De beurs heeft er een geduchte concurrent bij

Ineens was de beurs niet langer een erg zekere manier om snel geld te verdienen. Boekhoudschandalen, een slechte economie en aanhoudende onzekerheid dreven beurskoersen scherp omlaag. Investeerders zagen de mogelijkheden om hun fondsen aan het werk te zetten verdwijnen en pensioenfondsen kwamen in financiële problemen. En de beurskoersen bleven dalen. Maar toen kwam de oplossing. Want wat is een bedrijf met een lage beurskoers? Een perfecte overnamekandidaat.

Steeds vaker worden bedrijven van de beurs gehaald. Alhoewel dit in Nederland nog wel in de kinderschoenen staat, is ook hier het spel van 'de grote jongens' toch echt begonnen. Vendex KBB is een voorbeeld dat recentelijk het meest prominent in het nieuws is. Maar ook bedrijven als Delft Instruments en Petroplus worden van de beurs gehaald.

In Amerika kent dit fenomeen een langere historie. Met name in de jaren tachtig deden zich verschillende ontwikkelingen voor die een nieuwe 'way of doing business' lieten zien. Maar er was ook sprake van publieke verontwaardiging en afkeer. Zo werden vijandigheid en hebzucht flink aan de kaak gesteld. De strijd om RJR Nabisco was wat dit betreft een hoogtepunt (of dieptepunt, zo men wil). De hoofdrolspelers in deze episode kregen de nodige publieke aandacht, iets dat ook treffend is weergegeven in het inmiddels gedateerde maar nog immer interessante boek Barbarians at the gate.

Hoe moeten we deze ontwikkeling nu inschatten voor het Nederlandse landschap van corporate business? Uiteraard zijn diverse voor- en nadelen te benoemen. Zo wordt wel gewezen op positieve aspecten als het verminderen van de druk van de beurs, een grotere vrijheid om te acquireren of afbouwen en de mogelijkheid meer aandacht te richten op lange termijn-ontwikkeling in plaats van de waan van de dag van beurskoersen. Daartegenover wordt erop gewezen dat de druk van een veelal aanzienlijke schuldenlast de mogelijkheden sterk inperkt, dat het management met handen en voeten gebonden is aan de tucht van de nieuwe eigenaren en dat asset-stripping een bedrijf stap-voor-stap kan uitkleden.

Of je positief of negatief aankijkt tegen de recente ontwikkelingen in Nederland, is natuurlijk sterk afhankelijk van je eigen positie. Als topmanager kun je vaststellen dat je veel kunt verdienen aan een buy-out of juist kunt verliezen in het spel dat wordt gespeeld. Als investeringsmaatschappij kun je aanzienlijke rendementen behalen of je kunt de mist ingaan door verkeerde keuzes. Als werknemer kun je deel uitmaken van een bedrijf dat met nieuw elan de toekomst tegemoet gaat of je kunt je baan kwijtraken doordat stevig in de kosten wordt gesneden. Dergelijke overwegingen zijn sterk bepalend voor het beeld dat iemand zich vormt van dit fenomeen.

Al dat gezegd hebbende, blijft overeind dat investeringsmaatschappijen primair gericht zijn op één doel: fondsen aanwenden om rendement te behalen. Door slim te handelen in bedrijven kunnen aanzienlijke rendementen worden geboekt. Dit moge nu met minder vijandigheid in zijn werk gaan dan het verleden heeft laten zien, maar in de kern blijft het principe hetzelfde. Het krachtenveld in Nederland wordt hierdoor aardig op zijn kop gezet. De private equity-fondsen zijn omvangrijk en klaar voor de strijd. Hun invloed op het Nederlandse corporate business-veld wordt steeds groter. De mogelijkheden worden daarmee ook breder, maar of het ook altijd beter wordt is maar de vraag.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Meer over Financieel management