Kiezen? Kiespijn zul je bedoelen

Columns

Wat zou je denken als je iemand hoort zeggen dat hij alleen bij een Shell station tankt, omdat hij de directeur zo aardig vindt? Of omdat hij een christen is? Absurd? Ja. Maar zo kiezen we WEL de bestuurders van ons land, alsof het een uitzending van Idols of X-Factor zou betreffen.

Democratie 2010
Iemand die stemmen een beetje serieus neemt, zegt “Ja” of “Nee” tegen een combinatie van programma-onderdelen en vervolgens tegen een partij die zegt daarop aanspreekbaar te zijn. Maar dat “keuzepakketje” is gekoppeld aan een of meerdere personen. Die personen kunnen je aanstaan of niet. Als de persoon gekozen is begint op partijniveau de politieke koehandel: het uitruilen van onderdelen in wederzijdse samenwerking of als dat niet gaat het elkaar vakkundig in de wielen rijden. Het resultaat is dat de kiezer eigenlijk “ja” zegt tegen een toverbal die verkleurt ook bij niet zuigen.

Politieke lamellen
We kennen in Nederland wel 20 nationale partijen, waarvan de grootste numeriek gezien redelijk dicht bij elkaar liggen. Krachtig bestuur en dezelve beslissingen zijn hierdoor alleen al cijfermatig zeer moeilijk tot onmogelijk. Voeg daarbij onze Nationale aandoening (polderitus) en er wordt snel duidelijk waarom Nederland zich gedraagt als een boemeltreintje met op elke zitplaats een noodrem.

Het systeem
We kennen een “regeerperiode” van 4 jaar. Veel zaken hebben echter een looptijd en/of terugverdienperiode die belangrijk groter is. Een volgend kabinet kan gemaakte afspraken met één vergadering in het torentje ongedaan maken en de investeerder zit met de gebakken peren. Het resultaat is zwalkend beleid, zaken die gewoon naar de volgende regering geschoven worden. Zo kunnen beslissingen 20 jaar of langer gewoon niet genomen worden. Onderdeel van het systeem is onze overleg mentaliteit en dat leidt tot een ongelooflijke traagheid en waterigheid van beslissingen.

Verandering
Samenvattend kun je zeggen dat aan de democratie sinds Clisthenes, zo’n 2500 jaar geleden, slechts op details veranderd is. De vraag wat we nu wel hebben en toen niet is simpel: Internet. Internet maakt een razendsnelle en complete volkstelling, enquête of referendum mogelijk. Desnoods alle 16,3 miljoen in enkele uren als het zou moeten.

Technologie
Ruim acht op de tien Nederlanders hebben inmiddels – via het werk of privé - de beschikking over een internettoegang. De Internetpenetratie (83 procent) is de hoogste van de EU. Maar er zijn ook publieke Internetvoorzieningen zoals Internetcafés, buren, bibliotheken bij seniorenwoningen al dan niet met hulp van personeel. We kunnen zeggen dat de penetratie bijna 100% is. En . . . we hebben direct allemaal een Digid vanaf de geboorte. Het gevolg is dat elke Nederlander identificeerbaar en adresseerbaar is. Ook diegenen die in het buitenland verblijven of een handicap hebben.

What if . . .
Stel je eens voor dat we de hele politiek aan de kant schuiven. Gewoon naar huis sturen.
We richten kenniscentra op per regeeronderwerp. Nee, niet Ministeries ombouwen, maar nieuwe koppen. Niet de oude garde in een nieuw colbertje. De verbinding tussen die kenniscentra zijn processen. Die processen kunnen permanent zijn of een adhoc karakter hebben. Als er een beslissing genomen moet worden schrijf je een Internetpoll uit. De kenniscentra kunnen zien wat draagvlak is en waar eventueel “gerepareerd” moet worden. Dat draagvlak kan op talloze wijze worden gedraaid, als een Rubiks cube. Uitslagen zijn te “ slicen” naar sexe, leeftijd, beroepsgroep, postcode en wat je verder kan verzinnen. Omdat de toegang persoonlijk is (Digid) maar de verdere gegevens anoniem aan een nummer hangen kan dit soort informatie beschikbaar komen. En vaak zal je kunnen volstaan met een panel (zeg 100.000 Nederlanders) die al dan niet elke keer opnieuw gekozen worden.

Stel dat we de politieke moed zouden hebben om serieus naar dit idee te kijken, dan zijn een aantal problemen tegelijk opgelost. Het systeem bemoeit zich niet met religie: in de aantallen blijkt wel wie z’n wil kan gaan opleggen. Het politieke rariteiten kabinet met daarin zaken die NIETS met politiek te maken hebben als dieren, religie, etc. etc. gaat in een klap op de helling. We kunnen snelle en gefundeerde beslissingen nemen, draagvlak en tegengas inschatten, kosten nauwkeuriger bepalen. En . . . we zouden de eerste ter wereld zijn. Hoofddoekjes ja/nee? Ik ben benieuwd naar de uitslag.

Stemmig gegroet,

Jos Steynebrugh
Marketing & Innovatie Consultant

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Albert Willem Knop
Lid sinds 2019
Dit is een interessante denkrichting. Een belangrijk probleem dat kan ontstaan is dat de samenhang tussen de beslissingen verdwijnt. Er zal een manier gevonden moeten worden om de konsistentie te bewaken. Ook met dit systeem kan een beslissing weer makkelijk teruggedraaid worden, waardoor mensen en organisaties in de problemen kunnen komen omdat ze zich ingericht hebben op een beslissing die genomen is (kijk bijvoorbeeld wat er nu al gebeurd met stimuleringsregelingen voor duurzame energie). Het huidige systeem is veel te traag, maar een nieuw systeem zal nog wel enige traagheid moeten bevatten. Je kunt bijvoorbeeld bij een beslissing ook de tijdspanne waarvoor de maatregel (minmaal) geldt bepalen. Doordat die termijnen elkaar overlappen, voorkom je dat elke 4 jaar het roer volledig omgaat. Zaken zoals kosten versus baten en regels versus handhaving moeten goed in de gaten gehouden worden (door wie??). Leuke dingen bedenken is makkelijk, maar ze moeten ook betaald worden. Regels bedenkt is leuk, maar de handhaving moet ook geregeld worden (dat gaat overigens nu ook nogal eens mis. Je kunt ook gradatie in het systeem aanbrengen. Gaan de "volksraadplegingen" vooral over de grote lijnen of gaan we meer in detail. Wat laat je aan de kenniscentra over en wat niet? Hoe worden die kenniscentra samengesteld? Ik ben ook heel benieuwd wie er wel en niet aan dit spel gaan meedoen en of dat een redelijk konstante groep is of dat de samenstelling heel erg wisseld is, bijvoorbeeld afhankelijk van het onderwerp.
Jos Steynebrugh
@ Albert
Sure, er zitten alle mogelijke voetangels en klemmen aan het idee. Maar die moeten onderzocht en getackeld worden. Dank voor je serieuze reactie.
Jos Steynebrugh
Bert Pennock
De vraag is dus, wat gebeurd er als je de mens uit het proces haalt? Behoort het gekonkel dan tot het verleden, of verplaatsen wij het, zodat het op een andere ( zere ) plek weer naar boven komt. We staan het, gecontroleerde, gekonkel nu toe zodat we er grip op kunnen houden , net zoals op koffieshops....zeg maar! Naarmate internet ons méér gegevens verschaft welke we kunnen registreren, moeten we ook méér registreren, zoveel, dat de brei enkel maar groter wordt.
Dus, nee, ik vind het geen goed plan, laat de jongens maar lekker konkelen, kan ik lekkier mijn eigen ding doen,
Audrey
Geinig, in de gegeven reacties komen alleen de mogelijke problemen naar boven en niet de mogelijkheden. "gekonkel waar we tot nu toe grip op kunnen houden", volgens mij is dat een illusie.
Dit is een schijndemocratie; 1x per 4 jaar mogen we stemmen op basis van sprookjes en verhaaltjes, daarna "oogjes dicht en snaveltjes toe, wij de politiek weten wat goed voor jullie is".

Ik ben het met je eens, Jos, dit zou eens serieus onderzocht moeten worden. Misschien een leuk stemmers-standpunt?

Meer over Probleemoplossing en besluitvorming