In de wereld van stadslogistiek draait alles om voertuigen… toch? Nou, dat denken we. Maar een nieuwe studie uit Seattle (USA) laat iets verrassends zien: het echte werk begint pas nádat de chauffeur zijn busje parkeert. Want de meeste tijd besteedt hij niet achter het stuur, maar lopend – de laatste 50 meter naar de voordeur van de klant. En dat stukje lopen, dat vergeten we steevast in onze logistieke modellen en planningssoftware. Eerder kwamen onderzoekers in London tot dezelfde conclusie.

Onderzoekers volgden ruim 1.800 echte bezorgingen van een pakketdienst en een drankendistributeur. Niet alleen de rijroutes werden in kaart gebracht, maar ook de looproutes van de chauffeurs. Wat blijkt? Lopen maakt het verschil. Chauffeurs kiezen er soms bewust voor om verder weg te parkeren als ze zo meerdere zendingen tegelijk kunnen afleveren. Slimme afweging: iets meer lopen, veel minder rijden.

Wie bereid is wat verder te lopen, rijdt minder kilometers, stopt minder vaak én bezorgt sneller. Vooral bij pakketbezorging loont dat: meerdere pakketjes vanaf één stop scheelt enorm. Maar let op: te veel lopen zonder goede stoepen, laadplekken of veilige oversteken? Dan werkt het averechts en moeten er juist meer busjes worden ingezet.

De oplossing? Slim ingerichte laad- en loszones. Maar: niet op elke straathoek! Te veel laadplekken verleidt chauffeurs om telkens opnieuw te stoppen. De ideale mix? Eén plek, even lopen, en hop: meerdere adressen afwerken. Lopen is geen logistiek ongemak; zeker niet met een leuke robot naast je zijde. Het is dé kans voor stillere, schonere en efficiëntere steden. Tijd om letterlijk en figuurlijk de juiste stappen te zetten.

Walther Ploos van Amstel.