De Amsterdamse infrastructuur draait om de fietser

De Amsterdamse infrastructuur draait om de fietser. Dat heeft van weggebruikers een ‘overmobiele haastmeute’ gemaakt. Ik pleit voor een stad waarin lopen centraal staat.

Het was even schrikken. Er vielen in 2022 bijna vijfduizend verkeersslachtoffers in Amsterdam. Fietsers zijn een gevaar op de weg. Bij een integrale aanpak gaat het verbeteren van de openbare ruimte hand in hand met maatregelen gericht op het veranderen van menselijk gedrag. Dat schrijft de wethouder aan de gemeenteraad, na een gedegen analyse van ongevallen en fietsverkeer.

Ik heb echter zorgen over de aanpak. Die zorgen gaan over het veelvuldig gebruik van ‘stimuleren’, en dan vooral van fietsen. Dat terwijl bijvoorbeeld lopen veiliger is en echt bijdraagt aan een sociaal betrokken en inclusieve stad.

Mensenstraten

De meeste mobiliteit in Amsterdam is zogenoemde pretmobiliteit: we gaan naar vrienden, restaurants en sportclubs voor ons plezier. Amsterdammers zijn steeds mobieler geworden. Zolang het Amsterdamse college inzet op het monomaan faciliteren van de overmobiele haastmeute, wordt Amsterdam nooit een fijne en verkeersveilige stad. Daar veranderen 30 kilometer per uur, autoluwe delen, bruggen over het IJ, knippen, bredere fietspaden en al die andere maatregelen niets aan.

Het gesprek over mobiliteit moet niet over vervoersmiddelen gaan, maar over mensen. Amsterdam heeft mensenstraten nodig. Straten waarin slenteren, ontspannen, spelen, verblijven en ontmoeten centraal staan. Straten die aantrekkelijk, veilig en ­vooral ook in­clusief zijn. Laten we het dichter bij huis zoeken.

Huiskamer

De wethouder werkt onder de naam ‘Amsterdam maakt ruimte’ aan een nieuwe benadering voor de inrichting en het gebruik van de openbare ruimte bij de planning van de stad. De openbare ruimte is de huiskamer voor alle Amsterdammers. Hopelijk gaat het gesprek over verkeersveiligheid. Dus niet over nóg meer mobiliteit en nóg meer verkeersstraten, maar over veel fijne en gezonde mensenstraten.

Voor het programma verkeersveiligheid is 25 miljoen beschikbaar. Dat staat in schril contrast met de beschikbare middelen voor ‘Amsterdam maakt ruimte’. Er moet niet alleen geïnvesteerd worden in verplaatsen, maar ook in verblijven, zeker met het oog op de verdichting van de wijken. Al die mobiliteit past niet meer bij een steeds vollere stad.

Walther Ploos van Amstel.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>