Stadslogistiek wordt zero-impact

Waarom wil het maar niet lukken met de logistiek in steden? Was 2023 dan toch weer een verloren jaar voor stadslogistiek? We weten simpelweg nog steeds niet welke handelingsperspectieven werken voor welke uitdaging, ondanks alle studies die er zijn gedaan.

Stadslogistiek gaat over economisch vitale en gezonde binnensteden en woonwijken. En inmiddels over veel meer dan alleen zero emissie: minder CO2, verkeersveiligheid, geluid en vooral minder verkeer en overlast in de openbare ruimte. Stadslogistiek moet zero impact worden.

De druk op de ruimte en het streven naar meer leefbaarheid, de energietransitie en verkeersveiligheid in de stad vraagt om nieuwe oplossingen. Andere oplossingen. Want ondanks al het onderzoek, ondanks alle pilots, ondanks de vele congressen blijft de stadslogistiek verder groeien.

Autoluwe ambities leiden tot beperkingen

Vooral het thema logistiek en ruimte is een onbegrepen thema met de schaarste van ruimte in steden. Zeker met de transitie naar zero emissie logistiek in de stad, waardoor de vraag naar bijvoorbeeld hubs aan de rand van de stad en in de regio toeneemt. Toch zien we afgelopen jaar opnieuw dat het ontwikkelen en daadwerkelijk verhuren van die hubs, op z’n zachts gezegd, moeizaam gaat. Ergens gaat het niet goed.
De experts weten het allemaal wel. We moeten de bezorging overlaten aan lokale stadslogistieke professionals die voor bundeling zorgen en met lichte elektrische voertuigen de klant een geweldige service bieden. Weg met die eigen busjes. De gemeenten met hun autoluwe ambitie kunnen meer fysieke en virtuele beperkingen aan de logistiek opleggen.

We gaan de stadslogistiek organiseren in hubs aan de rand van de stad en in de regio waar we ruimte, capaciteiten, mensen, energie en data delen, vooral ook voor de circulaire stromen. Met de gemeente delen we onze voertuigdata en in ruil daarvoor krijgen we verkeersdata voor de goede doorstroming en het vinden van de juiste laad- en losplek wanneer die nodig is.

Boekenkast vol oplossingen, maar wat werkt?

De gemeenten hebben meerdere handelingsperspectieven bij de inrichting van de stad: reguleren en handhaven, faciliteren, stimuleren, coördineren en experimenteren. Eind 2023 heeft geen enkele gemeente een actuele en concrete uitvoeringsagenda met geoormerkte acties die leiden tot ‘zero impact’ logistiek. Intussen zijn over de autoluwe verkeerspilots bij de Weesperstraat en in de Jordaan in Amsterdam de meningen verdeeld. En Amsterdam is zeker niet de enige gemeente met autoluwe ambities.

In alle eerlijkheid, we weten simpelweg nog steeds niet welke handelingsperspectieven werken voor welke uitdaging terwijl de boekenkast vol staat met stadslogistieke ‘oplossingen’. De basis van het probleem is dat er bij zowel overheden als bedrijven eigenlijk nog te weinig inzicht is in stadslogistieke stromen (en het gedrag dat daartoe leidt) en hoe je die stromen kan beïnvloeden. Dan weet je niet wat je moet aanpakken.

Niks doen was al geen optie, nu zeker niet meer

Mijn uitdaging voor 2024 is met publieke en private partijen binnen de Topsector Logistiek aan de slag te gaan om enerzijds de kennishiaten voor de verschillende stadslogistieke segmenten op te lossen en anderzijds te werken aan het in de praktijk opschalen van de oplossingen die wel werken; voor de bouw, voor de winkeliers, voor de horeca en in de thuisbezorging.
Niks doen was in 2023 al geen optie, in 2024 al helemaal niet meer. Als we niks doen dan is het risico dat gemeenten, zonder inzicht en kennis van de dagelijkse praktijk, de stad echt op slot doen. Zero emissie was al een leuke uitdaging, maar zero impact wordt het stadslogistieke thema van 2025.

Walther Ploos van Amstel.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>