Is een Kamerlid ook maar een medewerker?

Columns

Volgend jaar maart zijn er weer verkiezingen voor de Tweede Kamer. Dat wil zeggen, als ze doorgaan. Huh? denkt u wellicht. Is daar dan twijfel over?

Excuus, ik had er niet over moeten beginnen, ik wilde het over iets heel anders hebben. Als zijstap dan toch maar even een uitleg. De minister van Binnenlandse Zaken meldde onlangs dat er ‘op dit moment’ geen enkele aanleiding is te veronderstellen dat de verkiezingen niet georganiseerd kunnen worden.

Dat is natuurlijk een rare mededeling, want als ministers gaan melden wat er op enig moment niet gaat gebeuren, is het hek van de dam. De bewindsvrouw houdt er kennelijk rekening mee dat er geen verkiezingen kunnen worden gehouden. Bijvoorbeeld door een voortwoekerende corona-pandemie.

Het is niet niks als je het opschorten van de Tweede Kamerverkiezingen op de agenda zet. Parlement en media sprongen er dus bovenop. Regeringsgetrouwe commentatoren probeerden nog wel olie op de golven te gooien (‘in deze tijd met alles rekening houden’), maar dat hielp niet erg.

De minister, gekend om het afschaffen van het referendum, heeft haar conduitestaat niet mee. Bovendien heeft ons land ook wel een vlekje op zijn verkiezingsblazoen: het mag even geleden zijn, maar Nederland was een van de laatste Europese landen die na WOII het door de bezetter verjaagde parlement in ere herstelde en nog later de eerste verkiezingen organiseerde.

De commotie is nog niet voorbij. De minister had kunnen zeggen: corona of niet, ik zal ervoor zorgen dat de verkiezingen doorgaan. Maar dat zei ze niet. Dus ja, er zijn volgend jaar verkiezingen, als ze doorgaan.

Dan nu mijn onderwerp.

Bij de vorige verkiezingen werd ongeveer de helft van de Kamerleden vervangen. Daar kun je van alles van vinden, maar ik wil u slechts wijzen op de uitgelezen carrièremogelijkheden die hier liggen.

Ik realiseer me dat er een geringe kans is dat u bij een partij bent aangesloten en een nog geringere kans dat u een actief lid bent. Maar als u zich vandaag nog aanmeldt en een paar maandjes partijcorvee verricht, zit u in een (1) klap dicht bij de knoppen.

Natuurlijk, dat heeft u aan uw kwaliteiten te danken, maar ook aan het feit dat nog geen 10% van de 300.000 Nederlanders die lid van een partij zijn, hun handen uit de mouwen steken. Komt bij dat er ook ongeveer 30.000 publieke baantjes te vergeven zijn, dus … (we houden dit wel onder ons natuurlijk).

Anders gezegd, dat Kamerlidmaatschap hoeft geen droom te zijn.

Wat moet je kunnen als Kamerlid? Je hebt de realiteit en je hebt het profiel. Het gaat bij verkiezingen om het laatste. U kent mij een beetje en weet dus dat ik dol ben op profielen. Als ik me verveel of wat slapjes voel, wil ik nog wel eens een paar profielen ter hand nemen. Niets beurt me zo op als de welhaast Bijbelse beschrijvingen van de ideale mens. Kort geleden nog overwon ik een kater van jewelste dankzij de zinsnede ‘is een alleskunner die openstaat voor kritiek’.

De meeste partijen zijn nog aan het puzzelen, maar GroenLinks heeft zijn profiel al af. Een juweeltje. Mijn suggestie aan de concurrentie: niet overgevoelig doen, gewoon overnemen. Dat is geen cynisme, maar ervaring. Ik ben vermoedelijk de enige kiezer die indertijd alle verkiezingsprogramma’s heeft doorgenomen. Als je je neus even dichtknijpt voor geurvlaggen als rentmeesterschap, islam, sterkste schouders en gaaf land, dan is alles zo’n beetje hetzelfde. Dus kom op, mensen.

Je moet het partijprogramma onderschrijven en waar nodig concretiseren. Je moet authentiek, bevlogen, collegiaal, flexibel, transparant en integer zijn. Je moet mensen weten aan te spreken en je moet een prettige collega zijn die tegen kritiek kan.

Nu ik er nog eens goed naar kijk, kun je gerust zeggen dat GroenLinks hier een concept van eeuwigheidswaarde heeft neergelegd dat ook nog eens verder reikt dan de Haagse kaasstolp. Hulde!

In het profiel van GroenLinks zit overigens een overtreding van de grondwet.

Een Kamerlid zit ‘zonder last of ruggespraak’ in het parlement, de wat archaïsche omschrijving van diens onafhankelijke positie.

In werkelijkheid valt het met die onafhankelijkheid nogal mee of tegen. De meeste Kamerleden komen op de ‘bagagedrager’ van de partijleider in de Kamer en worden dus geacht zijn (m/v) beleid te volgen en op commando te stemmen zoals hij wil.

Hoe regel je als partijleider een beetje efficiënt dat je fractiegenoten doen wat jij wenst? Bij bedrijven en instellingen zeg je gewoon: ‘ik ben de baas en als het je niet bevalt, is daar het gat van de deur’ of hoe je dit in het hedendaags omzwachtelde hr-taaltje ook verwoordt. Dat kan hier vanwege de grondwet niet.

Wat al aardig helpt, is dat je loyale partijtijgers in je fractie krijgt. Kwestie van een ‘verantwoorde’ kandidatenlijst laten opstellen. Dat verklaart ook direct de nijd en paniek die in een partijtop ontstaan, als de achterban een eigen oogappel hoog op de lijst weet te plaatsen. Uiteindelijk komt alles goed, want zo’n buitenstaander is binnen de kortste keren uitgerookt.

Maar goed, ook trouwe soldaten kunnen in opstand komen. Of zelf gaan denken. Daar moeten partijbazen weinig van hebben en daarom is het recept van de fractiediscipline bedacht. Het woord zelf kom je in geen profiel tegen, maar je veegt de ingrediënten zo bij elkaar.

Bij GroenLinks: draagt bij aan een goede onderlinge samenwerking binnen de fractie ten dienste van de gezamenlijke politieke en publicitaire strategie, stelt dienstbaarheid aan fractie en partijdoelen boven eigen doelen.

En vooral: Kamerleden kunnen alleen van het partijprogramma afwijken als vooraf (bij plaatsing op de kandidatenlijst) expliciet afspraken zijn gemaakt. Dan weet je het wel. Wil je een voorbehoud, dan kom je niet op de lijst.

Het is inderdaad misschien wat omfloerst en indirect, maar in Rome do as the Romans do. De dames en heren hebben geen aansporing nodig. Dat heeft het praktische voordeel dat de grondwettelijk gegarandeerde onafhankelijkheid in tact blijft. Dat is meer dan een juridisch gegeven; het biedt Kamerleden toch een zekere onderhandelingspositie als de fractieleider hen wil bewegen zijn lijn te volgen.

De fractiediscipline is de ene keer strakker dan de andere keer. Dat hangt van de omstandigheden af. Zit je in de oppositie of niet. Doe je het goed in de peilingen of niet. Gaat het om een in het oog lopende kwestie of niet. En vooral wat voor mens is de fractieleider. Van een Bolkestein mocht veel, van een Samsom heel weinig.

Maar hoe het ook zij, het concept staat en is alom geaccepteerd. Je vraagt je dan ook af waarom GroenLinks daar nog eens een klassiek schepje bovenop gooit: ‘Een Tweede Kamerlid van GroenLinks rapporteert aan en ontvangt coaching en sturing van de fractievoorzitter'. Klaver als afdelingschef. Het is niet alleen ostentatief in strijd met de grondwet, maar het is ook armzalig en onnozel. Als je moeite hebt om je fractie op een lijn te houden, dan ligt dat aan alles behalve aan een hiërarchiserende profielschets.

Maar wat ik echt irritant vind, is dat dit soort bepalingen Kamerleden definitief wegzet als ondergeschikte, inwisselbare medewerkers. En maar verbaasd zijn dat de Tweede Kamer een duiventil is. En dat de minister denkt dat ze de verkiezingen wel kan uitstellen.

Paul Verburgt

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Koos
Leuk :-) en waar:-(
Martien Schwencke
Lid sinds 2019
Wil je je geweten volgen kan je beter niet aan de stemmingen deelnemen .
Omdat op geen van de lijsten een onafhankele persoon staat die ook nog een voor jou op zal komen . Dat is al dencenia zo. Buiten parlementaire druk uitoefenen heefe meer effect , zorgen dat jijzlef tenminste wel onafhanjkelijk bent ... Veel vrienden in bestuurlijke kringen zaldan je niet hebben, he zij zo. Dus zorg dan dat je een paar goede advocaten rond je heen vezameld om jou belangen de behartigen.
Paul Verburgt
Beste Koos,

Nou, daar heb ik weinig aan toe te voegen ;-)

Paul
Paul Verburgt
Beste M.J. Schwencke,

Ik kijk echt anders tegen het parlement aan. Het feit dat Kamerleden met hun fractie mee stemmen, betekent nog niet dat ze niet voor de belangen van burgers opkomen. Buitenparlementaire druk is net zo democratisch als het debat en de besluitvorming in de Kamer zelf, maar uiteindelijk beslist in een rechtsstaat het parlement. Ik ben daar ondanks alle gebreken erg blij mee. Net als de overgrote meerderheid van de bevolking.

Paul Verburgt

Meer over Leiderschap