Wat zijn de algemene beginselen van aanbestedingsrecht?

Algemene rechtsbeginselen spelen een rol bij de rechterlijke toetsing van de gedragingen van aanbesteders onder de Europese richtlijnen en de aanbestedingsreglementen. Bij aanbestedingen leggen vier beginselen veel gewicht in de schaal:
  1. Get gelijkheidsbeginsel, op grond waarvan aanbesteders verplicht zijn alle aanbieders gelijk en niet-discriminerend te behandelen;
  2. Het beginsel van transparantie en openbaarheid, dat meebrengt dat de gehele aanbestedingsprocedure transparant en controleerbaar moet zijn waarbij de aanbestedende dienst zorg draagt voor een passende openbaarheid;
  3. Het objectiviteitsbeginsel, dat vereist dat het optreden van de aanbesteder objectief is met betrekking tot de wijze waarop de aanbestedende dienst de overeenkomst tot stand wil brengen en de keuze voor de ondernemer(s) die worden toegelaten tot de aanbestedingsprocedure en
  4. Het proportionaliteitsbeginsel op basis waarvan de aanbestedende dienst aan de ondernemers voor de te gunnen opdracht alle eisen, voorwaarden en criteria mag stellen die in een redelijke verhouding staan tot het voorwerp van de opdracht. Dit beginsel is een dragend beginsel binnen het aanbestedingsrecht geworden. Toepassing of afwijking daarvan moet in de aanbestedingsstukken worden gemotiveerd en/of op verzoek van de ondernemer(s). De uitwerking van dit beginsel is neergelegd in de Gids Proportionaliteit die gelijktijdig met de Aanbestedingswet 2012 in werking is getreden.
Iedere aanbestedende dienst moet zich aan deze algemene beginselen van aanbestedingsrecht, die nu ook in de Aanbestedingswet 2012 zijn verankerd, houden.
Word pro

Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 101 vragen en antwoorden over Europese aanbestedingen.