensen pensioen een 'ver-van-hun-bed'-show is.
Willem Glasbergen
Goed punt: in hoeverre zijn betrokkenen geïnformeerd over de (on)mogelijkheden van het huidige pensioenstelsel en de ontwikkelingen daaromtrent tegen de maatschappelijke achtergrond van vergrijzing en individualisering.

Maar als je het eens omdraait: FNV mag alleen representeren wanneer zij weet wat onder haar doelgroep leeft.

Haar doelgroep is immers breder dan haar verzameling leden. Toch? Want wat doet zij anders aan de onderhandelingstafel, als sociale partner? Dat er in toenemende mate onrust ontstaat, politiek vertegenwoordigers terecht kritiek leveren en vragen stellen, dat zou toch al een teken aan de wand moeten zijn dat het gepolder over pensioen onvoldoende representatief geweest is. Polderpensioen moet zo niet verworden tot kolderpensioen.

Overigens, hoe valt uit te leggen dat de verplichte deelname voor individuen zou impliceren dat de politiek en pensioenfondsen/-verzekeraars een loopje kunnen nemen met hun verantwoordelijkheid om transparant te informeren over de zekerheden en onzekerheden? Je gaat een patiënt toch ook niet verwijten dat ie de fout van de neurochirurg had moeten zien aankomen?

Ik zie uit naar uw reactie!

Meer over Financieel management