Balanced Scorecard is sportdiploma

Sinds enkele jaren wordt het bedrijfsleven gehersenspoeld met een ultieme Haarlemmer-olie, het middel dat uw bedrijf tot opperste hoogte zal stuwen: de Balanced Scorecard. Waar deze gedachte op stoelt wordt uit alle euforische literatuur niet duidelijk. Jawel, er ligt een methode aan ten grondslag, er zit systeem in, het heeft een academisch gehalte, en de resultaten zijn empirisch en rekenkundige bewijsbaar. Maar toch...

Ons aller bedrijfsleven heeft het niet gemakkelijk: jaar in jaar uit wordt het overspoeld met nieuwe is-men en doctrines. Afkortingen die 'hot' zijn wisselen elkaar in hoog tempo af. Voor je weet wat een afkorting betekent is deze alweer verouderd. Voor je in de gaten had dat e-commerce moest, ging het al over de kop... Het valt niet mee voor die arme directeuren en managers die onze bedrijven in leven houden. Ze moeten hun bedrijf kennen, de bedrijvigheid begrijpen, markt en concurrentie in de gaten houden, dan ook allerlei belangwekkends op gebied van management, informatietechnologie, communicatie, marketing, globalisering enzovoorts bijhouden. En natuurlijk juiste en goed onderlegde beslissingen nemen zodat hun bedrijf uit storm en windstilte op de juiste koers blijft.

Een trend die een blijvertje lijkt is de balanced scorecard. Heel Nederland spreekt erover. En als heel Nederland erover spreekt, moet je er wel aan, goed of niet. Net als destijds die tekstverwerker waarvan ik de naam niet wil uitspreken. "Balanced Scorecard" lukt, maar hoelang nog? Waar hollen we nu allemaal achteraan?

Feitelijk is het een methode om realisatie van strategische doelstellingen meetbaar te maken. En een erg simpele methode - simplisties is een beter woord. Dat je bedrijf slechts vier perspectieven kent is natuurlijk erg kort door de bocht. Oke, die perspectieven bestaan, maar het is een zeer beperkte kijk op de werkelijkheid, zoals de verschillende schoolvakken een beperkte selectie van de werkelijkheid zijn. Twintig andere perspectieven die evengoed verdedigbaar zijn kunnen zo opgesomd worden. De bedenkers gaan uit van een verondersteld verband tussen persectieven en meetbare prestaties, daarbij volledig voorbijgaand aan verbanden die bestaan tussen het orgaan dat doelstellingen formuleert, het orgaan waar besluitvorming plaatsvindt, de uitvoerende organen en daartussen liggende intelligentie. Ze kennen de wezenlijke essentie ervan niet.

Vergelijk de balanced scorescard met een sportdiploma van de lagere school; de onderliggende prestatie indicatoren zijn verschillende sporten. Je meet of je goed bent in hardlopen, verspringen, hoogspringen, hink-stap-sprong en een balspel. De sportleraar kon leven met een dergelijk leerling-beeld; dat was zíjn perspectief op persoonlijkheden. Maar moet het bedrijfsleven genoegen nemen met een zo beperkte visie op zijn eigen wezen? Een visie nota bene die door zijn simplistiese benadering door de meesten niet eens begrepen wordt? Nee, natuurlijk niet! Je wilt je bedrijf zien en niet weer de zoveelste onbegrijpelijke academische hersenkronkel!

Weten we eigelijk wát we meten? En waarom? Als we een meetresultaat hebben, wat zegt dat dan? En wat zijn de verbanden tussen de metingen? Jawel, zelfs de Balanced Scorecard suggereert dat het onderlinge verbanden tussen indicatoren legt. Maar wat hebben we dan nog? We weten dan iets over onze "klanttevredenheid" (alsof we dat écht meten, alsof het ons écht interesseert...), of we weten de prestatie van ons personeel gerelateerd aan hun arbeidsvoldoening (idem...). Maar zelfs als we dat zouden weten, wat zégt ons dat dan? We meten symptomen, net als onze huisarts, maar we kennen het wezen niet dat die symptomen vertoont. Dus we kunnen onze "klanttevredenheid" verbeteren, maar we weten best dat we dan alleen maar aan symptoombestrijding doen. Want waar de oorzaak van de kwaal ligt, weten we dat? We denken het te weten (da's toch logisch, da's toch: "..."), maar de relatie tussen symptoom en vermeende oorzaak is op geen enkel vaststaand feit gebaseerd. Let maar eens op hoe geweldig de wijzen kunnen redeneren wanneer ze dergelijke vragen krijgen voorgelegd! Rationele logica krijgt dan opeens een volstrekt ander gehalte.

Zoals gezegd, we kennen het wezen niet dat het bedrijf is. Ga eens oprecht en kritisch op zoek naar een bedrijfsmodel dat de essentie van een bedrijf volledig beschrijft. Als je dat vindt, kun je misschien tot de ontdekking komen dat een bedrijf een zo complex, fascinerend, levend en intelligent wezen is, dat een Balanced Scorecard als model en zelfs als stuurmiddel de plank volledig misslaat. Net zoals dat sportdiploma op de lagere school ook niets wezenlijks vertelt over de persoon die ermee naar huis ging. En die persoon wist dat zelf ergens wel. Noch dat sportdiloma, noch een compleet schoolrapport konden zijn innerlijk wezen en welzijn weergeven. Ach, hij had even lekker hard gelopen, mooi toch?...

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Richard Koopman
Uitstekende uiteenzetting door de schrijver. Balanced scorecard is niet voor niets ontwikkeld door 2 engineers - een ras, zoals helaas ook vele managers- die nog altijd geloven in totalitaire beheerssystemen binnen bedrijven in plaats van de kracht van de onvoorspelbaarheid, binding, emotie van mensenals bron van 'chaos' als de meest krachtige factor te zien van succes: Mensen zijn geen androids of cyborgs en zullen dat ook nooit worden.
Brenard Lut
Ook het model van de balanced scorecard moet kritische benaderd worden, maar ikzelf vind dat de voordelen van dit model opwegen tegen de nadelen. Het formuleren van strategieën en deze vervolgens meetbaar maken is beter dan in een organisatie werkzaam zijn, waar men niet weet uit welk hout pijlen maken. Men kan inderdaad nog twintig ander perspectieven uitvinden, maar het moet allemaal nog overzichtelijk en doenbaar blijven. Om uw redenering verder te zetten. Moet een organisatie een managementmodel hebben dat vergelijkbaar is met het diploma van burgerlijk ingenieur, alvorens men het implementeert? Soms is het beter om klein te beginnen en hopelijk groots te eindigen.
Erik Volkers
De kracht van de Balanced Scorecard is juist zijn simplisme. De fout zit niet in de scorecard maar in hen die vinden dat het een ultiem middel moet zijn. Ultieme middelen bestaan niet.

Voor mij is de scorecard zoiets als een koortsthermometer. Iedereen weet het: als je veertig graden koorts hebt, moet je naar de dokter. Díe kijkt dan wel verder wat er aan de hand is.

Een apparaat dat in één keer mijn totale gezondheidstoestand bepaalt en dan óók nog de juiste medicijnen voorschrijft, is voorlopig nog science-fiction. Het is ook niet praktisch om elke inwoner van Nederland een studie medicijnen te laten volgen. Dus hebben we allemaal een thermometer in huis en bellen de dokter als het nodig is.

Op dezelfde wijze geven we lijnmanagers een scorecard; als het ergens fout gaat moeten ze een adviseur bellen. Hebben die ook werk.
Hans Veen
De BSC is op zich een goed model om te meten of en hoe een bedrijf presteert t.o.v. de gestelde normen.
De BSC is echter een middel en geen doel.
De gevonden uitkomsten dienen te worden gebruikt om te onderzoeken wat de oorzaken zijn van de afwijkingen.
De pijnpunten liggen soms op een ander vlak als de BSC aangeeft.
De scorecard geeft de gevolgen aan. Je zult zelf moeten analyseren wat de echte oorzaken zijn en die vervolgens aanpakken. Het gevaar van de BSC is dat men de gevolgen bestijd in het ene perspectief wat weer een negatief effect oplevert t in een ander perspectief.
Cris Buningh
De schrijver dezes heeft kennelijk een afkeer van nieuwlichterij en andere hupsafladder (quote Bommel). Ondanks zijn eigen goede argumenten voor het kennelijke nut van de BSC voert hij daarna voornamelijk intuitieve argumenten aan om dit management hulpmiddel afbreuk te doen. Een alternatief wordt ook niet geboden of het moet , door inversie van de redenering, een uiterst complex en dynamisch simulatie model zijn. Dat laatste lijkt mij zeker geen aanwinst voor de moderne manager. Mijns inziens ligt de kracht van het model juist in de overzichtelijkheid. Mijn ervaring is dat met name het transparant maken van oorzaak/gevolg relaties in de (slechts) vier perspectieven van de BSC de realisatie van de bedrijfsstrategie aanzienlijk versterkt.
Cris Buningh
De schrijver dezes heeft kennelijk een afkeer van nieuwlichterij en andere hupsafladder (quote Bommel). Ondanks zijn eigen goede argumenten voor het kennelijke nut van de BSC voert hij daarna voornamelijk intuitieve argumenten aan om dit management hulpmiddel afbreuk te doen. Een alternatief wordt ook niet geboden of het moet , door inversie van de redenering, een uiterst complex en dynamisch simulatie model zijn. Dat laatste lijkt mij zeker geen aanwinst voor de moderne manager. Mijns inziens ligt de kracht van het model juist in de overzichtelijkheid. Mijn ervaring is dat met name het transparant maken van oorzaak/gevolg relaties in de (slechts) vier perspectieven van de BSC de realisatie van de bedrijfsstrategie aanzienlijk versterkt.

Meer over Personal Branding