“Niet kiezen is geen neutrale optie, het is een impliciete keuze voor continuering van een status quo die niet langer houdbaar is.” P. Wennink (parafrase)
Nederland op een sluipend kruispunt
Nederland staat op een kruispunt dat zich niet aandient als crisis, maar als sluipende verschuiving. Het rapport De route naar toekomstige welvaart van Peter Wennink maakt die verschuiving zichtbaar. Niet in de vorm van doemscenario’s, maar via een ontleding van randvoorwaarden, investeringsbereidheid en strategische afhankelijkheden. Juist daardoor leest het rapport als een impliciet scenariodocument: het laat zien welke paden openliggen en welke zich sluiten als keuzes uitblijven.
Brainport als nationale lakmoesproef
Brainport Eindhoven neemt in dit geheel een sleutelpositie in. Niet omdat de regio uniek is in haar innovatiekracht, maar omdat hier zichtbaar wordt wat er nationaal op het spel staat. Brainport is geen regionale groeimotor meer, maar een nationale lakmoesproef voor verdienvermogen, geopolitieke relevantie en bestuurlijke slagkracht.
Van analyse naar scenario’s.
In een eerdere ManagementPro-bijdrage werden drie scenario’s voor Brainport uitgewerkt: spil, speelbal en afgeleide. Het rapport-Wennink plaatst deze scenario’s in een scherp licht. Niet door ze expliciet te benoemen, maar door te laten zien welke verbanden standhouden en welke breken afhankelijk van de keuzes die Nederland wel of niet maakt.
Scenario 1 Brainport als spil: waar alle lijnen samenkomen.
Wanneer Brainport functioneert als spil, vallen de lijnen in het rapport vrijwel naadloos samen. Strategische relevantie vormt bij Wennink het organiserend principe: Nederland moet posities innemen in technologieën die bepalen of het onderhandelingsmacht behoudt binnen Europa en daarbuiten. Brainport wordt expliciet genoemd als één van de weinige ecosystemen waar kennisontwikkeling, industriële productie, waardeketens en geopolitiek belang samenkomen. Dit is geen toeval, maar een erkenning dat hier een concentratie bestaat die niet eenvoudig te repliceren is.
Cruciaal in dit scenario is de causale keten die Wennink steeds opnieuw benadrukt: randvoorwaarden maken investeringen mogelijk, investeringen maken schaal mogelijk, schaal maakt strategische relevantie mogelijk. Bedrijven willen investeren, kapitaal is beschikbaar, maar zonder betrouwbare energie, infrastructuur, talent en voorspelbare besluitvorming stokt de beweging. Project Beethoven wordt in het rapport genoemd als bewijs dat publiek-private samenwerking kan werken, maar ook als waarschuwing: incidenteel succes is geen systeemverandering. In het spil-scenario is Brainport geen toevallig succes, maar een bewust verankerde kern.
Governance als beslissende factor
Opvallend is dat Wennink governance hierbij niet als bijzaak behandelt. Zijn pleidooi om toekomstig verdienvermogen tot chef-sache te maken, met doorzettingsmacht over departementen heen, laat zien dat bestuurlijke regie voor hem geen randvoorwaarde is, maar een doorslaggevende factor. Precies hier onderscheidt het spil-scenario zich van wensdenken: zonder structurele nationale borging blijft ook Brainport kwetsbaar.
Scenario 2 Brainport als speelbal: sterke basis, verdwijnende regie.
Waar het rapport deze samenhang toont, wordt ook duidelijk hoe snel Brainport kan verschuiven richting het tweede scenario: speelbal. Dit is geen scenario van instorting, maar van geleidelijke erosie. Wennink beschrijft herhaaldelijk dat Nederland nog steeds sterke ecosystemen heeft, maar tegelijkertijd positie verliest op vrijwel alle sleuteltechnologieën. De R&D-intensiteit blijft achter, opschaling stokt, en afhankelijkheden nemen toe. De kern van dit scenario is dat Nederland meent regie te houden, terwijl die feitelijk al verschuift.
ASML als rationele systeemspeler.
ASML speelt hierin een cruciale rol, niet als dreigende vertrekkende partij, maar als rationele systeemspeler. Het rapport beschrijft ASML niet als anker dat per definitie verankerd blijft, maar als onderneming die investeert waar randvoorwaarden op orde zijn. Energieprijzen, netcapaciteit, talentbeschikbaarheid en voorspelbaarheid van beleid bepalen waar schaal ontstaat. Zolang Nederland geen expliciete richting geeft, volgt ASML de wereldmarktlogica. Brainport functioneert dan, maar niet op eigen voorwaarden. Het is het scenario waarin Nederland blijft faciliteren, maar steeds te laat.
Tijd als onderschatte variabele.
Een onderschatte factor in dit speelbal-scenario is tijd. Wennink benadrukt dat uitstel geen neutrale handeling is. Elke vertraagde beslissing vergroot de kosten van stilstand. Daarmee wordt speelbal niet het meest dramatische, maar wel het meest waarschijnlijke scenario wanneer politieke keuzes worden vooruitgeschoven.
Scenario 3 Brainport als afgeleide: het scenario dat Wennink niet uitwerkt.
Het derde scenario, Brainport als afgeleide, is analytisch misschien wel het meest interessant, juist omdat Wennink het niet expliciet uitwerkt. In dit scenario verdwijnen precies de verbanden die zijn rapport centraal stelt. Kennis en productie raken ontkoppeld. Ecosystemen fragmenteren. Investeringen volgen externe regie. Technologie wordt iets wat Nederland afneemt in plaats van mede vormgeeft. Wennink waarschuwt nadrukkelijk dat Nederland zonder investeringen afglijdt naar een positie als afnemer van buitenlandse technologie, maar hij stopt waar dit scenario echt zichtbaar wordt.
Digitale infrastructuur als breekpunt.
Een cruciaal breekpunt hierbij is de digitale infrastructuur. Het rapport laat zien hoe de positie van Nederland als digitaal knooppunt onder druk staat door verouderende zeekabels, beperkte datacentercapaciteit en verlies aan hyperconnectiviteit. Zonder deze digitale ruggengraat verschuift schaal in AI, cloud en dataverwerking onvermijdelijk naar de Verenigde Staten en Azië. Brainport blijft dan bestaan als uitvoerende schakel, maar verliest strategische betekenis. Dit is het faalscenario dat ontstaat wanneer de waarschuwingen worden herkend, maar niet opgevolgd.
Waarom Wennink hier stopt en waarom scenario’s nodig zijn.
Wennink waarschuwt nadrukkelijk voor dit pad, maar werkt het niet verder uit. Dat is geen omissie, maar een bewuste keuze: hij schrijft vanuit handelingsperspectief. De scenario-analyse maakt zichtbaar wat er gebeurt als dat perspectief niet wordt opgepakt.
Het Akkoord van Eindhoven als scharnierpunt.
Juist vanuit deze gelaagde scenariodynamiek wordt duidelijk waarom een Akkoord van Eindhoven geen politieke slogan is, maar een noodzakelijke interventie. In Het Financieele Dagblad pleitte burgemeester Jeroen Dijsselbloem recent voor zo’n akkoord: een bindend nationaal pact waarin Rijk, regio en bedrijfsleven expliciete keuzes maken over de toekomst van Brainport en daarmee over het verdienvermogen van Nederland. Dat pleidooi sluit naadloos aan bij de logica van het rapport-Wennink.
Geen metafoor, maar instrument.
Het akkoord fungeert in feite als scharnier tussen de scenario’s. Het is het instrument dat het spil-scenario mogelijk maakt, het speelbal-scenario doorbreekt en het afgeleide-scenario voorkomt. Niet door nieuwe overlegstructuren te creëren, maar door bestaande versnippering te overstijgen. Door prioriteiten te stellen, technologische niches te kiezen, besluitvorming te versnellen en publieke investeringen te verbinden aan private verankering.
Tot slot: sturen of volgen.
Het rapport-Wennink laat zien wat nodig is. De scenario’s laten zien wat er gebeurt als we niets doen. Het Akkoord van Eindhoven bepaalt of Nederland nog zelf richting geeft aan zijn technologische toekomst of die laat bepalen door anderen.
Willem E.A.J. Scheepers, docent, auteur, AI Implementer
Mijn Yamala.ai Profile; daarin kun je met mijn AI-Twin praten.
Deel uw ervaringen op ManagementSite
Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.
SCHRIJF MEE >>
Als u 3 of meer artikelen per jaar schrijft, ontvangt u een gratis pro-abonnement twv €200,--