Wanneer is er sprake van oprichtingsaansprakelijkheid?

Ingevolge de wet zijn bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor de rechtshandelingen die zij verrichten namens een N.V. of een B.V. "in oprichting", totdat de vennootschap na oprichting de rechtshandeling bekrachtigt. Tevens zijn de bestuurders aansprakelijk voor schade die derden lijden als de rechtshandelingen wel zijn bekrachtigd, maar de vennootschap haar verplichtingen uit die rechtshandelingen niet nakomt. Dit geldt echter alleen indien de bestuurders ten tijde van het aangaan van die verplichtingen wisten of redelijkerwijs konden vermoeden dat de vennootschap haar verplichtingen niet na kon komen en geen verhaal zal bieden voor de daaruit voortvloeiende schade. Als de vennootschap binnen een jaar na oprichting failliet gaat, wordt aangenomen dat de bestuurders wisten dat ze haar verplichtingen niet zou kunnen nakomen. In zo'n geval dient de bestuurder het tegendeel aannemelijk te maken.