Vrijwillig harder werken

"If you want something done, ask a busy man", zegt het Engelse spreekwoord. En het is waar! Mensen die het druk hebben deinzen er vaak niet voor terug nog wat extra werk op zich te nemen. En ze handelen het meestal snel en effectief af. Mensen die het niet zo druk hebben, meten zich vaak een laag tempo aan. Extra werk is iets waar ze snel tegenop zien. Je ziet het bijvoorbeeld bij mensen die met pensioen gaan. Ze krijgen minder te doen en het tempo daalt drastisch. Zelfs zoiets eenvoudigs als de wekelijkse boodschappen kan dan een dagtaak zijn. Ik hecht daar overigens geen waardeoordeel aan. Laat die mensen lekker van hun rust genieten. Maar de constatering blijft staan. Precies omgekeerd werkt het bij ouders met jonge kinderen. De hoeveelheid taken en de efficiëntie waarmee vooral de werkende moeders dat doen is vaak indrukwekkend. De kunst is daarbij natuurlijk om zoveel mogelijk te minimaxen: tijd, geld en energie vrij maken van vervelende dingen voor de echt belangrijke zaken.

Ik moest daar aan denken, toen ik hoorde van een Engels onderzoek door de bedrijven CSV en Barclays. Maar liefst 92% van alle ondervraagde medewerkers zegt graag te werken bij een organisatie met een 'employee volunteering scheme', zeg maar een door het bedrijf in het leven geroepen vrijwilligersprogramma, waar je samen met collega's vrijwilligerswerk doet. Een bekend voorbeeld is TNT, dat zich inzet voor het World Food Program van de Verenigde Naties. Van de ondervraagden vindt 90%, dat dergelijke vrijwilligersprogramma's de moraal op het werk aanzienlijk verbetert. En 59% geeft aan meer energie te hebben gekregen en productiever te zijn op het werk. En ook de werkgevers zijn enthousiast. Maar liefst 85% zegt, dat de productiviteit is verbeterd en bij 42% is het ziekteverzuim zelfs aantoonbaar gedaald.

Waarom vind ik dit nou zo interessant? Wel, stel nou eens, dat we aan medewerkers vragen of ze dat vrijwilligerswerk in werktijd gaan doen, zonder dat we doelen, taken en verantwoordelijkheden naar rato aanpassen. Dat betekent dus, dat mensen hun huidige werk in minder tijd moeten gaan doen, om zo tijd vrij te maken voor vrijwilligerswerk. Dat is echt minimax: tijd vrijmaken voor andere belangrijke dingen. En we hoeven echt niet allemaal meteen naar Afrika te rennen om daar de logistiek van voedselprogramma's te regelen. Er zijn in ons land nog ontzettend veel stagiaires, die een serieuze begeleider uit de praktijk zoeken. En ook een wekelijks bezoekje tijdens kantooruren aan vereenzaamde ouderen in bejaardencentra in de buurt van kantoor is prima met het werk te combineren.

Als de bevindingen van het onderzoek kloppen, dan zullen de mensen meer energie krijgen en productiever worden. Het huidige werk kan dan dus best wel in minder tijd. Zo'n gekke gedachte is dat niet. Kijk maar eens naar mensen die vier dagen gaan werken in plaats van vijf. Vaak doen zij evenveel of bijna evenveel als collega's die nog wel vijf dagen werken. En dat gaat meestal nog goed ook. Het begint in de praktijk pas te knijpen bij mensen die drie dagen gaan werken. Die 20% rek zit er dus vaak best wel in, al zullen we dat niet snel openlijk toegeven.

Maar ... welke werknemer is zo gek om hier zelf tijd voor in te leveren? Nou, ik kom bij heel veel bedrijven en instellingen en ik spreek daar heel veel mensen. Ik durf de stelling aan, dat veel mensen voor een paar uurtjes werken voor een goed doel (legitiem even weg van kantoor!) best bereid zijn wat harder te werken. De afwisseling en de verhalen die je kunt vertellen aan collega's maken dat meer dan goed.

So what? Het belangrijkste effect van deze aanpak is, dat er op deze manier in de organisatie op een heel natuurlijke manier een klimaat wordt gecreëerd met èn een duurzaam hogere productiviteit èn meer arbeidsvreugde. En niet te vergeten: het vrijwilligerswerk draagt bij aan het goede imago van het bedrijf in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het komt dus zowel de individuele medewerkers, de organisatie als de samenleving ten goede! Mooier wordt het niet ...

Uit: http://keesgroeneveld.web-log.nl

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

rob spit
Als interimmanager, werkzaam bij lokale overheden, loop ik vaak aan tegen het (te) lage tempo. Dit artikel inspireert: ik ga er eens mee aan de gang bij mijn huidige opdrachtgever!
Jos Steynebrugh
Ik heb er geen onderzoek naar gedaan, dan maar een redelijke slag in de richting. Een groot deel van den ploeterenden Mensch (80%???) werkt voor z’n hypotheek, studerende kinderen, ex-vrouw of maitresse, 2e huis in Frankrijk (wordt druk in de Provence), de auto of de broodnodige nieuwe keuken (de oude is al 12 jaar oud). Je hebt een baan of je hebt er géén. Working for the European Dollar Bill dus. “Wees blij dat je werk hebt” zegt je Moeder en het helpt niet echt. Verveling slaat toe: eentonigheidsstress, men wordt ouder en het bedrijf geeft juist gas. Tegengestelde bewegingen. Groeiende eisen aan je functioneren en steeds minder inhoud (standaardisering, kwaliteithandboek en procesbeschrijving). Op een onbewaakt ogenblik struikel je over een losliggend roetje op het trappetje van Maslov. Veiligheid? Houdt niet over!. Dak boven het hoofd? Jawel. Warmte, licht, gas, water? Echt wel, alhoewel de tarrieven de pan uit vliegen. Sociale contacten op het werk? Ja, maar ik hoef ze niet zo nodig op mijn verjaardag te zien.

En dan komen in sommige gevallen (de bofkonten) prangende vragen: Is mijn werk zinvol? Voegt het iets toe aan de maatschappij?. Is there something people remember me by (uit nachtfilm?). Als het antwoord op dit soort vragen steeds “nee”is, dan gaan mensen zoeken naar iets zinvols (oerwet). Iets waardoor hun bestaan inhoud krijgt. Konten vegen in een ouden-van-dagenhuis? Nou, ja, het IDÉÉ. Invaliden rijden naar een activiteit? Zou kunnen, maar dan wil ik wel de kilometers vergoed hebben. Desnoods van de baas. Oh, die werden al vergoed? Dan de tijd. Oh, wordt die gewoon doorbetaald?. Nou, dan geef ik toch een beetje gas?

Kijk, dat in dit soort situaties mensen bereid zijn “iets” in te leveren bij de ruil van kwantiteit naar kwaliteit, dat snapt iedereen. Het mooie eraan is dat het mes aan twee kanten snijdt: zij die het nodig hebben krijgen het en zij die het hebben, hebben het nodig. Mooi he?

Ik heb de laatste twee jaar een aantal coachingstrajecten gedaan. Kwam zo uit. Wat me steeds meer ging tegenstaan is dat ik mensen moest helpen uit te vinden wat ze leuk vinden, waar hun hart sneller van gaat kloppen, waar ze MOEITE voor willen doen. Waar ze vrijwillig een uur eerder voor opstaan, waar ze geld of tijd voor willen inleveren. “Het levens-vlammetje vinden” noemde ik het.

De oplossing werd bijna altijd gevonden, maar . . . . de consequenties bevielen meestal niet.
Tandje terug? Hoezo? Minder salaris? Nou, JA! Kleinere auto? Onbespreekbaar.

Soms geef ik gas. Als ik me er over opwind. “Ga GVD iets doen wat je minstens LEUK vindt. Ik zal het even spellen: “L E U K”

Ik ben er klaar mee. Als iemand zichzelf zó in de strop wil hangen dat een van de meest primaire levensbehoeften (lol hebben in je werk) niet meer kunnen worden ingevuld, tenzij de baas het op een of andere wijze financiert, dan gaat bij mij het licht uit. Van mijn coaching-ruimte wel te verstaan. En niet voor iedereen, alleen voor dit soort cliënten. Da’s niet erg. Want met dit soort energie kunnen mensen heel makkelijk hun pensioen of VUT halen bij hun huidige sponsor, sorry, werkgever. Ik voel dan snel meer voor de arme werkgever die met dit soort half-of-minder-gemotiveerde mensen dóór moet.

Jos Steynebrugh
Change Enhancement, Zoetermeer