Het alfamannetje

Columns

Het loopt met de borst naar voren. Of met de voeten uit elkaar. Het maakt grapjes waar het zelf heel hard om lacht. Daarna kijkt het onzeker rond, kluivend op een nagel. Het neemt de telefoon op een bepaalde manier op. Te joviaal. Alsof-ie zo lekker tof met iedereen om gaat. Soms is er één zo’n Alfamannetje in de trainingsgroep. Dat is goed te doen. Benader ze met respect en het worden leuke mannen. Laat ze weten dat ze net als iedereen hier ook maar wat aanklooien. Dat het leven één grote zoektocht is van vallen en opstaan. Dat dat niet geeft, maar dat het wel tijd wordt om op te staan. 42 jaar zonder enige zelfreflectie is al een hele hoop gemiste kansen, dus: aan de slag! En fort een beetje. Als je dat een beetje handig doet, dan zijn het schatjes, het worden schooljongen die tot bedaren komen.
Maar laatst was het er niet één, maar waren het er acht. Acht Alfamannetjes in één training. Alpha mannetjes niet in hun natuurlijke habitat, maar in een hotel op 200 kilometer van de zaak. Schoolreisje dus. Dit wordt keten.
Of denkt u nu: dit gebeurt toch niet echt? Wij mannetjesmanagers zijn toch net volk? Wij hebben visie en inzicht, we zijn verantwoorde huisvaders. Ja, natuurlijk: u beste lezer wel. U zeker. U bent ok, maar het gaat mis bij die anderen. Zoals Sartre al zei: De Hel dat zijn de anderen.

En toch gingen we het doen. De trainster en ik. Toch contact maken. Met respect. Of dat moeilijk is? Ja, soms. ‘Wat zijn jullie onrustig!’ zei de trainster glimlachend. ‘Wie kan er iets zeggen over hoe jullie met elkaar omgaan?’ vroeg ze vervolgens. ‘Wat is jullie cultuur?’ Hard lachen, iedereen. Zoveel onhandigheid: het kan eigenlijk niet meer verbazen, maar toch. ‘We gaan het hebben over jullie cultuur. Over elkaar aanspreken op gedrag. Daarvoor is de acteur hier en dat is Johan.’ De trainster keek naar mij. Nog steeds allerhande grappen. Of ik Carice van Houten persoonlijk ken. Ik antwoordde eerlijk van nee, maar dat dat wel een persoonlijke doelstelling van 2010 is. De hele groep in een deuk. Ik glunderde van trots, maar dacht ondertussen: wat deed je daar?! Waarom die opmerking?? Ik steeg door deze opmerking in de pikorde en ineens begreep ik de mannen. Ik, die zich laat voorstaan op zelfkennis, op reflectie, had nu ook de niet te onderdrukken neiging gehad om boven op de rots te klimmen en te gillen. Indruk te maken. Hoe ontzettend vanzelf was dit gegaan? Ik wilde met al mijn hormonen ook gewoon effe duidelijk maken dat die mooie trainster wel van mij was. Althans voor deze dag. Gaat zelfreflectie en oerinstinct eigenlijk wel samen? Zijn managers wel te managen? En hoe zit het met mij?!

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Emotie management