Dat wetgeving niet altijd aansluit bij actuele maatschappelijke ontwikkelingen is niets nieuws. Dit leidt bij mij keer op keer weer tot verbazing. Zoals afgelopen week: ABN Amro heeft met de vakbonden een akkoord bereikt over hoe wordt omgegaan met medewerkers die het bedrijf moeten gaan verlaten. Hierbij wordt voor de helft een selectie gemaakt op basis van kwaliteit en voor de helft wordt het Lifo-principe (Last in, First out) gehanteerd.
‘Aardig bedacht’ was mijn eerste reactie bij het horen van dit bericht. Maar toen ik hier nog eens over na ging denken bekroop mij toch steeds meer het gevoel dat zelfs dit nog ouderwets is. Waarom wordt niet alleen naar kwaliteit gekeken? Je wilt als organisatie optimaal rendement nastreven. Daarvoor sluit je contracten af met tal van interne en externe partijen. Eén van de contractpartijen is de individuele medewerker. In ruil voor een businessprestatie ontvangt zij een vergoeding, financieel zowel als niet financieel. Wat nu als het minder gaat met de organisatie? Ik zou verder gaan met de beste contracten! De minder lucratieve contracten worden beëindigd.
Dit is een rationele en voor sommigen te ‘harde’ benadering. Ik ben het hier niet mee eens. Volwassenen sluiten een contract af waarin de ruilrelatie expliciet wordt gemaakt. De organisatie borgt de objectieve meetinstrumenten (beoordelingssystemen) om prestaties in kaart te brengen. Dan is het misschien niet eens hard of ‘Amerikaans’ maar gewoon fair. Komt het zover? Ik betwijfel het. In de media waren al weer tal van vooraanstaande ‘juridische’ geluiden te horen die de rechtmatigheid betwisten van het verlaten van het aloude Lifo-principe; arbeidsrecht is soms krom.
Norman Smit is werkzaam als HRM-adviseur bij de adviesgroep Human Performance Consulting van Cap Gemini Ernst & Young.
Deel uw ervaringen op ManagementSite
Wij zijn altijd op zoek naar ervaringen uit de praktijk, wat werkt wel, wat niet.
SCHRIJF MEE, word een pro! >>
Als de sterken, corporate governance bijv. nu wat meer krom zouden gaan denken en de maatschappelijke funkties ter harte zouden nemen, wordt het recht misschien nog recht of richtlijn.
Met al dat beschikbare kapitaal zijn immers ook maatschappelijke doelstellingen rendabel te maken.
De evenaar is immers van dichtbij ook een rechte lijn maar gaat de aarde rond, en is dus krom.
even een perspectief:
input - proces - output - binding
waar zit de kwaliteit?
waar zit de creativiteit?
waar zit de verleiding tot scoren?
wie beoordeelt wat op welk moment?
was er een maatstaf (norm/waarde/essentie) in de beoordeling?
wie gaan doorgaans met elkaar om en wie niet?
welke objectiviteit kan gesteld worden?
wat is de speeltafel, wat zijn de randen ervan?
inderdaad 'de willekeur' , misschien wel de willekeur 'van in wezen discriminatie' regeert 'het tot psychopatisch gedrag neigende winnaarsgedrag van hen die zich de macht hebben toegeëigend' - an sich (om met Immanuel Kant te spreken) de nagel aan de doodskist van de goede bedoelingen van het geheel?
om jovita te ondersteunen in haar 'kromme':
naar de horizon kijkend van links naar rechts en van rechts naar links ... bedenk ik opeens dat de rechte lijn dar aan de einder ... het onderdeel is van een cirkel.
;-)
Het begrip "organisatie" wordt gebruikt als een levend wezen met eigen karaktertrekken en bevoegdheden. Mis dus! Het is de medewerker (van jongste bediende tot directeur) die invulling geven aan dat begrip. Het zijn dus simpelweg mensen die beslissen over andere mensen. En ook die mensen zijn slechts medewerker van diezelfde organisatie. Laten we ons daarom niet langer iets wijs maken, objectiviteit blijft een "utopie".