Start-ups hebben geen managers nodig. Of toch wel?

Columns

Zo’n 15 jaar geleden sprak ik voor mijn boek “Op naar de top” met twintig CEO’s van grote Nederlandse bedrijven waaronder Randstad, KPN en Ahold. Het ging daarbij onder meer over het verschil tussen managers en ondernemers. Vrijwel unaniem waren ze het erover eens dat goede managers cruciaal zijn om een groot bedrijf als een geoliede machine te laten presteren.

Daarbij werd opgemerkt dat het voor bepaalde posities van belang kan zijn dat een manager zich ondernemend opstelt, maar niet teveel. Het mag natuurlijk geen chaos worden. Alles moet accountable zijn en alles moet goed gepland worden. Sommige van deze grote bedrijven hadden – en dit was destijds bijzonder – speciale plekken opgezet waar medewerkers “gekke dingen” mochten bedenken zonder daarbij belemmerd te worden door de bestaande bedrijfsvoering. Een soort voorloper op “interne disruptie” (een woord dat destijds niet of nauwelijks werd gebruikt). Lang niet altijd werden de resultaten en aanbevelingen die voortkwamen uit deze innovatieve kweekvijvers serieus genomen. En: dat lijkt nog steeds zo te zijn.

Nu is het gemakkelijk om met enig dedain te wijzen naar grote bedrijven waar managers de dienst uitmaken en waar – op het eerste gezicht – veel te weinig innovatie plaatsvindt. En niet zonder reden. In mijn advieswerk stel ik regelmatig vast dat de innovatiekracht van de grotere bedrijven te beperkt is, zeker wanneer ze lekker draaien. Waarom dingen anders doen als het goed gaat?

Natuurlijk is het mogelijk zo te denken, totdat je opeens – en het gebeurt inderdaad vaak plotseling – aan alle kanten wordt ingehaald door start-ups die veel sneller werken en wendbaarder zijn.

Om dat soort situatie te voorkomen doen grote bedrijven er verstandig aan om veel meer ondernemers binnen te halen, of in ieder geval zeer ondernemende managers. Die zien allerlei kansen en acteren daarop. De eventuele impact op het bedrijf – het kan enigszins onrustig worden – moet op de koop toe worden genomen.

Laten we nu eens naar start-ups kijken. Voor mijn nieuwe boek “Start-up: van idee tot exit” sprak ik uitgebreid met bijna 20 oprichters van succesvolle Nederlandse start-ups waaronder WeTransfer, YoungCapital en Bunq over het oprichten en groot maken van een start-up. 

Start-ups worden opgericht door ondernemers. Een speciaal soort mensen. Ze willen altijd alles zo snel mogelijk doen en houden helemaal niet van regels en bureaucreatie. Onrust doet hen niks. Dingen plannen? Waarom? Gewoon gaan!

Totdat er een man of vijftig werken. Dan werkt het “gewoon gaan” niet goed meer, omdat er allerlei mensen in het bedrijf komen die iets meer begeleiding nodig hebben dan verwacht. Er ontstaat behoefte aan een … manager! Het goede nieuws is: de beste ondernemers onder ons weten precies wanneer een manager nodig is. Vrijwel alle start-ups die ik sprak, wisten op tijd iemand aan te trekken die het bedrijf ging “managen”. Een spannende stap, want het betekende voor velen van hen dat ze een stap opzij moesten doen.

Misschien is dat wel de les voor managers van grote bedrijven: ook zij moeten op tijd een ondernemer naast zich zetten. Een spannende stap, maar wel zo goed voor het bedrijf. Want laten we eerlijk zijn: start-ups kunnen niet zonder managers en grote bedrijven kunnen niet zonder ondernemers. 

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Innovatie