Het brein werkt in netwerken: wat dat betekent voor leren en veranderen

Wie zich een beetje verdiept in hoe het brein werkt, komt al snel termen tegen als geheugen, planning, emotie en controle. Vaak worden die gekoppeld aan specifieke hersengebieden. De hippocampus zou het geheugen zijn, de amygdala de emotie, de prefrontale cortex de plek van planning en zelfsturing.

Dat beeld is lang dominant geweest, maar het klopt maar ten dele. Het suggereert dat het brein werkt als een machine met losse onderdelen, waarbij elk onderdeel zijn eigen taak heeft. De werkelijkheid is anders. Het brein werkt minder als een machine en meer als een netwerk. Dat inzicht is belangrijk, omdat het veel verklaart over leren, veranderen en weerstand.

Waarom het idee van losse onderdelen tekortschiet

Als geheugen echt “in” één gebied zou zitten, zou schade aan dat gebied alle geheugen wissen. Dat gebeurt niet. Mensen kunnen bij beschadiging van de hippocampus vaak nog oude herinneringen oproepen, maar geen nieuwe samenhangende ervaringen meer opslaan. Dat betekent dat herinneringen niet op één plek liggen opgeslagen, maar verspreid zijn over het brein. Hetzelfde geldt voor plannen, emoties en beslissingen. Ze ontstaan niet in één centrum, maar uit samenwerking. Dat maakt het brein flexibel, maar ook minder voorspelbaar. De vraag is dus niet langer: waar zit iets? De vraag is: hoe werkt het samen?

Wat betekent “netwerken” in gewone taal?

Je kunt een netwerk vergelijken met een groep mensen die samen een taak uitvoert. Er is niet één persoon die alles weet of alles bepaalt. Iedereen levert iets aan, en afhankelijk van de situatie nemen andere mensen het voortouw. In het brein werkt het vergelijkbaar. Op elk moment zijn er meerdere groepen hersencellen actief die informatie uitwisselen. Samen vormen zij een tijdelijk netwerk. Dat netwerk doet het werk.

Bijvoorbeeld:

  • waarnemen wat er gebeurt;
  • inschatten of iets veilig is;
  • herinneringen oproepen;
  • een besluit voorbereiden; 
  • een handeling uitvoeren

Welke groep actief wordt, hangt af van de situatie, je ervaring, je emotionele toestand en je lichaam.

Een gebied als de hippocampus wordt tegenwoordig gezien als een 'knooppunt'. Maar wat zijn knooppunten precies? Knooppunten kun je zien als drukke overstapstations in een netwerk. Het zijn plekken in het brein waar veel verbindingen samenkomen. Ze doen zelf niet alles, maar ze spelen een belangrijke rol in het doorgeven, combineren en versterken van signalen.

Je kunt het vergelijken met een station als Utrecht Centraal. Daar wonen geen mensen, en het station bepaalt niet waar iedereen heen gaat. Maar omdat zoveel lijnen daar samenkomen, heeft het station grote invloed op hoe soepel het verkeer loopt. Zo werken ook knooppunten in het brein.

De rol van bekende hersengebieden, anders bekeken

Wat vroeger 'centra' werden genoemd, kun je beter zien als knooppunten met een eigen specialisatie. De hippocampus helpt bij het verbinden van ervaringen aan context. Hij zorgt ervoor dat wat je meemaakt een plaats krijgt in tijd en ruimte. Hij is essentieel bij het vormen van nieuwe herinneringen, maar hij bewaart ze niet als een archiefkast.

De amygdala helpt bij het bepalen of iets belangrijk is. Hij versterkt signalen als iets emotioneel relevant, bedreigend of betekenisvol is. Hij veroorzaakt geen emotie op zichzelf, maar zet het netwerk harder aan wanneer iets ertoe doet.

De prefrontale cortex helpt bij het richten van aandacht, het overwegen van opties en het vasthouden van doelen. Hij organiseert geen gedrag in zijn eentje, maar helpt verschillende netwerken om zich op elkaar af te stemmen. Geen van deze gebieden werkt alleen. Ze functioneren altijd als onderdeel van een groter geheel.

Wat bepaalt dan wat iemand doet?

Gedrag wordt bepaald door welk netwerk op dat moment dominant is. Sommige netwerken zijn sterk ingesleten. Dat zijn routines. Ze zijn snel, efficiënt en kosten weinig energie. Andere netwerken zijn nieuw en kwetsbaar. Die hebben tijd, herhaling en ondersteuning nodig. Als een oud netwerk sterker is dan een nieuw netwerk, wint het oude. Dat gebeurt automatisch, geloven een aantal wetenschappers. Niet omdat iemand dat kiest, maar omdat het zo werkt. 

Dat verklaart waarom mensen  begrijpen wat ze zouden moeten doen, het ook willen en toch terugvallen in oud gedrag. Het netwerk dat het langst bestaat en het vaakst is gebruikt, heeft simpelweg meer gewicht.

Wat betekent dit voor leren en veranderen?

Leren is in dit licht geen kwestie van kennis toevoegen, maar van netwerkverandering. Dat is een langzaam proces. Het vraagt:

  • herhaalde ervaring
  • emotionele betrokkenheid
  • veiligheid
  • tijd
  • context die het nieuwe gedrag ondersteunt

Uitleg en reflectie helpen, maar vooral als ondersteuning. Ze kunnen een netwerk versterken dat al in beweging is, maar ze starten zelden de verandering. Weerstand ontstaat wanneer een nieuw netwerk onvoldoende kracht heeft om een oud patroon te verdringen. Dat is geen onwil, maar een logisch gevolg van hoe het brein stabiliteit bewaart.

bertoverbeek@icloud.com

 

 

 

 

 

Waarom dit een hoopvoller beeld is

 

 

Het netwerkdenken haalt de morele lading van leren en veranderen af. Het maakt duidelijk dat falen niet betekent dat iemand niet gemotiveerd is, maar dat het oude patroon nog sterker is dan het nieuwe.

 

Dat inzicht maakt het werk van trainers en leiders niet eenvoudiger, maar wel realistischer. De vraag wordt niet: hoe overtuig ik mensen?

De vraag wordt: hoe ontwerp ik omstandigheden waarin nieuwe netwerken kunnen ontstaan?

 

 

 

 

Tot slot

 

 

Het brein is geen verzameling losse onderdelen die je één voor één kunt aanspreken. Het is een dynamisch netwerk, waarin gedrag ontstaat uit samenwerking. Knooppunten maken die samenwerking mogelijk, maar bepalen haar niet.

 

Wie dat begrijpt, kijkt anders naar leren, veranderen en weerstand. Minder als een kwestie van sturen en corrigeren, meer als een proces van uitnodigen, herhalen en ondersteunen.

 

Dat is geen zwaktebod. Het is werken mét het brein, in plaats van ertegenin.

Deel uw  ervaringen op ManagementSite

Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.

SCHRIJF MEE  >>

Als u 3 of meer artikelen per jaar schrijft, ontvangt u een gratis pro-abonnement twv €200,--