Sjoemeldiesel?

Biobrandstoffen, zoals HVO, vormen een belangrijk onderdeel van de Europese klimaatstrategie, met als doel 90% CO₂-reductie in 2040. In Nederland bestaat inmiddels 14% van de brandstoffen uit biobrandstof, vooral gemaakt van afvalstromen zoals gebruikt frituurvet en afvalwater van palmolieproductie. 

In 2024 bestond het merendeel van de hernieuwbare energie in de transportsector uit vloeibare biobrandstoffen. Dieselvervangers hadden met 76% het grootste aandeel, gevolgd door benzinevervangers met 15,4%. De verduurzaming vond vooral plaats in het wegvervoer, dat goed was voor 80% van het totaal aan hernieuwbare energie – een sterke stijging tegenover 64% in 2023. Door de toename van hernieuwbare energie in het wegvervoer is HVO in 2024 de meest gebruikte biobrandstof geworden. 

Deze ‘duurzame’ grondstoffen leveren niet alleen CO₂-winst, maar komen ook in aanmerking voor subsidies en tellen dubbel mee voor klimaatdoelen van brandstofleveranciers. En juist dat maakt ze kwetsbaar voor fraude.

Onderzoek van milieuorganisatie Transport & Environment toont aan dat op grote schaal wordt gefraudeerd in de keten. Leveranciers labelen verse frituurvetten of palmolie als gebruikt, mengen afval met niet-duurzame reststromen of vervalsen certificaten. Dat ondermijnt de klimaatwinst. Sommige ‘namaakbiobrandstoffen’ stoten zelfs meer CO₂ uit dan fossiele brandstoffen.

De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) erkent de risico’s, maar zegt nauwelijks zicht te hebben op de werkelijke omvang van de fraude. Directeur Mark Bressers zegt tegen Nieuwsuur: “We weten niet wat we niet zien.” Het probleem speelt zich grotendeels af buiten Nederland, in landen als China, Indonesië en Maleisië, waar grote volumes zogenaamd duurzaam frituurvet en afvalwater van palmolieproductie vandaan komen. Maleisië exporteerde in 2024 op papier zelfs drie keer zoveel afvalwater van palmolieproductie als het produceerde.

Milieuorganisaties en experts trekken aan de bel. De pakkans is te laag, toezicht is gefragmenteerd en chemisch onderscheid tussen duurzame en niet-duurzame stoffen is vrijwel onmogelijk. Natuur & Milieu pleit voor Europese samenwerking en fysiek toezicht in herkomstlanden. Zonder versterking van het toezicht dreigt biobrandstof haar geloofwaardigheid te verliezen, met alle gevolgen voor klimaatbeleid en publieke steun.

Nederland streeft naar beter toezicht op de mondiale biobrandstofketen via strengere controle op private certificeerders en duurzaamheidsschema’s. De NEa breidt controles uit binnen Nederland, waaronder biobrandstofmonsters, om fraude te voorkomen. Betrouwbare certificering is cruciaal voor zowel het klimaatbeleid als het vertrouwen in de biobrandstofsector. De komst van een Uniedatabank biedt beter inzicht in de mondiale biobrandstofketen, maar publiek toezicht buiten landsgrenzen blijft beperkt. NEa blijft internationaal actief om kwetsbaarheden te verkleinen en vertrouwen in het systeem te waarborgen.

Walther Ploos van Amstel.

Deel uw  ervaringen op ManagementSite

Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.

SCHRIJF MEE  >>

Als u 3 of meer artikelen per jaar schrijft, ontvangt u een gratis pro-abonnement twv €200,--